Samenvatting: Fysiologie Cellen, Homeostase En Weefsels
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Fysiologie cellen, homeostase en weefsels
-
Cellen, homeostase en weefsels
Dit is een preview. Er zijn 41 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 25/10/2020
Laat hier meer flashcards zien -
In welke volgorde worden dierlijke en plantaardige eiwitten afgebroken tot dat ze in cel worden opgenomen?
- Dierlijke en plantaardige eiwitten worden afgebroken in het maagdarm kanaal
- Peptide bindingen tussen aminozuurketens worden afgebroken tot individuele aminozuren
- Gaan naar bloedbaan en verspreiden zich door het hele lichaam
- Tot slot opname in de cel
- Dierlijke en plantaardige eiwitten worden afgebroken in het maagdarm kanaal
-
In welke volgorde vind er eiwitsynthese plaats?
- Er ligt op de celkern DNA met daarop genen. Een gen codeert voor een eiwit
- In de celkern vind er transcriptie plaats, waarbij mRNA wordt gemaakt m.b.v RNA-polymerase
- mRNA gaat uit de de cel en verplaatst zich naar het ER. Door middel van ribosomen in het ER vind er translatie plaats
- Met behulp van ribosomen en tRNA wordt er een polypeptideketen (aminozuren) gemaakt aan de hand van mRNA
- Deze aminozuren gaan naar het golgicomplex en vanuit daar verder getransporteerd
- Er ligt op de celkern DNA met daarop genen. Een gen codeert voor een eiwit
-
Benoem in het kort hoe er eiwittransport plaats vind
Vind plaats in het glas ER--- gaan naar het golgi complex----alle eiwitten en vetten worden bij elkaar verzameld en vervolgens afgescheiden in blaasjes----- vezeltjes worden gevuld met eiwitten en er wordt een adreslabel aan toegevoegd, zodat de cel weet waar het naar toe getransporteerd moet worden
-
Mutaties DNA leiden tot veranderingen in producten die cellen maken en daarmee de veranderde functie:
Deletie = eenbasenpaar uit DNA - molecuul verdwijnt
Insertie = eenbasenpaar nestelt zich in het DNA molecuul- Duplicatie= verdubbeling van DNA cellen
Inversies = omdraaien van DNA delenTranslocatie = een deel van het DNA komt terecht bij een ander chromosoom
-
Benoem de functie van mitochondriën: En benoem waaruit ze bestaan:
Deze zorgen dus voor het leveren van energie
Verbranding van voedingsstoffen waarbij er ATP ontstaat
Bestaat uit 2 membranen (middelste geplooide membraan -
Waaruit bestaat het Endoplasmatisch reticulum (ER)
Bestaat uit een netwerk van organen
bevat Ruwe ER en Glad ER- Ruwe ER: bevat ribosomen, hier vind translatie plaats
- Glad ER: bevat geen ribosomen, dit heeft een transportfunctie en speelt een rol de synthese van lipiden
-
Benoem de functie van het Golgi- complex:
- Het bestaat uit parallel gevormde ruimtes die omgeven zijn door membranen = het is een voortzetting van het ER
- De functie= een expeditie centrum voor stoffen die gevormd zijn in het ER/ distributie van het membraanmateriaal/synthese van polysachariden
- Naar buiten toe vormt het blaasje met secretieproducten (secretiegranula) deze komen in de extracellulaire ruimtes, fungeren met het membraan of worden opgenomen door andere celorganellen
-
Wat is diffusiesnelheid en waarvan is het afhankelijk?
Per tijdseenheid word er een hoeveelheid stof over een bepaald afstand verplaats
Dit is afhankelijk van temperatuur, concentratie, gradiënt, afstand en de grote van het molecuul -
Wat is een isotone oplossing, hypotonische, hypertonische oplossing?
Isotoon: Concentratie van buiten en binnen de cel is gelijk
Hypotoon: concentratie buiten de cel is lager dan in de cel = cel zwelt op
Hypertoon: concentratie buiten de cel is hoger dan in cel = cel krimpt -
Wat is een colloid-osmotische druk/oncotische druk?
De druk die door een eiwit word uitgeoefend
Zorgt ervoor dat het bloed in de bloedbaan blijft
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden