Samenvatting: Fysiologie Van Mens En Dier
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van fysiologie van mens en dier
-
Spieren
Dit is een preview. Er zijn 29 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/03/2018
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is een belangrijk verschil tussen de somatische en de autonome aansturing van spieren.
Het somatische systeem kan alleen excitatoir aansturen en het autonome systeem kan zowel excitatoir als inhibiterend aansturen.
Voor ontspanning van het somatische spierstelsel is inhibitie van somatische motorneuronen in het CNS nodig. -
Hoe is de anatomie van de neuromusculaire junctie
-Het bestaat uit axonterminals, motor eindplaten en schwanncellen.
-De spiervezel bestaat uit een "bundel" spiercellen die 1 stuctuur vormen met aan de buitenzijde de celkernen.
-De motoreindplaat bestaat uit een deel van het spiermembraan dat veel ACh receptoren heeft.
-De axonterminals bestaan uit somatische neuron vertakkingen.
Belangrijk is dat 1 motor-neuron meerdere spiervezels kan aansturen , maar dat er niet meerdere motor-neuronen naar 1 spiervezel gaan ! -
Wat kun je opmerken over de synaptische spleet tussen de motor-eindplaat en de axonterminal.
Hij is niet gevuld met vloeistof maar met een soort collageen-achtige stof omdat er zeer veel beweging is en het dus stevig moet zijn. -
Hoe is het mechanisme van de vrijmaking van ACh in de synaptische spleet.
Er is een actiepotentiaal wat aankomt bij de axonterminal. Daardoor gaan de voltage-gated Ca2+ kanalen open en komt er Ca2+ de axonterminal binnen waardoor er vesicles samensmelten met de membraan en er ACh vrij komt in de synaptische spleet. -
Wat gebeurt er op de motor eindplaat als er ACh vrijkomt.
De nicotinerge receptoren binden ACh en daardoor gaan ze open en laten ze Na+ naar binnen en K+ naar buiten. Hierdoor depolariseert de spiervezel en komt er Ca2+ vrij uit het sarcoplasmatisch reticulum waardoor er spiercontractie plaats vindt. -
Wat kun je zeggen over regeneratie van het spiersysteem.
Regeneratie van de zenuwen is niet altijd mogelijk. Regeneratie van de spieren zelf wel, zeker op jongere leeftijd. Satelietcellen (stamcellen) worden geactiveerd door een beschadiging en er vormt zich een "notch" Opzoeken ! -
Hoe heet de cel, het celmembraan, het cytoplasma en het endoplasmatisch reticulum in de spieren
spiercel -spiervezel
celmembraan -sarcolemma
cytoplasma -sarcoplasma
ER -sorcoplasmic reticulum -
Geef de opbouw van de anatomie van de spier van groot naar klein.
-Skeletspier; bindweefsel, Spierweefsel, bloedvaten, zenuwen.
-Fasicles; spiervezels
-Spiervezels; sarcolemma, T-tubules, sarcoplasma, kernen
-Sarcoplasma; Sarcoplasmatisch reticulum, myofibillen, mitochondrien, glycogeen granulen.
-Myofibrillen; troponine, actine, tropomisine, myosine, titine, nebuline. -
Omschrijf de eigenschappen van de anatomie van de spier.
Het zijn vezels die in bundels liggen in een bindweefselkapsel (paralel).
Ook de fasicles en de spier hebben een bindweefselkapsel en alle bindweefsel-kapsels zijn met elkaar verbonden. -
Wat is de functie van t-tubules en van het sarcoplasmatisch reticulum.
De t-tublnes zorgen ervoor dat het actie-potentiaal snel overal kan komen.
Het sarcoplasmatisch reticulum zorgt voor opslag en afgifte van Ca2+.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden