Water, zout en nieren

15 belangrijke vragen over Water, zout en nieren

Wat is de brattleboro rat

Een rat die vrijwel geen vasopressine aanmaakt en dus heel veel plast.

Hoe heten de onderdelen (in volgorde) van een corticaal nephron.

-Bowman capsule.(De glomerulus omhulling)
-Proximale tubule
-Descending limb of loop of Henle
-Loop of Henle
-Ascending limp of loop of Henle
-Distale tubule
-Collecting duct 

Dan zijn er de afferente arteriole de glomerulus met het juxtaglomulair apparaat en de efferente arteriole en de peritubulaire capillairen.

Hoe zit het met de filtratie, reabsorptie, secretie en excretie in relatie tot de verschillende delen van de nephron.

Bowman capsule;
filtratie
Proximal tubule;
reabsorbtie
secretie
Loop van Henle;
reabsorptie
Distal tube;
reabsorbtie 
secretie
Collecting duct;
reabsorbtie 
secretie
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de relatie tussen gefilterde, gereabsorbeerde, secreted en excreted hoeveelheid.

excreted = gefilterd -gereabsorbeerd + secreted

filtratie in het kapsel van Bowman - 180 liter per dag eind van de proximale tubulus - 54 liter per dag (30%) eind van de lus van Henle - 18 liter per dag (10%) urine productie - 1.5 liter per dag (1%) 

- glomerular filtration rate = 180 liter / dag, het bloed wordt ~60 keer per dag gefilterd (3 liter plasma) - 20% van het totale volume dat door de nieren gaat: 900 liter bloed per dag 

Welke kracht zorgt voor de filtratie en beschrijf hoe groot die is en hoe dat is opgebouwd

Dat is de bloeddruk. Hydrostatic pressure, 55 mm Hg.
De tegenkrachten zijn;
Druk vloeistof in lumen. Fluid pressure, 15 mm Hg.
Osmotische druk. Colloid osmotic pressure, 30 mm Hg.
Dat is 55 - 15 - 30 = 10 mm Hg

In welke range van boeddruk kan het lichaam de GFR

tussen 80 en 180 mm Hg

Welke systemen heeft het lichaam om de GFR constant te houden

LOKAAL.
De Myogenic response
, baroreceptoren in de nieren geven een signaal zodat afferente of efferente arteriolen kunnen samentrekken. Dit is een snel systeem.
De Tubuloglomerulaire feedback, macula densa meet toegenomen doorstroom van bloed en geeft paracrinen af zodat de afferente arteriole samentrekt. Dit is een iets langzamer systeem
NIET LOKAAL.
Hormonen en Autonoom zenuwstelsel.

Voor hoeveel % bestaat een mens uit water.

60% total mass = waterDit percentage neemt af met de leeftijd.

65 kg → 25 liter intracellular 15 liter extracellular

1 kg carbohydrates
100 gram liver glycogen
300 gram muscle glycogen
15% fat
varies from 5-50% total body weight
1 kg body function (cell membranes)
rest: energy stores
10% proteins (amino acids)

Wat zijn kwalen gerelateerd aan weinig waterinname

Hoge bloeddruk
Nierstenen
Borstkanker, darmkanker, urinewegkanker
vetzucht
vertering en speekselklierfunctie
algemene gezondheid bij ouderen.
(Dehydratie-ongevoeligheid)

(verlies van 20 % van lichaamsvloeistof leidt tot de dood)

Geef gebeurtenissen bij verlaging van het bloedvolume met als gevolg een daling van de bloeddruk

Volume receptoren in de atria en baroreceptoren in de carotis en aorta geven een signaal dat aanzet tot de volgende homeostatische reflexen;
cardiovasculiar;
-cardiac output omhoog en vasoconstrictie
gedrag;   
-dorst zorgt voor waterinname
nieren;
-Houden zoveel mogelijk H2O vast

Bij verhoging van de bloeddruk is er de omgekeerde cardiovasculaire reflex en de nieren scheiden water en zouten uit.

Welke prikkels en vervolgens mechanismen zijn er voor de aanmaak van vasopressine.

Een osmolariteit groter dan 280 mOsm.
Osmoreceptoren in de hypothalamus geven een signaal naar interneuronen in de hypothalamus. Hypothalamusneuronen maken vasopressine.
Verlaagde rek in de atria. 
Rekreceptoren van het atrium geven een signaal naar de hypothalamus. Hypothalamusneuronen maken vasopressine.
Verlaging van de bloeddruk.
Baroreceptoren in carotis en aorta geven een signaal naar de hypothalamus. Hypothalamusneuronen maken vasopressine.

Hoe is de osmolariteit door het hele nephron

In de proximale tubule laag (300 mOsM)
Dan naar beneden de loop van Henle in steeds hoger tot 1200 mOsM.
Dan naar boven de loop van Henle weer uit naar beneden tot 100 mOsM.
In de distale tubule en de collecting duct kan hij laag blijven of heel hoog worden afhankelijk van reabsorptie.

Wat is het mechanisme in de collecting duct.

Onder invloed van vasopressine wordt de collecting duct waterdoorlatend.
Water kan naar de vasa recta omdat vasopressine op een vasopressine receptor komt.
Hierdoor wordt cAMP aangemaakt waardoor opslag-vesicles samensmelten met de celwand aan de kant van het lumen en daar extra aquaporines in zetten.

Welke stappen worden in gang gezet bij inname van zout. Dus volume blijft gelijk, osmolariteit gaat omhoog.

Door stijging osmolariteit wordt vasopressine aangemaakt en houdt de nier meer water vast.
Door dorstgevoel ga je drinken.
Hierdoor gaat het ECF volume omhoog.
Door omhooggaan ECF volume gaan de nieren zout en water afgeven (langzame reactie).
Door omhooggaan ECF volume gaat de bloeddruk omhoog en de cardiovasculaire reflexen zorgen voor verlaging van de bloeddruk.
Dus uiteindelijk heb je water bijgedronken en water met zout uitgescheiden en dus is de osmolariteit weer normaal.

Welke brede mechanisme treedt in werking bij hoge bloeddruk zodat de atria oprekken.

De atria rekken op en de myocardiale cellen rekken en geven natriuretische peptiden vrij (hormonen).
Het effect van natriuretische peptiden is;
Hypothalamus, minder vasopressine
Nieren, meer GFR (meer filtering) en minder renine.
Adrenal cortex, minder aldosteron
medulla, verminder bloeddruk.

Het gevolg is het uitscheiden van NaCl en water en verlaging van de bloeddruk.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo