Samenvatting: Fysische Diagnostiek Hoofdstuk 3 Algemeen Onderzoek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Fysische diagnostiek Hoofdstuk 3 Algemeen onderzoek
-
Fysisiche diagnostiek Hoofdstuk 3 Algemeen onderzoek
Dit is een preview. Er zijn 29 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 16/08/2015
Laat hier meer flashcards zien -
Wat voor systeem gebruiken we voor een patient in spoedzorg?
ABCDE systeem
A=airway
B=breathing
C=circulation
D=disabiltity
E=enviroment -
Bewustzijn en orientatie.Het bewustzijn is in te delen in activering:
de mate van aandacht voor de omgeving
inhoud(waarneming, gedachten, gevoelens, intenties waarvan men zich bewust is).
Het bewustzijn is een functie van de grote hersenen en van de hersenstam. -
Hoe beschrijf je een verlaagd bewstzijn?
Deze zijn somnolent(slaperig, traag), soporeus(suf) en comateus (bewusteloos). -
Hoe heet de snelle scoring van het bewustzijn die in de spoedeisende zorg wordt gebruikt?
AVPU score
A=alert, helder. Open ogen, adequate reactie op vragen en opdrachten.
V=verbal (of voice), Reactie op vraag of opdracht met ogen, stem of een beweging. Patiënt ligt verder met de ogen dicht, slaperig(somnolent tot soporeus).
P=pain. Patiënt reageert alleen op pijnprikkels(zie ook GCS). Reactie kan zijn het openen van de ogen, een geluid of beweging(wegtrekken bij een pijnprikkel, of onwillekeurig buigen of strekken).
U=unresponsive. De patiënt is bewusteloos, comateus. -
Wat zijn de eerste indrukken die de arts opmerkt en die informatie geven over een patient?
Ziek/niet ziek
Biologische leeftijd versus kalenderleeftijd
Pijn
Lichaamsgeur:
-Rooklucht
-Hallitose foetor ex ore
-Keton lucht
-Alcohollucht
-Uremische foetor
-Foetor hepaticus
-Overige geuren(darmobstructie, braken, stofwisseleingsziekten etc).
Verzorgng
Contact affect(zichtbare emoties). -
Noem 2 oorzaken van een afwijkende lichaamsbouw?
Genetische afwijkingen in de lichaamsbouw(bij. Marfan), syndroom van Klinefelter).
Verworven afwijkingen in de lichaamsbouw(scoliose, cushing habitus). -
Huid.Waar bevind de epidermis(opperhuid) zich?
Bevindt zich aan de buitenzijde en bestaat uit gelaagd plaveisel epitheel zonder bloed en lymfevaten -
Hoe heet de basale cellaag van de epidermis en wat is de werking hiervan?
Stratum gernimativum, hier vindt voortdurende celdeleing van de kerotocyten plaats. zodat de huid van oneraf steeds weer aangroeit. In het stratum germanativum liggen ook de melanocyten(pigmentcellen)tussem de keratocyten. Deze maken pigment korrels(piment=melanine)en geven deze door aan de epidermische cellen waar ze als een soort van parasol boven de celkernen worden opgeslagen. Zo wordt het kwetsbare erfelijke materiaal in de celkern(DNA) afgeschermd tegen de beschadigende werking van zonlicht. -
Vertel wat over de dermis(lederhuid).
Deze bestaat uit bindweefsel met veel elastische vezels waaraan de huid haar elastische tijd en trekvastheid ontleent en dat door de sterke plooing de epidermis stevig verankert. In het dermis bevinden zich de zintuig- en zenuwelementen, bloed-lymfevaten en zweet en talgklieren. -
Vertel wat over de subcutis(hypodermis), de onderste laag van de huid?
Bevat losmazig bindweefstel en variabele hoeveelheden subcutaan vet. De subcutus brengt de verbinding met de onderliggende structuren tot stand(fascie, organen) die op vele plaatsen zeer beweegelijk(moet)zijn.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden