Samenvatting: Gedragsproblemen Class Notes

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Gedragsproblemen Class notes

  • Algemene inleiding: (ab)normaal gedrag

    Dit is een preview. Er zijn 16 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/04/2014
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is het verschil tussen jongens en meisjes m.b.t. stoornissen?

    - Jongens laten in het algemeen meer vroege (ontwikkelings)stoornissen zien gebaseerd op een problematische neurologische afwijking.
    - meisjes laten meer emotionele stoornissen zien met een piek in de adolescentie.
  • Waar is het model van Bronfenbrenner een voorbeeld van en noem de niveaus van binnen naar buiten.

    • Van een omgevingsmodel.
    • micro-niveau - mesoniveau- macroniveau.
  • Een onderdeel van het transactioneel model is het littekenmodel. Wat houdt dit in?

    Hierbij wordt verondersteld dat een kind door blootstelling aan een bepaalde situatie blijvend getekend is.
  • Wat zijn de drie factoren die Pennington onderscheid die van belang zijn bij OPP (Ontwikkelingspsychopathologie)?

    1. Etiologie (genetica)
    2. Hersenontwikkeling (werking neurotransmitters)
    3. Neuropsychologie (brug tussen hersenen en gedrag)
  • Waar houdt de klinische ontwikkelingspsychologie zich vooral mee bezig?

    De bestudering van de ontwikkeling en het voorkomen en behandelen van psychische problemen bij kinderen en jeugdigen Voegt diagnostiek, preventie en interventie toe aan de OPP.
  • Leg uit wat distale- en proximale factoren zijn en wat voor invloed ze op elkaar hebben.

    Distale factoren zijn factoren zoals armoede.
    Proximale factoren zijn factoren zoals negatieve opvoedingsstijl als gevolg van financiële gevolgen voor het gezin. 
    De distale factoren verhogen de kans op het voorkomen van proximale factoren.
  • Wat is een beschermende factor? Hoe kan je deze meten?

    Een factor die een risicovolle situatie de negatieve invloed van de risicofactoren op de ontwikkeling geheel of gedeeltelijk teniet doet.
    Deze is alleen te meten in aanwezigheid van een risicofactor.
  • Wat houden follow-back studies in en wat is het nadeel hiervan?

    Mensen die een stoornis hebben, worden geïnterviewd over de oorzaken, zodat behandelaars deze kunnen signaleren bij kinderen.
    Nadeel: informatie vaak onbetrouwbaar.
  • Wat houdt het fast-track project in?

    Families and schools together.  
    Antisociaal gedrag bij adolescenten kan verklaard worden uit storend gedrag op jonge leeftijd. 
    Op basis van een dubbele screening (ouders en leerkracht) worden de risicokinderen geselecteerd in de laatste klas van de kleuterschool (groep 2). 
  • Wat zijn de 5 preventie-maatregelen bij het fast-track project?

    1. -        Oudertraining
    2. -        Huisbezoeken en casemanagment
    3. -        Sociale vaardigheidstraining voor het kind.
    4. -        Bevorderen van leesvaardigheden
    5. -        Leerkrachtgebaseerde klasinterventie. 

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart