Samenvatting: Gedragsturende Documenten
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Gedragsturende documenten
-
Hoofdstuk 1 en 2
Dit is een preview. Er zijn 31 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/02/2017
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn persuasieve documenten?
Persuasieve documenten worden ontworpen met als doel de attitude van de lezer te beïnvloeden door middel van informatieoverdracht waarbij de lezer een zekere mate van vrijheid heeft. Het zijn documenten die gericht zijn op het overtuigen van mensen en het beïnvloeden van gedrag. Er is volgens O’Keefe (2002) alleen sprake van overtuigen wanneer de mentale toestand van de ander inderdaad is veranderd. Deze mentale toestand staat gelijk aan de attitude. -
Welke drie documenttypen zijn van elkaar te onderscheiden volgens Hoeken (1992)?
Informatieve documenten: Het doel is om de lezer te informeren (krantenberichten, onderwijsboeken, voorlichtingsboeken).
Instructieve documenten: Het doel is om lezers in staat te stellen bepaalde handelingen uit te voeren (handleidingen, formulieren, bijsluiters).
Persuasieve documenten: Het doel is om lezers te overtuigen van een bepaald standpunt (sturende voorlichting, reclame). -
De klassieke retorica bestaat uit drie dimensies. Welke zijn dat?
Inventio: Het verzamelen en selecteren van informatie.
Dispositio: Het ordenen van de geselecteerde informatie.
Elocutio: Het verwoorden van de informatie. -
Wat ontbreekt er volgens Hoeken, Hornikx en Hustinx (2012) aan de definitie van overtuigen zoals O’Keefe (2002) deze beschrijft?
Gedrag -
Wat is het verschil tussen een persuasief document en informatief document?
Bij informatieve documenten gaan lezers meer uit van het communicatiebeginsel. Bovendien verwachten lezers van informatieve documenten dat de schrijver eerlijke en betrouwbare informatie geeft. Bij persuasieve (overtuigende) teksten is dat niet het geval aangezien lezers ervan uitgaan dat de schrijver belang heeft bij het verzwijgen van informatie. -
Wat is het verschil tussen sturende en niet-sturende voorlichting?
Bij sturende voorlichting verstrekt de voorlichter informatie met als doel dat de doelgroep een bepaalde conclusie trekt. Bij niet-sturende voorlichting verstrekken voorlichters informatie zonder daarbij de doelgroep in de richting van en bepaalde conclusie te sturen. De doelgroep moet in dit geval maar zelf bepalen wat zij doen. -
Waar is persuasieve communicatie op gericht?
Op de beïnvloeding van de attitude. Het achterliggende doel daarbij is het beïnvloeden van gedrag. Adverteerders proberen de doelgroep zo positief mogelijk te laten denken over hun product ten aanzien van haar concurrenten. Adverteerders kunnen de doelgroep namelijk niet verplichten het product aan te schaffen, die keuze is aan de consument zelf. -
Bij vergelijking van instrumenten hanteert WRR (1992) twee dimensies. Welke zijn dat?
Handhavingslast (voorbeeld: de overheid besluit een wet of regel in te voeren)
Eigen verantwoordelijkheid (wanneer mensen een grotere eigen verantwoordelijkheid hebben, neemt de handhavingslast van de overheid af). -
Bij minder urgente situaties heeft de overheid keuze uit verschillende instrumenten die gemaakt worden op basis van drie dimensies. Welke zijn dat?
De meetbaarheid van het gedrag
De structuur van de doelgroep
De kosten voor de doelgroep -
Welke stappen leiden tot een effectieve communicatiecampagne volgens Noar (2006)?
1. Formatief onderzoek uitvoeren
2. Theorie gebruiken
3. De doelgroep segmenteren
4. Een geschikt boodschap-ontwerp gebruiken
5. Geschikte kanalen kiezen
6. Het proces controleren
7. Goed evaluatieonderzoek uitvoeren
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden