Invloeden vanuit de wetenschap (II); informatieverwerking en emotie - Redenering en Interpretatie

8 belangrijke vragen over Invloeden vanuit de wetenschap (II); informatieverwerking en emotie - Redenering en Interpretatie

Interpretatie komt voor in verschillende vormen en kent 3 aspecten. Welke?

1.  Attributie; gaat over de verklaringen die men voor bepaalde gebeurtenissen hanteert.

2. Verwachting; heeft betrekking op de gevolgen die men voorspelt op basis van bepaalde omstandigheden.


3. Hypothesetoetsing; gaat over redeneringen en gedragingen die men toepast om na te gaan of bestaande ideeen nog steeds kloppen of om zich nieuwe ideeen eigen te maken.


In het dagelijks leven worden interpretatie en redenering doorgaans geidentificeerd met een doelbewust verlopen Intentioneel Denkproces; hoe weet mijn baas dat ik op zoek ben naar een andere baan? Wat heeft hem dat verteld?

Een meer geavanceerde onderzoeksmethode om betekenissen te meten maakt gebruik van de eye blink reflex.
Leg uit wat dit betekend.

Bij een plots hard geluid knippert iedereen met de ogen.

Men heeft vastgesteld dat de grootte van deze algemene automatische reactie indicatief is voor de positieve stemming (kleine eye blink), dan wel negatieve stemming(grote eye blink).

Geregeld blijkt er een discrepantie te bestaan tussen de mate waarin mensen expliciet aangeven hoe zij over bepaalde zaken denken en de mate waarin ze dat impliciet doen, zoals o.a.  gemeten kan worden met de Impliciete Associatie Test (IAT). Leg uit wat de IAT inhoudt en wat je ermee kan meten.

Dan moeten proefpersonen woorden die op een computerscherm verschijnen, rubriceren over 2 dimensies.

De ene dimensie is een attributieconcept (bijv.  waardeoordeel) en de ander een doelconcept (ik-ander).

  • je kan adhv de reactietijden afleiden of de persoon een impliciet positief of negatief zelfbeeld heeft.

  • Hoewel de waarde van de IAT niet onomstreden is, geldt het instrument vooralsnog als 1 van de beste methoden om impliciete attituden en meningen te meten.    
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer we het over attributiestijlen hebben vond men dat de attributiestijl van relatief gezonde mensen in het algemeen wordt gekenmerkt door ....

Self serving bias. Succes aan zichzelf toeschrijven en mislukkingen aan de anderen.

  • Self serving Biases bevorderen positieve zelfwaardering en motivatie.  

Bij het onderzoek naar verwachtingen op grond van bepaalde omstandigheden, is men vooral geinteresseerd geweest in de heuristieken die men toepast.

Wat zijn heuristieken? En wat is wellicht de klinisch relevanste disfunctionele zoekstrategie?

Heuristieken zijn zoekschema's.

Ex consequentia redenering; angstpatienten ervoeren beschreven situaties als angstwekkender naarmate er meer informatie over de eigen angstreactie werd gegeven. If I feel anxious, there must be danger. 

Noem 2 soorten beslisregels en en leg uit waarbij confirmatie of falsificatie een rol speelt.

  1. Veiligheidsregels
  2. Gevaarregel

Confirmatie wordt normaal toegepast bij gevaarregels --> "het is pas gevaarlijk wanneer...."

Falsificatie bij veiligheidsregels. --> Het is in principe veilig, behalve als ...er (niet) is."  

Let op: er zijn enkele aanwijzingen dat bijvoorbeeld angstige mensen deze regels anders toepassen binnen hun angstdomeinen. Hypochonders zijn vooral gericht op aanwijzingen voor gevaar (threat confirmation).

Bij onderzoek naar verwachtingen op grond van bepaalde omstandigheden is men vooral geïnteresseerd geweest in de heuristieken die proefpersonen hierbij toepassen.

Noem 2 strategieën die verwachtingen aan sturen?

  • ex consequentia redenering; angstpatienten beschreven situaties als meer angstig naarmate er meer informatie over de eigen angstreactie werd gegeven.
  • self-fullfilling prophecy

Noem een aantal taken waarmee betekenis en interpretatie gemeten kan worden.

  1. Lexicale decisietaken; o.a. Evaluatieve priming, evaluatieve conditionering, hedonic shift
  2. Niet associatief mere exposure effect.
  3. Eye blink reflex
  4. Impliciete Associatie Test (IAT)
  5. Virtual Reality Experiment (avatars)
  6. Attributie; heuristieken, ex consequentia redenering
  7. Approach-avoidance task

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo