Diagnostiek van aangrijpingspunten (II); de functieanalyse

43 belangrijke vragen over Diagnostiek van aangrijpingspunten (II); de functieanalyse

Welke 2 diagnoses moeten tijdens de diagnostiekfase worden geforumleerd?

1. Beschrijvende classificatie volgens DSM
2. Verklarende diagnose in de vorm van functie- en betekenis-analyse
(eventueel in combinatie met holistische theorie)

Wat is FA, BA en HT?

FA: factoren die problematisch gedrag in stand houden

BA: manier waarop problematische betekenis aan situatie/ gebeurtenis is gerelateerd

HT: samenhang van verschillende problemen

Wat zij twee overeenkomsten van FA en BA?

zoekschema om informatie te ordenen en te verklaren

hart van CGT
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is een zoekschema en een analyseschema?

FA & BA worden eerst gebruikt als zoekschema om het probleem van de patient te ordenen en te verhelderen.

FA & BA zijn daarna analyseschema's met die je het probleem analyseerd om vervolgens tot een adequate interventie te komen.

Wat  zijn vier gemeenschappelijke factoren van BA & FA en dan het specifieke verschil?

associatie (vertrekpunt)
                   FA: gepercipierd
                  BA: ervaren

post-hoc interpretaties

hypothesen

ten dienst staan van interventie

klachtgericht

Wat zijn de 5 elementen van het zoekschema FA?

1. Het te verklaren gedrag, gesymboliseerd in de R (respons)
2. De door de patient veronderstelde positieve gedragsconsequenties waardoor het te verklaren gedrag in stand wordt gehouden
3. De feitelijke negatieve gedragsconsequenties die het te onderzoeken gedrag juist problematisch maken en die de patient zich niet altijd voldoende realiseert
4. De context, gesymboliseerd als Sd (discriminative stimuli), waarmee grenzen worden aangegeven waarbinnen de associatie "R > positieve gedragsconsequentie" geldt
5. De associatie ( > ) waarmee de door de patient veronderstelde relatie tussen R en positieve gedragsconsequentie wordt aangegeven, alsmede de feitelijke relatie tussen R en negatieve gedragsconsequenties

Hoe volgen FA en BA zich op en waarop zijn zij gericht?

Normaal FA beginnen maar volgen snel op elkaar

FA gericht op gedrag
BA gericht op emotie en situatie

Wat is de FA, hoe ziet hij eruit en welke consequentie is rond en welke rechthoekig?

In woorden zegt de FA: 'Iemand doet R in context Sd omdat hij verwacht dat er positieve gedragsconsequenties zullen volgen, ook al leidt dat tot een of meer feitelijke negatieve consequenties.

De negatieve consequenties zijn vaak feitelijker en meer objectief dan de vermeende positieve effecten en zijn daarom in de rechthoek. De positieve effecten zitten echter meer op de voorgrond in het hoofd van de client en staan daarom bovenaan.

Wat zijn respondenten en operanten? (onderscheid van R)

respondent: reactie op gebeurtenis, geen consequentie

operant: iets bereiken, doelgericht

vaak niet zo duidelijk

Wat is het verschil tussen operant gedrag en respondentgedrag (R = gedrag binnen de FA)?

Operant gedrag is gedrag dat doelgericht inwerkt op de omgeving: gedrag dat iets bewerkstelligt (conditionering).

Respondent gedrag is puur een reactie op een gebeurtenis en staat los van consequenties ervan, zoals woede. Een respondent kan een operant worden.

Wat zijn twee aspecten van problematisch gedrag , waarom(onderscheid in R)

vermijden van gedrag (beschikt wel van gedrag, niet durven)

gedrag ontbreekt dat wel verwacht (niet beschikken of komt er niet van)

Wat ga je doen als vaardigheid ontbreekt of er niet van komt?

ontbreekt: aanleren

komt er niet van: stimuleren

Welke 3 scenario's zijn er als een adequate R ( = gedrag) ontbreekt?

1. Vermijden van gedrag waarover de patient vaardig is maar het niet durft
2. Gedrag ontbreekt op moment dat je het verwacht, want de patient is niet vaardig
3. Gedrag ontbreekt op het moment waar je het verwacht, want de patient doet het simpelweg niet

Waar staat het symbool Sd voor?

Sd staat voor de context waarin het gedrag (in de ogen van de patiënt) functioneel is. Het is vaak niet duidelijk welk deel van de context verantwoordelijk is voor het gedrag van de patiënt.

Wat kan gezegd worden over R als specifieke gedraging en gedragspatronen en het interesse?

interesse in patronen

beginnen met specifieke gedragingen en op basis daarvan patronen filteren

Op welke twee momenten is de identificatie van de Sd van belang?

Diagnostiek: het kan dan duiden op de functionaliteit van het problematisch gedrag, waartoe dient het?
Interventie: het is vaak het lastigste om het gedrag niet toe te passen in een situatie waar het eerst optimaal effect had. De context is dan ook extra van belang tijdens de interventie.

Welke twee vormen van associaties komen voor in de FA?

1. Sequentiële associaties, er is een relatie in de tijd. Het gedrag heeft een effect tot gevolg.
2. Een bijzondere vorm van de sequentiële zijn de causale associaties. Hierbij wordt het gedrag niet alleen gevolgd door de consequenties maar is het er zelfs de oorzaak van.

R's kunnen overt of covert zijn. Wat betekent dit?

Overt: openlijke ook voor anderen waarneembare gedragingen waarbij motoriek is betrokken

Covert: interne gedragingen, vooral cognitieve activiteiten (zelfspraak, piekeren, fantaseren)

Met welke 5 technieken kunnen de vermeende positieve consequenties beinvloed worden?

falsificeren van verwachting

herevalueren van consequenties

aanleren alternatief

beter leren omgaan met consequenties

combi van allen

Wat is de eerste stap in een functieanalyse?

Stap 1 is het identificeren van problematisch gedrag. Dit kan duidelijk worden door de patiënt die erover vertelt, observaties van de therapeut/team, of door vragenlijsten. Specificeer het gedrag tot een actie, ga niet met een patroon aan de slag. Van daaruit kun je tot meer omvattende gedragscategorieën komen.

Waarom is de Sd in interventie belangrijk?

discriminatieve stimuli -> interventie alleen dan anders nutteloos

Wat is de vuistregel met betrekking tot de positieve vermeende gedragsconsequenties?

Wanneer de problematiek vooral gekenmerkt wordt door angst (stemmingsstoornissen/defensieve agressie) dan is er vaak sprake van -S- en ~S-.

Is er sprake van van drangproblematiek (verslaving) geef dan de voorkeur aan +S+.

Welke vormen kan de associatie aannemen?

sequentieel of causaal

over- en onderbetrokken (niet in schema)

Wat zijn stap 2 en 3 in de functieanalyse?

Bepaal de feitelijke negatieve gedragsconsequenties (+S-, -S+, ~S+) en de vermeende positieve consequenties (+S+, -S-, ~S-).
De vermeende positieve consequenties zijn het belangrijkste element in de FA. Ze houden namelijk het gedrag in stand.

Wat is de 4de stap in een functieanalyse?

Ga na of de belangrijkste positieve consequentie een US of een CS is. De vraag die je moet stellen is of de prikkel nog naar iets anders verwijst (CS, ga dan verder met de BA) of dat hij op zichzelf van betekenis is (US).

Wat zijn de 7 stappen van de FA`?

1. bepaal R (operante problematisch gedrag)

2. feitelijke bepaal negatieve consequenties (Sr)

3. bepaald vermeende positieve consequenties (Sr)

4. Positieve dedragsconsequentie een CS of een US?

5. Onderzoek de associatie tussen R en Sr en sterkte daarvan (mogelijk in BA)

6. Bepaal Sd (context)

7. Kan al worden geintervenieerd?

Waaruit kan de info over R verkregen worden? (3)

klacht

observatie

registratie/ vrangenlijsten

Wat is de 6de en laatste stap in een functieanalyse?

Bepaal de context (Sd) waarin de relatie tussen R en vermeende positieve gedragsconsequenties geldt.

Wat is met specifiek en algemeen in R?

uit specifieke gedragingen patronen vormen en in specifieke gedragingen intervenieren

Wat zijn de 5 belangrijkste soorten interventies die uit een FA kunnen voortkomen?

1. Verander de vorm van het problematisch gedrag, positieve consequenties blijven behouden en negatieve consequenties verminderen.

2. Ontneem het problematisch gedrag zijn functie door herevaluatie (eigenlijk devaluatie) van ingeschatte voordelen door bv. falsificatie

3. Maak het problematische gedrag onaantrekkelijker (door negatieve consequenties te benadrukken).

4. Voorkom confrontatie met de Sd (bv. junkies niet op t station laten)

5. Laat de Sd anders beoordelen door ze te herevalueren en minder belangrijk te vinden, dit lijkt op wat je dan bij een BA doet.

Wat  zijn drie manieren om achter de vermeende positieve en negatieve consequenties te komen?

Vragen: patient, partner, wat zou partner zeggen

Topografische analyse (TA)

ideeen van therapeut  (klinische expertise)

Wat is een topografische analyse (TA)?

concreete situatie de gebeurtenissen en gedragingen

voorafgaand gedrag

volgend gedrag

Wat zijn manieren om egosyntoon problematiek duidelijk te maken?

focus op negatieve consequenties

negatief etiketteren

anderen laten benoemen

Wanneer kan pas geintervenieerd worden als egosyntone problematiek?

als patient ambivalent is of inziet dat negatief

Wanneer is een bekrachtiger een CS of een US?

CS: verwijst naar iets anders, automatische gedachten

US: intrinsiek betekenisvol , kernopvatting

Hoe kom je erachter of het CS of US is?

doorvragen

Welke drie vragen stel ik of ik genoeg info heb en kan starten met interventie?

weet ik genoeg?

wat moet ik nog weten?

op weke wijze zou info keuze voor interventie veranderen

Wat zijn 5 maatregelen die ut FA naar voren komen?

1. verander vorm van problematisch gedrag (vaardigheden aanleren)

2. ontneem functie van problematisch gedrag (herevalueren, falsificeren)

3. Maak problematisch gedrag onaantrekkelijker (negatief benadrukken)

4. voorkom confrontatie met Sd

5. Sd anders beoordelen (herevalueren)

Wat bepaalt of je een FA of BA moet uitvoeren?

aan de patient wordt meestal overgelaten welk probleem het eerst geanalyseerd moet worden.

A) een FA voer je uit wanneer de patient komt met problematisch (of chronisch) gedrag.  dan kijk je naar de omstandigheden en de factoren waarin zich dit gedrag voordoet.

B) een BA voer je uit wanneer de patient problematische emoties (of situaties) opnoemt. dan ga je kijken naar de betekenis van de situatie.

Wat streeft de therapeut na als het gaat om gedragsconsequenties ?

geef een verklaring hiervoor !

de therapeut wil de feitelijke negatieve consequenties benadrukken (en vervolgens de problematische gedragingen wijzigen).

voor de patient zijn de feitelijke negatieve (gedrags-)consequenties minder bewust dan de vermeende positieve consequenties ( = disfunctioneel), en daarmee vormen de 'positieve consequenties' disfunctioneel gedrag.

Welke gedragsconsequenties ( S ) zijn er binnen de FA en wat betekenen deze?

+S+ (veel bij verslaving, seksuele problemen)
-S+
~S+

+S-
-S- (veel bij agressie of zelfdestructie, suicidaliteit)
~S- (veel bij vermijdingsgedrag, agorafobie)

Hoe ziet het stappenplan bij het opstellen van een FA er uit (vereenvoudigd schema Scheurs)?

1) Bepaal het (operante) problematische gedrag (R)

2) Bepaal de feitelijke negatieve gedragsconsequenties (+S-, -S+, ~S+)

3) Bepaal de vermeende positieve consequenties (+S+, -S-, ~S-)

4) Ga na of de belangrijkste positieve consequentie een US of een CS is

5) Indien CS: analyseer in een BA Indien US: overweeg of al kan worden geïntervenieerd of dat de US eerst moet worden uitgevraagd in termen van stimulusrepresentatie, responsrepresentatie en betekenisrepresentatie

6) Bepaal de context (Sd) waarin de relatie tussen R en vermeende positieve gedragsconsequenties geldt

Hoe ziet het stappenplan bij het opstellen van een FA eruit?

1) Identificeren van het problematische gedrag (R) Van specifiek naar algemeen

2 & 3) Het bepalen van de bekrachtigers (Sr en feitelijke Sr-neg) en het toetsen ervan

4) Is de bekrachtiger een CS of een US?

5) Bepalen van de aard van de associatie: sequentieel of zelfs causaal; overbetrokken of onderbetrokken?

6) Bepalen van de context (Sd)

7) Kan all worden geintervenieerd?

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo