Samenvatting: Geld, Ieb En Bedrijfsomgeving | 9789001408008 | W Hulleman, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Geld, IEB en bedrijfsomgeving | 9789001408008 | W. Hulleman; A.J. Marijs

• 1 1. Aanbod van geld

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is goederenruil economie in het economisch proces?

  Wanneer mensen in een gemeenschap een deel van de goederen/diensten die ze produceren zoals landbouw, visserij of jacht inruilen om dingen te kopen die ze zelf niet kunnen maken zoals metalen, landbouwvoertuigen of medicijnen.
  
  Bij goederenruil gaat het om waardevol inruilen,   er is weinig behoefte aan geld.

• Wat is ruil arbeidsindeling?

  De noodzaak van ruil en arbeidsindeling  neemt toe naarmate de economie ingewikkelder wordt.
  
  Arbeidsindeling is wanneer mensen zich specialiseren in één goed of enkele goederen of een bedrijfstak. Hierdoor kunnen ze behoeften bevredigen door producten met anderen te ruilen.

• Wat zijn de 3 functies van geld of liquide middelen die uitgeoefend worden in de economie?

  1. Ruilmiddel
  2. Rekeneenheid
  3. Oppotmiddel

• Wat zijn de 2 kenmerken van geld als rekeneenheid?

  1. Waardenmaatstaf
  Geld is een maatstaf waarin mensen de waarde van goederen en diensten uitdrukken(om te vergelijken, vanwege hun behoefte, om te budgeteren, begrotingen te maken, resultaat rekeningen en balansen, waardering voorraden, machines of gebouwen, winst, verlies en vermogensverhoudingen)
  2. Vermindering aantal prijzen
  *goederenruileconomie: geld gebruik vermindert het aantal prijzen(100 goederen hebben 5000 prijzen)
  *geldeconomie :goederen nemen de rol van geld in(er blijven 99 prijzen over)
  
  Impact van het gebruik van geld als rekeneenheid  in  het economisch proces:het vermindert de informatiekosten.

• Wat zijn de kenmerken van de functie  van het gebruik van geld als oppotmiddel in het economisch proces?

  Vermogensportefeuilles:
  Mensen potten geld op en sparen dus. Mensen leggen hun vermogen vat in liquide middelen, spaargelden, obligaties, aandelen en woningen.

• 1.1 Geld en het economisch proces

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de voordelen van omwisselen in de Europese Unie?

  Doordat je in de eurozone overal met EUR kan betalen zijn;
  - geen hoge kosten meer voor omwisselen
  - de concurrentiepositie verbetert 
  - kosten voor het omwisselen van valuta zijn weggevallen
  - de onzekerheid over waardevermindering van de verschillende valuta's voorheen is weggenomen.
  - prijsveranderingen zijn kleiner geworden
  - internationale handel voor ondernemingen is gemakkelijker

• Wat zijn de 3 functies van geld met hun kenmerken en de schade van van hoge inflatie daarop?

  Ruilmiddelfunctie- km: ongedifferentieerde koopkracht ( splits ruil in twee delen) -> gevolg van de hoge inflatie is terug naar goederenruil of andere valuatie neemt ruilmiddelenfunctie over( dollarisering)
  
  Rekeneenheid- km:waardemaatstaf ( vermindering aantal ruilvoeten)-> gevolg van hoge inflatie de prijzen gelden voor een korte termijn.
  
  Oppotmiddel-km: vermogensbestandsdeel( zuiver liquide, geen rendement)-> gevolg van hoge inflatie kasgeld als vermogensbestanddeel vermindert snel in waarde

• 1.2 Aanbod van geld M1

  Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de 3 geldsoorten die in economie in omloop zijn?

  1. Munten
  2. Bankbiljetten en
  3. Giraal geld ( plastic, bankpas, cheque, lening etc)

• Door wie worden de 3 geldsoorten gemaakt of in omloop gebracht?

  Munten - door de overheid
  Bankbiljetten- door  de centale bank
  Giraalgeld -( plastic, bankpas, cheque, lening etc) door banken

• Op welke 2 manieren  ontstaan munten bij de overheid?

  1. Spontaan ontstaan van geld
  Kenmerken:
  

  • - edelmetaal als ruilmiddel
  • -intrinsieke waarde bepaald door vraag en aanbod

  
  2. Overheid slaat munten
  Kenmerken
  

  • -Munten krijgen nominale waarde
  • -intrinsieke en nominale waarde kunnen uiteenlopen