Samenvatting: Gelijk Hebben, Gelijk Krijgen | 9789462364035
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Gelijk hebben, gelijk krijgen | 9789462364035
-
1 Ruziën of discussiëren
-
1.1 Wie beweert, moet bewijzen
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer je het niet met elkaar eens bent dan zijn er drie opties. Welke?
Je loopt weg van de ander
Je maakt ruzie
Je probeert de ander te overtuigen an jouw eigen standpunt -
Wie beweert moet bewijzen?
Als je een mening verkondigt of een standpunt over iets inneemt, dan moet je desgevraagd bereid zijn om daarvoor argumenten te leveren. Rechtspraak/wetenschap -
1.2 Het belemmeren van het geven van een mening
-
Twee manieren om te voorkomen dat iemand een mening naar voren brengt.
Standpunt taboe te verklaren
Dreigen met geweld of aanverwante onaangename gevolgen. -
1.3 De persoonlijke aanval
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
ad hominem, argumentatie?
Gericht tegen de persoon ipv tegen de stelling of argumentatie. -
Belangrijke kenmerk persoonlijke aanval
er wordt geen onderscheid gemaakt tussen persoon/mening of stelling die de persoon verkondigt en verdedigt. -
Hoe kun je de ad hominem gebruiken?
Als redelijk argument
discussietruc
afleidingsmanoeuvre -
1.3.1 De directe beledigende (abusive) ad hominem
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3.1
Laat hier meer flashcards zien -
Abusive ad hominem
Persoonlijke aanval wordt ingezet wanneer er voor publiek wordt geargumenteerd. -
Kenmerkend voor ad hummen abusive
Is kenmerkend voor ruzies, waarbij de kwestie waar de ruzie om is begonnen niet meer ter zake is. De tegenstander zo veel mogelijk beschadigen. -
1.3.4 Algemene kenmerken van ad hominem
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3.4
Laat hier meer flashcards zien -
Er wordt gedaan of iemand die zelf niet zonder fouten of zonden is nooit een juist standpunt kant innemen of terecht twijfel kan hebben
Directe persoonlijke aanval -
De motieven die de tegenpartij tot zijn standpunt of twijfel gebracht hebben worden verdacht gemaakt: hij of zij heeft er persoonlijk belang bij en is dus bevooroordeeld
Indirecte persoonlijke aanval
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden