Corticosteroiden - glucocorticosteroiden - cushing syndrome + glucocorticosteroiden
20 belangrijke vragen over Corticosteroiden - glucocorticosteroiden - cushing syndrome + glucocorticosteroiden
Wat zijn de symptomen van het cushing syndrome?
- bufalo hump
- verdunning van de huid
- dunne armen en benen
- slechte wondheling want de fibroblasten worden geremd
- verhoogde abdominale vetophoping
- maangezicht
osteoporose kan ook optreden
Wat is de therapie voor het Cushing's syndroom?
2) trilostaan: remt het enzym 3-betadehydrolase waardoor pregnenolon niet kan worden omgezet in corticosteron en aldosteron
3) metyrapon: remt 11-betahydroxylase waardoor er geen corticosteron kan worden gevormd en dus ook geen aldosteron.
4) chirurgie
Wat zijn de farmacologische effecten van glucocorticosteroiden?
- immuunsuppressie
De volgende dingen worden bestreden
- steriele ontstekingen
- sommige acute infectieziekten
- weefselrejectie
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe ontstaat een remming van ontstekingsreacties dmv glucocorticoiden?
- cytokines (die zorgen voor een activatie van ontstekingscellen, endotheliale adhesie en chemotaxie)
- ontstekingsmediatoren (die zorgen voor vasopermeatie, vasodilatatie en chemotaxie)
- cytotoxische stoffen (vb: proteolytische enzymen, NO (metabolieten) zurstofradicalen, weefselschade)
Hoe ontstaat een immuunsuppressie dmv glucocorticosteroiden?
Wat zijn soorten van bijwerkingen die glucocorticosteroiden kunnen veroorzaken?
- Ze kunnen zorgen voor netto vetafbraak, maar op andere plaatsen weer vet opbouwen.
Welke effecten hebben immuunsuppressiva en glucocorticoiden op de inductie- en effectorfase van de lymfocytactivatie?
Ook zorgen ze beide voor een remming van IL2-secretie van CD8, voor een activatie van Th1, en van een differentiatie van CD8.
Daarnaast zorgen glucocorticoiden er ook nog voor dat th1 cellen geen cytokines produceren.
Wat zijn de ontstekingsmediatoren en hoe beinvloeden glucocorticosteroiden deze?
glucocorticoiden induceren lipocortine wat fosfolipase A2 remt. Op deze manier kan de prostaglandine en leukotrieneproductie niet plaatsvinden.
Hoe ziet de glucocorticosteroid receptor eruit?
Wat is precies de functie van annexine-1 (lipocortine)?
Wat zijn de non-genomische effecten van glucocorticosteroiden?
niet-genomische effecten:
- ze kunnen immuunsuppressief werken door calcium en natrium tegen te houden door op een GPCR te binden.
- Ze kunnen een second messenger systeem activeren wat leidt tot apoptose.
- Ze kunnen het MAPK activeren.
Wat zijn de beschikbare glucocorticosteroide preparaten?
2) deltacorticosteroiden: hebben een vertraagd metabolisme, sterkere glucocorticoide werking en een relatief lage mineralocorticoide activiteit.
3) fluorcorticoiden: Het metabolisme is hiervan zeer sterk vertraagd, er is sprake van een zeer sterke glucocorticoide werking en een minimale mineralocorticoide werking.
Wat zijn de verschillen tussen hydrocortison en cortison?
Wat zijn de verschillen tussen prednison en prednisolon?
De plasmahalfwaardetijd is voor prednisolon veel hoger dan voor prednison. De antiinflammatoire activiteit en de zout behoudende activiteit zijn gelijk.
Hoe zien dexamethason, betamethason, triamcinalon en triamcinalon acetonide er structureel uit?
De fluor verhoogt zowel de glucocorticoide als de mineralocorticoide activiteit. Toch wordt de mineralocorticoide activiteit meer versterkt.!
- betamethason is het zelfde als dexamethason maar is beta.
Deze alfa of beta heeft weinig invloed op de werking.
- triamcinalon heeft op C16 een OH. verder hetzelfde.
- Triamcinalon heeft op c16 en c17 een acetonoide. verder hetzelfde.
Hoe beinvloedt de structuur van cortisol analogen de werking?
- een methylgroep op C16 (alfa of beta) doet de mineralocorticoide werking afnemen.
- De CH2-OH groep op C17 is vereist voor de mineralo- en glucocorticoide werking.
Wat is de werking van fludrocortison globaal?
Wat zijn kenmerken van dexamethason?
Wat zijn de bijwerkingen van glucocorticosteroiden?
belangrijke bijwerkingen:
- bijnierschorsuppressie (ACTH gaat naar beneden, daarom moet chronische therapie worden afgebouwd)
- verhoogd infectiegevaar (immuunsuppressie)
- hypertensie (vanwege mineralocorticoide werking)
- osteoporose (calciumopname gaat naar beneden en daardoor ook osteocalcine, waardoor collagenase naar boven gaat)
- groeiremming bij kinderen (gestoord eiwitmetabolisme)
- diabetes (insulineresistentie)
- ulcus pepticum (verhoogde maagzuursecretie)
- dermatologische afwijkingen (fragiele huid, striemen en een verminderde wondheling)
Hoe kunnen de bijwerkingen van glucocorticosteroiden zo veel mogelijk worden ingeperkt?
- lokale toediening
- intermitterend toedienen
- ''s ochtends toedienen (volgens het natuurlijke dagritme)
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden