E-modules en boek - transcriptie control of genexpressie - genen control
5 belangrijke vragen over E-modules en boek - transcriptie control of genexpressie - genen control
Cellen van één organisme hebben hetzelfde DNA maar verschillen van elkaar in RNA en eiwitmoleculen. Welke 4:
- Veel structurele eiwitten zijn hetzelfde
- Sommige RNA’s en eiwitten zijn specifiek voor 1 type cel.
- RNA’s komen vaak in een andere hoeveelheid tot expressie in verschillende cellen.
- De hoeveelheid mRNA zegt niet alles over de hoeveelheid eiwit of over hun post-translationele modificaties
Externe signalen kunnen zorgen voor expressie van bepaalde genen, hoe kan dat?
Control van transcriptie bij sequentie-specifieke DNA-binding eiwitten, hoe gebeurd dat?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Dimerisatie van transcriptie regulators verhogen de affiniteit en specificiteit voor DNA, hoe gebeurd dat?
Wat is het kenmerkende verschil tussen niet-coöperatieve binding en coöperatieve binding van transcriptieregulatoren?
Bij coöperatieve binding ontstaat er een soort alles-of-niets situatie. Als je de eiwit concentratie uitzet tegen de hoeveelheid gebonden DNA krijg je daarom een sigmoidale curve. Bij lage concentraties eiwit is er vrijwel geen DNA bezet en bij hoge concentratie is vrijwel al het DNA bezet. Er zijn nauwelijks eiwitconcentraties waarbij een deel van het DNA bezet is.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden