Samenvatting: Geschiedenis Van De Democratische Rechtsstaat In Nederland | 9789006462555 | Ad Oostveen Maria van Haperen

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland | 9789006462555 | auteur: Ad Oostveen. Eindred.: Maria van Haperen

• 1 Vrijheidsrechten en politieke rechten in Nederland

  Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• 1.2 Gewetensvrijheid als grondslag voor de Opstand

  Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Tot waar behoorde Nederland in de 16 e eeuw?

  Spaans Habsburgse Rijk. Er was geen centraal bestuur meer.

• Tot wat behoorde Nederland in de 15 e eeuw en hoe zag dit uit

  Nederland hoorde tot het hertogdom Bourgondië. Karel V slaagde erin om alle Nederlandse gewesten bij zijn rijk toe te voegen. Hij streefde erna om alle gewesten vanuit Brussel te besturen. De gewesten verzette zich tegen de centralisatie politiek.

• Wat en wanneer was het plakkaat van verlatinge

  1581, fillips II werd nog strenger . Staten generaal van noordelijke nederlanden zetten fillips II af als landheer. Nieuwe landheer was lastig te vinden dus gingen ze verder zonder

• Wat en wanneer was de republiek der verenigde Nederlanden?

  1588. Nederland werd een republiek. Er was geen centraal bestuur. Ze werkten alleen samen bij Europese zaken.

• Wat was het verschil met de republiek t.o.v het Buitenland

  - Hogere geletterdheid
  - Er was meer vrijheid van meningsuiting
  - Meer gelijkheid voor vrouwen
  - Er was goede behandeling van het huispersoneel.
  - Vrije boeren
  - Geestelijke stand werd afgesteld. Adel had weinig invloed
  - Gewetensvrijheid

• Waarom was het benoemen van Willem Van oranje tot stadhouder een revolutionaire daad in 1572.

  Omdat het recht om een stadhouder te benoemen bij de koning lag.

• 1.3 Gewetens- en persvrijheid in de Republiek

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Hoe komt het dat de algemene vrijheid zo goed mogelijk was in de Republiek?

  Omdat er geen staatskerk was. Er was geen centrale burgerlijke overheid en geen machtige geestelijkheid. Ook was er sprake van gewetensvrijheid (vrijheid van godsdienst). Er was echter geen vrijheid van godsdienstuitoefening!!!

• 1.4 De Bataafse tijd en vrijheden

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4
  Laat hier meer flashcards zien

• Wie hadden de macht in de Republiek op dit moment?

  De regenten (gesloten groep rijke families) en stadhouder Willem V had veel macht.

• 1.5 De strijd voor politieke rechten

  Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.5
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat waren de belangrijkste wijzigingen die Thorbecke aanbracht in de grondwet?

  -De koning werd onschendbaar.

  -De ministers werden verantwoordelijk

  -Het parlement kreeg de rechten: recht van amendement (wetgevend) recht van interpellatie (controlerend) en het recht van enquête.

  -De Tweede Kamer werd rechtstreeks gekozen en de Eerste Kamer werd met indirect kiesrecht van de Provinciale Staten gekozen.

  -Recht tot vereniging en vergadering en de vrijheid van onderwijs.

  
  

• 2 Het denken over staat en onderdanen

  Dit is een preview. Er zijn 62 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wanneer kwam de verlichting tot stand en wat was dit?

  +- 1760. Het was een wetenschappelijke manier van onderzoeken. Het kon worden gebruikt voor de gehele maatschappij.  Zij dachten dan ook dat als je alles begreep op basis van het verstand dit zorgde voor een betere maatschappij.