Vlakke figuren - Hoeken berekenen in driehoeken
5 belangrijke vragen over Vlakke figuren - Hoeken berekenen in driehoeken
Hoeveel graden is elke hoek bij een gelijkzijdige driehoek ?
Elke hoek is dus 180 ° : 3 = 60 °
Weet je van een driehoek hoe groot twee hoeken zijn dan kun je de derde hoek berekenen.
Als je bij een gelijkbenige driehoek één hoek weet, wat heb je dan nog nodig om de twee andere hoeken te berekenen ?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Van een gelijkbenige driehoek ABC is AB = AC en hoek B =75 °.
Bereken hoek A en hoek C
Hoek A = 180° - 75° - 75° = 30° (hoekensom driehoek)
Voorbeeldsom: In driehoek ABC is hoek B=30° en hoek C = 52°.
Verder is AD de bissectrice van hoek A.
Bereken hoek D1 en hoek D2.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden