Hoe ontstaat gedrag? - leren, automatische processen en gewoontegedrag - leertheorieën
11 belangrijke vragen over Hoe ontstaat gedrag? - leren, automatische processen en gewoontegedrag - leertheorieën
Leg de klassieke conditioneringstheorie uit aan de hand van het voorbeeld van luid geluid en de rat.
Tijdens de conditionering zal de rat (ns) samen met het luid geluid (os) aangeboden worden waarop de baby zal huilen (or).
Na de conditionering zal de baby huilen ( geconditioneerde reactie) vanzodra ze de rat (geconditioneerde stimulus) ziet
Van wat hangt de duur van de verwervingsfase bij de klassieke conditionering af?
- Tijdsinval tussen de aanbieding van de ongeconditioneerde stimulus en de neutrale stimulus
- de intensiteit van de ongeconditioneerde stimulus
Een respons die op een bepaalde stimulus geconditioneerd werd, komt ook voor bij andere gelijksoortige stimuli. Hoe heet dat proces
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Vertel stimulusgeneralisatie met het voorbeeld van de grote hond
Wat is extentie in de klassieke conditionering?
Leg de klassieke conditionering uit aan de hand van het voorbeeld pijn/ beweging/ pijngerelateerde angst
Bij operante conditionering kunnen er positieve en negatieve consequenties zijn. Geef voorbeelden van positieve consequenties.
- Kleine kinderen leren snel welk gedrag ze moeten stellen (huilen, zeuren, lief zijn) om beloond te worden ( met snoep, aandacht, liefde)
- duiven leren snel dat ze eten krijgen (beloning) als ze met hun snavel op een bepaalde knop tikken (gewenste repons)
Geef voorbeelden van
- positieve bekrachtiging
-negatieve bekrachtiging
-positieve straf
-negatieve straf
in de operante conditionering
- Beloning aan een kind om stil te zitten
- een lastig karwei overnemen
- een tik op de billen, boetes bij rijden door rood licht
- een time-out in de hoek
Wat zijn de karakteristieken voor operante conditionering? Of hoe gebeurt operante conditionering het vlugst?
vlugger leerproces bij korter tijdsinterval tussen gedrag en bekrachtiging
Welke soorten bekrachtiging heb je bij operante conditionering? Geef telkens een voorbeeld
- Sociale bekrachtiging
- plaatsvervangende bekrachtiging
- zelfbekrachtiging
Welke factoren zijn van belang bij de sociaal-cognitieve leertheorie? Geef van beide voorbeelden
- Welke gevolgen ondervindt het model door zijn gedrag?
- welke status heeft het model?
bv. Je leert 'alstublieft' te zeggen omdat je ziet dat je zus daardoor vlugger iets krijgt
bv. Kinderen leren door hun ouders te observeren. Ze zien de ouders (model) als machtiger
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden