Voeding bij gezondheid en ziekte
11 belangrijke vragen over Voeding bij gezondheid en ziekte
Wat zijn de trends in ons mondiale voedingssysteem?
- Overconsumptie
- Foodwaste (voedselverspilling aan het einde van de voedselketen, bij retailers en consumenten).
- Relatief veel beslag op granen en dierlijke eiwitten (voor direct en indirecte consumptie).
Ontwikkelingslanden:
- Onderconsumptie (en bij stijging inkomen, stijging dierlijke eiwitten en obesitas)
- Food loss (voedselverspilling tijdens het productieproces)
- Lagere beschikbaarheid van voedsel en te hoge prijzen.
Drivers van bovenstaande foodtrends:
- Bevolkingsgroei
- Stijgende urbanisatie
- Stijging inkomen en koopkracht
Noem een aantal voorbeelden van problemen in specifieke landen.
- Verenigd Koninkrijk: foodwaste, toename inkomen en urbanisatie.
- Malawi: bevolkingsgroei en (daardoor) stijging consumptie --> uitputting grond --> minder voedsel beschikbaar.
- Egypte: urbanisatie en daardoor veranderend voedingspatroon, uitputting grond en gezondheidsproblemen.
- Senegal: toename visconsumptie mondiaal --> overbevissing --> lagere lokale beschikbaarheid voedsel.
- Mexico: toename vraag naar eiwitrijke producten --> toename bijbehorende productie en afvalproducten --> zeewater wordt zuurstofarm --> lagere lokale beschikbaarheid voedsel.
Noem 3 manieren waarop voedingszorg plaats kan vinden.
- Zelfzorg
- Mantelzorg
- Professionele zorg: voorlichting gezonde voeding, specifieke voedingsadviezen, hulp verlenen aan zieken.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Waarom is het belangrijk om inzicht te hebben in bestaande voedingspatronen en in de factoren die leiden tot een bepaald voedingsgedrag?
- Gezondheidsrisico's bij individuen en groepen kunnen dan beter gesignaleerd worden.
- Kunnen geven van gerichte voedingsvoorlichting.
- Dieetpatiënten begeleiden bij problemen die ontstaan door veranderingen in de voeding.
Noem 6 punten met betrekking tot de relatie van voeding en welvaartsziekten.
- Te hoge energieopname en te weinig lichaamsbeweging leidt tot overgewicht, diabetes, hart- en vaatziekten, bepaalde vormen van kanker.
- Te hoge opname van verzadigd vet leidt tot hart- en vaatziekten, bepaalde vormen van kanker.
- Frequent gebruik van suikers en zure voedingsmiddelen leidt tot tandcariës en tanderosie.
- Te lage opname van voedingsvezels leidt tot darmfunctiestoornissen en bepaalde vormen van kanker.
- Te hoog zoutgebruik leidt tot hypertensie en nierfunctiestoornissen.
- Te hoog alcoholgebruik leidt tot hypertensie, levercirrose, mond- keel- en slokdarmkanker.
Noem motieven om te kiezen voor alternatieve voeding.
- Gezondheid: voedsel dat zonder gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen is geteeld, niet is bewerkt in de industrie en volgens bepaalde receptuur is bereid (geen suiker, weinig of geen dierlijke vetten).
- Diervriendelijkheid: vlees, eieren of melk van een biologische boerderij of men gebruikt geen / minder dierlijke producten.
- Milieu / duurzaamheid: voedselproductie en -distributie moet zo min mogelijk ingrijpen op het milieu.
- Eerlijke handel: boeren in arme landen krijgen een eerlijke prijs voor hun exportproducten. Ook wordt er aandacht besteed aan de wijze van telen zodat de bodem niet uitgeput raakt en de boer zijn inkomsten ook op de lange termijn houdt.
Wat is het principe van de antroposofie?
Uit deze leer is de biologisch-dynamische landbouw ontwikkeld.
De spijsvertering is ook geestelijk van aard. Goed proeven, kauwen en een rustige eetomgeving zijn belangrijk.
Reuma: een ziekte in het stofwisselingsstelsel --> meer graanproducten en zaden.
MS: een ziekte aan het centrale zenuwstelsel --> wortelen en knollen.
Anemie: bloedarmoede --> groene bladgroente.
Noem een aantal kenmerken van het Surinaamse voedingspatroon.
- Er wordt veel in olie gebakken.
- Vaker vitamine D-tekort vanwege donkere huid en de lage vitamine D-inname.
- Vaker diabetes bij Hindoestanen. Ook hebben ze een kwetsbaarder hart-vaatstelsel.
- Vaker hoge bloeddruk bij Creolen. Ze zijn ook ongevoelig voor bepaalde bloeddrukverlagers.
- Hindoestanen eten geen rundvlees en zijn vaak vegetariër. Als ze vlees eten, vaak kleine dieren als kip en vis. Ze geloven in de reincarnatie en staan daarom vaak terughoudend tegenover het doden van dieren.
- Hindoestanen hebben de Indiase keuken als basis.
- Javanen hebben de Indonesische keuken als basis.
- Creolen en Marrons hebben de Afrikaanse keuken als basis.
Noem een aantal kenmerken van het Turkse voedingspatroon.
- Keuken is zeer gevarieerd. Land grenst aan veel verschillende landen met verschillende culturen. Hierdoor invloed van Mediterrane, Slavische en Midden-Oosterse keuken.
- Brood dient als bestek.
- Islamitisch: geen varkensvlees, geen alcohol, ramadan en suikerfeest.
- Gastvrij: voed de reiziger en de arme.
- Vaak bakken in olie en weinig gebruik van margarine/halvarine.
Knelpunten die voedingsgerelateerd zijn:
- vaker obesitas
- vaker diabetes
- vaker lactose-intolerantie
- kinderen vaker en ernstiger vorm van cariës
- vaker vitamine D-tekort
Aandachtspunten die van invloed zijn door cultuur en religie.
- gastvrijheid
- weigeren voeding is beledigen gastvrouw
- eten met je rechterhand
- koken in grote hoeveelheden
- eten mee voor onderweg
- copieuze maaltijden bij feesten
Religieuze regels:
- gastvrijheid
- voeden van de armen
- ge- en verboden
- Joodse voedingsgewoonte: koosjer vs treife
- Islamitische voedingsregels: geen varkensvlees, halal, geen alcohol, ramadan, suikerfeest
- Hindoeisme: reincarnatieleer noopt tot vegetarisme
- door klimatologische omstandigheden meer zoutgebruik
- meer vis
Welke groepen wordt aanbevolen vitamine D-suppletie te gebruiken?
- Kinderen van 0 - 1 jaar
- Volwassenen vanaf 70 jaar
- Alle andere groepen als ze onvoldoende in de zon komen of met een donkere huid
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden