Samenvatting: Godsdienst Christendom
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Godsdienst Christendom
-
1 leerdoelen
Dit is een preview. Er zijn 14 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
1. kun je de christelijke feestdagen (Advent, kerst, Drie Koningen, Carnaval, Aswoensdag, Palmpasen, Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Stille Zaterdag, Pasen, Hemelvaart, Pinksteren) in de juiste volgorde zetten en kun je uitleggen wat er gevierd/ herdacht wordt op elk van deze dagen.
Advent, kerst, drie koningen, carnaval, Aswoensdag, Palmpasen, witte donderdag, goede vrijdag, stille zaterdag, Pasen, hemelvaart, Pinksteren -
2. kun je omschrijven wat de historische Jezus is.
De historische jezus is het beeld dat we hebben van Jezus doormiddel van de verhalen van geschiedenis schrijvers. Het is niet een heel uitgebreid beeld doordat het maar heel weinig is en niet lang. -
3. kun je omschrijven wat de verkondigde Jezus is.
De jezus in de ogen van zijn ‘fans’ Jezus uit het nieuwe testament. Het tweede deel van de bijbel. -
5. kun je het verschil beschrijven tussen synoptische evangeliën en het niet-synoptische evangelie.
Bij de wel synoptische evangeliën hebben ze zich gebaseerd op bron q en Marcus. Bij de niet-synoptische evangelie heeft Johannes zich niet gebaseerd op bron q en niet op de andere 3. Hij had zelf ook een ader beeld van jezus. -
6. kun je beschrijven met welk doel de synoptische evangelisten hun evangelie schreven.
Marcus: Jezus is de zoon van god
Mattheüs: De aankondiging van Jezus, de messias.
Lucas: Dat het leven ook zinvol is voor niet-joden. Dus voor alle mensen.
Johannes: Dat Jezus een spiritueel leermeester is -
7. kun je beschrijven welk deel uit het verhaal over de kruisdood van Jezus historisch gezien niet aannemelijk is en welk motief de drie synoptische evangelisten hadden om dit toch zo te beschrijven.
Ze hebben opgeschreven dat Pilatus het volk liet kiezen, omdat hij heel goed was. Maar dat was eigenlijk helemaal niet zo omdat hij overal anders slecht, als een dictator wordt opgeschreven. Maar ze hebben het toch zo opgeschreven doordat ze niet konden zeggen dat Pilatus slecht was, doordat hij een van de leiders was het romeins rijk. Ze hebben dus eigenlijk de oden de schuld opgegeven zodat zij er goed voor stonden bij de romeinen. -
8. kun je beschrijven welke vier interpretaties er in het vroege christendom (tussen 30 en 70 na Christus) van Jezus waren.
1. Jezus de aankondiger van de door joden verwachte eindtijd.
2. Jezus wonderdoener
3. Jezus wijsheidsleraar
4. Jezus de verlosser -
9. kun je herkennen hoe het beeld van Jezus contextueel bepaald is; hoe ieder zijn eigen beeld van Jezus construeert.
Jezus werd afgebeeld zoals de mensen er zelf uitzagen. De afrikaanse jezus is heel anders dan die van de chinezen. -
12. kun je uitleggen welke ideeën Paulus had over de religieuze betekenis van de kruisdood van Jezus.
Paulus moest ook gekruisigd worden. Hij zei: oké, ik word gekruisigd, maar ik wil dan onderstboven hangen. Het is me een te grote eer op net zoals jezus te streven. Toen eva een hap van de appel nam, was er aan zonde over de wereld gekomen. God stuurde Paulus naar de wereld om alle zonde op zich te nemen mee met zijn kruisdood. -
13. kun je uitleggen hoe Paulus ervoor gezorgd heeft dat het christendom een enorme groei kon doormaken.
Doordat hij de discussie met Petrus Jacobus won dat mensen die christenen wilde worden niet eerst via de Joodse regels moesten leven. Sommige mensen denken ook dat Paulus het christendom heeft gesticht.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden