Hypotheek en retentierecht

10 belangrijke vragen over Hypotheek en retentierecht

Wat is besloten in het arrest Portacabin?

Het recht van hypotheek strekt zich uit over al hetgeen de eigendom van de zaak omvat: gebouwen of werken die bestemd zijn duurzaam met de grond verenigd te zijn, zoals i.c. een portacabin (bestemmingscriterium).

Wat is besloten in het arrest Dépex?

Het recht van hypotheek strekt zich uit over al hetgeen de eigendom van de zaak omvat: ook roerende zaken die deel van een gebouw gaan uitmaken (zonder deze machine was het gebouw niet functioneel/compleet) (compleetheidscriterium).

Wat is besloten in het arrest Rabo/Fleuren?


Wanneer kun je een ouder retentierecht tegenwerpen tegen een hypotheekrecht?
  • Vanwege rechtszekerheid voor derden slechts tegenwerpbaar als retentor “op een ook voor een zodanige derde voldoende duidelijke wijze de feitelijke macht over de betrokken zaak uitoefent” (‘kenbaarheidsvereiste’). Het moet naar buiten toe duidelijk zijn.Kenbaarheidsvereiste niet relevant voor derden met een ouder recht.
  • Zij vinden bescherming in art. 3:291 lid 2 BW: retentierecht is tegenwerpbaar aan derden het een ouder recht, mits wederpartij van retentor bevoegd tot aangaan overeenkomst; of retentor redelijkerwijs geen reden had die bevoegdheid te betwijfelen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer kun je een retentierecht uitoefenen?

In bij wet aangegeven gevallen kun je een retentierecht uitoefenen. Dat is niet art. 3:290 e.v. BW, dat gaat alleen over hoe het retentierecht werkt. Voorbeelden uit de wet zijn wel:
  • art. 6:52 BW (opschortingsrecht);
  • art. 6:262 BW (enac);
  • art. 6:263 BW (onzekerheidsexceptie)

Wat is het retentierecht? En wat is er goederenrechtelijk aan?

Het retentierecht is de bevoegdheid tot het opschorten van de afgifte van een zaak totdat de vordering is voldaan. Het heeft goederenrechtelijke trekjes doordat het inroepbaar is tegenover derden, zoals:
Overige schuldeisers (bijv. art. 6:53 BW)
Derden met een jonger recht (art. 3:291 lid 1 BW)
Derden met een ouder recht (art. 3:291 lid 2 BW), mits:
  • schuldenaar bevoegd tot aangaan overeenkomst met retentor: bijvoorbeeld de leaseauto die je laat repareren;
  • retentor redelijkerwijs geen reden had die bevoegdheid te betwijfelen: bijvoorbeeld van diefstal;
  • maar let op HR 5 maart 2004, NJ 2004/548 (VGC/GE Seaco).

Op welke manier geeft een retentierecht verhaal en voorrang?

  • De retentor wil verhaal en niet zozeer de zaak zelf. Het verhaalsrecht levert een inbreuk op art. 3:276 BW, want je kunt verhaal uit oefenen op een zaak die niet tot het vermogen van je schuldenaar behoort.
  • De retentor heeft soms voorrang op de pand- of hypotheekhouder.
  • Het is zo'n andere in de wet aangegeven grond van voorrang.
NB: retentor heeft wel een executoriale titel nodig.

Wat gebeurt er met het retentierecht in faillissement?

In geval van faillissement blijft het retentierecht in stand, maar (art. 60 Fw.). Je hoeft dan niet af te wachten of er al dan niet een verificatievergadering komt:
  • de curator kan opeisen, maar retentor behoudt voorrang, art. 60 lid 2 Fw (voorrang is niet zoveel waard, want faillissementskosten gaan voor);
  • als de curator niet opeist, kan de retentor paraat executeren (art. 60 lid 3 Fw.) een titel is dan dus niet meer nodig.

Wat is het hypotheekrecht voor type recht?

  • Voorrangsrecht (art. 3:227 BW)
  • Beperkt recht (art. 3:227 BW en art. 3:8 BW)
  • Afhankelijk recht (art. 3:7 BW), dus nemo-plus, al blijkt het dan niet meer uit het register.

Wat geldt er als het hypotheekrecht botst met andere goederenrechtelijke rechten?

Dan geldt de prior tempore-regel: het oudere gaat voor het jongere
Verder kun je wat hebben aan derdenbescherming:
  • art. 3:23 BW, maar openbare registers
  • art. 3:88 BW, alleen tegen titel of leveringsgebrek van vroegere overdracht

Hoe verloopt executie bij het hypotheekrecht?

  • Parate executie (art. 3:268 lid 1 BW)
  • Openbare verkoop (art. 3:268 lid 1 BW); of
  • Onderhandse verkoop (art. 3:268 lid 2 BW)
  • Betaling koopprijs aan notaris (art. 3:270 lid 1 BW)
  • Zuivering (art. 3:273 BW)
  • ook wanneer een andere dan de eerste hypotheekhouder executeert
  • ook wanneer een gewone schuldeiser executeert (art. 526 Rv. jo. 273 BW)
  • Verhaal op/verdeling van koopprijs (art. 3:270 lid 2 e.v. BW)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo