Samenvatting: Goederenrecht
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Goederenrecht
-
1 Week 1
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat wordt niet als vermogensrecht beschouwd en waarom niet?
Goodwill wordt niet gezien als een vermogensrecht, omdat dit ligt in de vaste klantenkring, kwaliteit en ligging van het pand. Dit is niet overdraagbaar en bevindt zich gedeeltelijk in de macht van de ondernemer. -
Kunnen registergoederen ook onroerende zaken zijn? Zo, ja geef hier dan een voorbeeld van.
Ja, dat kan. Bijvoorbeeld zee-schepen en binnenschepen alsook luchtvaartuigen. -
Wat is een afhankelijk recht en wat is het gevolg van dit recht?
Deze is afhankelijk van het hoofdrecht waar hij op gevestigd is er kan ook geen overdracht plaatsvinden zonder dat recht. Dit noemen we zaaksgevolg van het recht, dit staat ook vastgelegd in art. 3:82 BW -
Wat bedoelen we met het prioriteitsbeginsel? En wat bedoelen we met droit de preference?
Het prioriteitsbeginsel stelt dat een ouder gevestigd recht voorgaat op een nieuwer recht.
Droit de preference stelt dat als iemand een absoluut recht heeft op een goed van een failliet dan vallen deze goederen niet in het faillissement. -
Leg het verschil uit tussen originaire verkrijging en derivatieve verkrijging
Bij originaire verkrijging wordt het recht niet ontleent aan de voorganger. Er ontstaat hier een geheel nieuw recht, denk hierbij aan: verkrijgende verjaring, vinderschap, schatvinding en natrekking.
Bij derivatieve verkrijging wordt het recht wel ontleend aan een voorganger. Denk hierbij aan overdracht of erfopvolging. Let hierbij wel goed op het nemo plus beginsel. Je kunt niet meer overdragen dan dat je bezit. -
Hoe bepaal je of er sprake is van hinder art. 5:37 BW jo. 6:162 jo 6:168 Bw?
Er moet gekeken worden naar de aard, ernst of duur van :
- Plaatselijke omstandigheden
- Wie zat er eerst
- Het algemeen belang
- Het aantrekken van de belangen van de schade lijder. -
Wat is er geregeld in 3:81 BW? Wat stelt 3:98 BW?
Hier is de verkrijging en het verlies van beperkte rechten geregeld.
Dit is een schakelbepaling, deze stelt dat voor de overdracht van goederen dezelfde vereisten van kracht zijn als het recht wat zij bezwaren. -
Wat wordt bedoelt met de tweewegenleer en in welk arrest kun je dat vinden?
Met de tweewegenleer bedoelen we dat je de casus gaat behandelen aan de hand van zowel 3:3 BW als 3;4 BW. De Hoge Raad introduceerde dit voor het eerst in de uitspraak van de Warmtekrachtkoppelingsinstallatie. -
We kennen enkele uitzonderingen op natrekking welke zijn dit?
- opstal
- kabelnetwerken 5:20 lid 2
- Bestanddeel van een andere zaak 5:20 lid 1 sub e -
2 Week 2
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Waar in de wet kun je bezit en houderschap vinden?
Hiervoor moet je naar de bepalingen 3:107 e.v. Kijken
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden