5et - Bestanddelen (:4)

4 belangrijke vragen over 5et - Bestanddelen (:4)

Welke twee manieren noemt de wet om te bepalen of een zaak een bestanddeel is van een andere zaak?

  1. de verkeersopvatting, oftewel de algemeen gangbare opvatting of twee zaken zodanig met elkaar in verband staan dat zij 1 zaak vormen. Art. 3:4 lid 1
    1. het fysieke criterium is over algemeen makkelijker te beoordelen dus dat doe je als eerste.
  2. fysiek criterium namelijk: als zaak X niet van een andere zaak kan worden losgemaakt zonder schade van betekenis dan is zaak X een bestanddeel van de hoofdzaak. Art. 3:4 lid 2.

Kan een onroerende zaak bestanddeel zijn van een roerende zaak en waaruit blijkt dat?

Nee, een onroerende zaak is nooit bestanddeel van een roerende zaak want de eigendom van de onroerende zaak bepaalt de eigendom van de roerende zaak.
Dat blijkt uit 5:20 lid 1 sub e.

Hoe verhoudt een bestanddeel zich tot de hoofdzaak?

Het bestanddeel volgt in alle opzichten het juridische lot van de hoofdzaak.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat houden natrekking en zaaksvorming in?

  • Natrekking houdt in dat een voorwerp zijn zakenrechtelijke zelfstandigheid verliest doordat het bestanddeel wordt van een andere zaak.
  • Zaaksvorming houdt in dat van meerdere voorwerpen een voorwerp met een geheel nieuwe identiteit wordt gevormd.
  • Zakenrechtelijk volgt het bestanddeel in alle opzichten de hoofdzaak.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo