Inleiding in het goederenrecht
13 belangrijke vragen over Inleiding in het goederenrecht
Kunnen partijen - gelet op het gesloten systeem van zakelijke rechten - bevoegdheden en verplichtingen aan het zakelijk recht koppelen, waarin de wet niet voorziet? Derdenwerking?
Wat zijn respectievelijk goederenrechtelijke, zakelijke en persoonlijke rechten?
Welke regels gelden voor de rechten op voortbrengselen van de geest?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke (overeenkomstige) bevoegdheden hebben de zakelijke gerechtigde en de gerechtigde tot een absoluut niet-zakelijk recht?
Wat is de hoofdregel die volgt uit het arrest Blaauboer/Berlips?
Welke kenmerken van goederenrechtelijke rechten hebben persoonlijke rechten niet?
LE 4 - Wat is de relevantie van het onderscheid tussen houden, houderschap, bezit en macht?
Geef een voorbeeld van middellijk en onmiddellijk bezit en houderschap.
Houderschap: G verhuurt huis tijdelijk aan E. E verhuurt huis onder aan A. E is dan middelijk houder, A onmiddellijk houder en G eigenaar/middellijk bezitter. G wordt weer onmiddellijk bezitter. p. 83 wb
Kunnen zowel zaken als vermogensrechten voorwerp van bezit zijn?
Hoeveel personen kunnen een goed bezitten?
Wat is de definitie van macht (staat niet in wetboek!)
Welke gevolgen heeft het adagium: eenmaal houder, altijd houder?
- houder kan de titel van zijn houderschap niet wijzigen (denk aan huurder, bruiklener)
- houder kan niet besluiten voor een ander te gaan houden
(e.e.a. behoudens een rechtshandeling (bezitsintervisie) door eigenaar) p. 84 wb
Waarop wordt het onderscheid tussen bezit en houderschap gebaseerd?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden