De voorzetsel- en achterzetselconstituent

3 belangrijke vragen over De voorzetsel- en achterzetselconstituent

Waarnaar is de voorzetselconstituent vernoemd?

Naar zijn functionele kern, de relator: het voorzetsel

Wat garandeert de relator van de VzC?

De verbindbaarheid naar buiten toe

Welke vormen kan het relatum van een VzC aannemen?

  1. NC (meestal)
  2. adverbiale constituent: Hij dacht aan toen.
  3. VzC: Dat is een beeldje voor op de kast.
  4. voegwoordconstituent: Ik hou dat nog in petto voor als we thuis zijn.
  5. te-infinitief, de constructie heeft dan de waarde van een bijzin: Je bent in de fout gegaan door te snel te willen gaan.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo