Grondrechten : de positieve verplichtingen - Horizontale werking EVRM
3 belangrijke vragen over Grondrechten : de positieve verplichtingen - Horizontale werking EVRM
Hoe kan horizontale werking afgedwongen worden?
Twee mogelijkheden vóór de nationale/burgerlijke rechter:
1. burger daagt staat voor de burgerlijke rechter (klacht: staat handelde onrechtmatig door haar recht op privacy onvoldoende te beschermen tegen haar buurman)
2. burger daagt burger voor de burgerlijke rechter (klacht: verzameling en doorspelen van informatie door buurman onrechtmatig jegens klaagster wegens beperking recht
op privacy)
1. burger daagt staat voor de burgerlijke rechter (klacht: staat handelde onrechtmatig door haar recht op privacy onvoldoende te beschermen tegen haar buurman)
2. burger daagt burger voor de burgerlijke rechter (klacht: verzameling en doorspelen van informatie door buurman onrechtmatig jegens klaagster wegens beperking recht
op privacy)
Hoe kan ze haar zaak aanvoeren?
• Op staat rust onder omstandigheden plicht om particulier effectief te beschermen tegen inbreuken op diens vrijheid door ander. Positieve verplichtingen: bv. tot politiebescherming bij doodsbedreiging, EHRM 28 maart 2000, 22492/96 (Kiliç)
mw moet de klacht dus indienen tegen de staat en zeggen dat de staat een positieve of negatieve verplichting heeft ok haar recht op privacy van artikel 8 EVRM te beschermen.
• Uitspraak nationale rechter (= handeling staat) getoetst op beoordeling afweging in kader beperkingsclausule en negatieve verplichtingen staat:
bv. inachtneming proportionaliteit bij schadevergoeding, EHRM 13 juli 1995, 18139/91 (Tolstoy Miloslavsky)
mw moet de klacht dus indienen tegen de staat en zeggen dat de staat een positieve of negatieve verplichting heeft ok haar recht op privacy van artikel 8 EVRM te beschermen.
• Uitspraak nationale rechter (= handeling staat) getoetst op beoordeling afweging in kader beperkingsclausule en negatieve verplichtingen staat:
bv. inachtneming proportionaliteit bij schadevergoeding, EHRM 13 juli 1995, 18139/91 (Tolstoy Miloslavsky)
Hoe luidt het discriminatieverbod?
Artikel 14 EVRM – Verbod van discriminatie
• “Het genot van de rechten en vrijheden die in dit Verdrag zijn vermeld, moet worden verzekerd zonder enig onderscheid op welke grond ook, zoals geslacht, ras, kleur, taal,
godsdienst, politieke of andere mening, nationale of maatschappelijke afkomst, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte of andere status.”
• Verbod van discriminatie in artikel 14 EVRM geldt alleen bij het inroepen van een ander grondrecht in het EVRM.
Het is een accessoir recht: een hulprecht
In Protocol 12 is het uitgewerkt als een zelfstandig recht.
• “Het genot van de rechten en vrijheden die in dit Verdrag zijn vermeld, moet worden verzekerd zonder enig onderscheid op welke grond ook, zoals geslacht, ras, kleur, taal,
godsdienst, politieke of andere mening, nationale of maatschappelijke afkomst, het behoren tot een nationale minderheid, vermogen, geboorte of andere status.”
• Verbod van discriminatie in artikel 14 EVRM geldt alleen bij het inroepen van een ander grondrecht in het EVRM.
Het is een accessoir recht: een hulprecht
In Protocol 12 is het uitgewerkt als een zelfstandig recht.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
