Startpagina / Samenvattingen / Class notes - Grondrechten / hvjeu-1957-eu-recht

Grondrechten - Ontwikkeling van EU-grondrechten

5 belangrijke vragen over Grondrechten - Ontwikkeling van EU-grondrechten

Hoe is de ontwikkeling van EU-grondrechten tot stand gekomen?

• Europese Economische Gemeenschap (voorloper huidige EU) als
doelgemeenschap: lidstaten dragen bevoegdheden aan een organisatie op om een aantal doelen te vervullen.
- Post-WOII (1945)
- Opgericht volgens het verdrag van Rome 1957 na de WOII.

• Aanvankelijk zes lidstaten (B, W-Dtsl, Fr, It, Lux., NL)

Aan welke doelen moest de EEG voldoen?

• Artikel 2, Verdrag van Rome (1957):

‘De Gemeenschap heeft tot taak, door het instellen van een gemeenschappelijke markt en door het geleidelijk nader tot elkaar brengen van het economisch beleid van de Lid-Staten, te bevorderen: (…) een grotere stabiliteit, een toenemende verbetering van de levensstandaard en nauwere betrekkingen tussen de in de Gemeenschap verenigde Staten.’

• Nadruk (aanvankelijk) niet op grondrechtenbescherming, maar op het nastreven van economische doelen.

Waar zocht men dan wel de bescherming van grondrechten na WOII?

Post-WOII bescherming van grondrechten in (West-)Europa, nadruk aanvankelijk op:
• Nationale grondwetten/wetgeving
• Raad van Europa
- EVRM (klassieke grondrechten)
- ESH (sociale grondrechten)

• Ondertussen meer EEG-lidstaten/EEG-regelgeving dan in 1957.
• Deficit (tekort) aan grondrechtenbescherming in de EEG (secundair recht en uitvoeringshandeling van Lidstaten)?

Hoe reageerde het HvJEU?

• Gevolg van Solange I: HvJEU spitst zich toe op de bescherming van grondrechten als algemene rechtsbeginselen. Ze wilde EU-recht voorrang geven en garanderen op nationaal recht.

• Met als gevolg: Solange II arrest (1983):
- Geen toetsing van EEG-recht (EU-recht vandaag) aan de Duitse Grondwet zo lang de EEG (EU vandaag)grondrechtenbescherming blijft bieden die zich kan meten aan de Duitse Grondwet

Betekent dit dat de nationale rechter bevoegd is om de geldigheid van Unierecht vast te stellen?

Nee, alleen het HvJEU beslist over de geldigheid van handelingen van de instellingen van de EU.

Als een nationale rechter meent dat een bepaling in strijd is met EU-recht, moet hij een prejudiciële vraag stellen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Grondrechten

Bekijk samenvatting