Samenvatting: Grondslagen Vennootschapsbelasting
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Grondslagen vennootschapsbelasting
-
3.11.1 Algemene aspecten van financiering
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.11.1
Laat hier meer flashcards zien -
Groepsfinanciering onderscheid EV en VV
Bij groepsfinanciering kiezen tussen EV en VV. VV heeft aantal civielrechtelijke voordelen t.o.v. EV:- VV is flexibeler: aan terugbetalen van kapitaal en uitkeren van dividend zitten meer regels
- bestuurdersaansprakelijkheid
- Bij VV wordt geldschieter concurrente schuldeiser waardoor die eerder in de rij staat dan de aandeelhouder
- rente is in beginsel aftrekbaar en dividend niet
-
3.11.2 Alternatieven voor de behandelingen van EV en VV
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.11.2
Laat hier meer flashcards zien -
Drie alternatieve benaderingswijzen om om te gaan met de behandeling van EV en VV:
Aftrek toestaan overEV dividend aftrekbaar allowance forcorporate equity- Het niet toestaan van
renteaftrek , zowel voorgroepsfinanciering als externefinanciering Comprehensive BusinessIncome Tax Strijdig metdraagkrachtbeginsel Rente aftrekbaar laten maar zorgen dat derente-inkomsten belast zijnBronbelasting op rente- Voordeel: geen
belastingvoordeel voorfinancieren met schuld - Voordeel: voorkomt
belastingplanning - nadeel: bronbelasting heft over
bruto-inkomen --> eventuele kosten die deleninggever heeft, worden niet in aanmerking genomen
-
3.11.4 Winstdrainage arresten
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.11.4
Laat hier meer flashcards zien -
Winstdrainage arrest BNB 1996/5 (PLC-arrest)
- PLC A in Engeland bezit BV X en BV B. BV X koopt met behulp van financiering BV B. Vervolgens richten ze een FE op. X betaalt rente en kan deze aftrekken bij winsten van B. PLC A wordt belast over de rentebaten alleen betaalt effectief niks omdat hij nog verrekenbare verliezen heeft.
- Geen fraus legis: corresponderende heffing (in lijn met BNB 1993/197)
-
Winstdrainage arrest BNB 1996/6
- Noorse A bezit BV B. BV B richt BV X op en koop deze met behulp van een externe lening die is doorgeleend voor A. Vervolgens richten BV B en X een FE op. B kan de rente die wordt betaald aan A aftrekken. Tegelijkertijd kan A nu de rente aftrekken van haar winst die ze heeft gecreëerd.
- Geen fraus legis:
- reëele financieringsbehoefte
- causaal verband tussen externe lening en de interne lening
-
Kenmerken die volgen uit de winstdrainage arresten
- geen wezenlijke verandering in structuur
- transactie is herhaalbaar
- transactie leidt tot willekeurige grondslaguitholling
-
3.11.5 Art. 10a VPB: kenmerken
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.11.5
Laat hier meer flashcards zien -
Wat laten BNB 2005/304 en BNB 2005/51 zien?
Dat er ook een verband tussen de besmette rechtshandeling en een later verstrekte lening kan zijn indien er op het moment van de rechtshandeling al een voornemen bestaat om deze financieren met een lening. -
Wat laat Credit suisse arrest zien?
Dat een externe lening waarbij er sprake is van een fatale garantstelling, er wordt geacht dat er in feite een schuld is aan degene die garant stelt. Er zou dan alsnog sprake zijn van een lening aan een verbonden persoon. -
Wat wordt er in BNB 2013/137 gezegd met het licht op de zakelijkheidstoets van art. 10a lid 3 sub a VPB?
Het feit dat de rechtshandeling zakelijk is, wil niet zeggen dat de financiering ook zakelijk is. -
Wat zegt het Mauritius-arrest over beoordeling of een lening zakelijk is?
Het uitgangspunt vrije keuze van financieringsvorm. Bij een rechtstreekse financiering mogenfiscale motieven zelfs bepalend zijn.- Maar: de schuld is toch onzakelijk indien er onzakelijk wordt
omgeleid (BNB2015 /165 ). Een lening laten lopen via een storting in eenbelastingparadijs is eenonzakelijke omleiding .
- Maar: de schuld is toch onzakelijk indien er onzakelijk wordt
-
3.11.6 Besmette rechtshandelingen
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.11.6
Laat hier meer flashcards zien -
Drie soorten besmette rechtshandelingen (art. 10a lid 1 VPB):
- winstuitdeling of teruggaaf van gestort kapitaal (sub a)
- lening waarbij dividend of kapitaal teruggestort
- schuldig blijven van dividenduitkering
- kapitaalstorting door belastingplichtige of een verbonden lichaam (dat VPB-plichtig is) of een verbonden natuurlijk persoon (sub b)
- Verwerven of uitbreiden van een belang
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Grondslagen Vennootschapsbelasting
-
Renteaftrekbeperkingen ll - in strijd met EU-recht?
-
Renteaftrekbeperkingen ll - Renteaftrek bij hybride entiteiten en hybride leningen
-
Renteaftrekbeperkingen ll - De earningsstrippingregel
-
Renteaftrekbeperkingen ll - De 5 stappen van de earningsstrippingmaatregel
-
Renteaftrekbeperkingen ll - deelnemingsvrijstelling - De kwalificerende beleggingsdeelneming
-
Renteaftrekbeperkingen ll - Deelnemingsvrijstelling ll