Samenvatting: Gzc2

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van GZC2

  • HC 1 Intro

    Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/04/2017
    Laat hier meer flashcards zien

  • Bepalende factoren voor de prognose van een tumor?

    - soort tumor (soort cellen waar het uit komt)
    - leeftijd patient
  • Aangepaste groei: kwantitatief of kwalitatief

    Kwantitatief: 
    - hypertrofie: individuele cellen groeien
    - hyperplasie: meer cellen

    Kwalitatief: 
    - metaplasie (celtype verandert): alleen bij uitgerijpte cellen
    -> oorzaken: stress, infectie (nieuwe celtype kan beter tegen situatie) = compensatiemechanisme
    -> REVERSIBEL
    Bv. cilindrisch epitheel trachea -> plaveiselepitheel (door nicotine)

    - dysplasie: voorstadium maligniteit
    -> weefsel ordeloos, cellen lijken niet meer op original
    -> deelt VAKER dan normaal
    -> kan lang dysplastisch zijn voordat het een tumor wordt
    ERG: CIS (carcinoma in situ)
    CIS door basaalmembraan: invasief carcinoom (maligniteit)
  • Benigne tumor onderscheid:

    - epitheliale
    -> klierbuis: adenoom
    -> meerlagig plaveiselcel: papilloom (bloemkool)
    -> holte bekleed met epitheel: cyste


    - mesenchymale: bot, vet, spier, vaat.
    NOMENCLATUUR MES: cel van origine + oom/oma
    -> uit glad spierweefsel: leiomyoom
    -> uit dwarsgestreept spierweefsel: rhabdomyoom

    BENIGNE: scherp begrensd!
  • Maligne tumoren nomenclatuur:

    - kunnen ook eindigen op -oom (lymfeoom, mesothelioom, melanoom, seminoom, blastoom)

    normaal: soort weefsel 
    + carcinoom (epitheliaal)
    + sarcoom (mesenchymaal)

    Ulcerende tumor: groeit diepte in
    Haematologische tumor (van bloed): waterig
  • Wanneer spreek je van een maligne tumor?

    METAS!
    - infiltratieve groei (voorbij basaalmembraan)
  • Beoordeling tumor differentiatie?

    - kern/cytoplasma ratio: weinig cytoplasma = slecht
    - aantal mitosefiguren (mercedes logo): veel = slecht.
  • HC 1 Pathologie van de mamma

    Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/04/2017
    Laat hier meer flashcards zien

  • borstklierweefsel bestaat uit 2 lagen epitheel

    - luminaal
    - myoepitheel: mis je dit (toon aan met marker P63): indicatie voor maligniteit
  • Factoren van invloed op prognose mammacarcinoom:

    - grootte tumor T
    - status lymfeklieren N
    - aanwezigheid afstandsmetastase M
    = TNM stadiering

    cTNM: klinisch bepaald
    pTNM: pathologisch bewezen
  • MTE 1 Knobbel in borst

    Dit is een preview. Er zijn 18 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 05/04/2017
    Laat hier meer flashcards zien

  • Snelheid diagnostiek op mammapoli?

    binnen 1 dag!
  • Is een gezwollen lymfeklier direct een alarmsignaal?

    NEE. verschillende omstandigheden kunnen dit veroorzaken.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart