Multipel Myeloom/ziekte van Waldenstrom
11 belangrijke vragen over Multipel Myeloom/ziekte van Waldenstrom
Wat is de functie van eindfase B lymfocyten?
– Immunoglobuline productie
– Memory B cellen; secundaire respons op “vreemd” antigeen
– Circulatie in bloed en weefsels
Waar bevinden zich maligniteiten van plasmacellen, welke soorten zijn er?
- Multipel Myeloom
- Morbus Waldenstrom
Wat zijn kenmerken van de voorstadia van MM?
– < 10 % plasmacellen en
– M prot < 30 g/L
– Geen klachten
– Kans op progressie 1% per jaar
• Asymptomatisch MM
– > 10% plasmacellen of
– M prot > 30 g/L
– Geen klachten
– Kans op progressie eerste 5 jr 10%/jr, daarna afnemend
– hoge surveillance en controle
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is het beloop van de ziekte MM, en de prognose?
Prognose <65 jaar: 7jaar, >65: 5 jaar
Wat zijn pathologische kenmerken van MM?
typische rijpe plasmacellen; groot, kern excentrisch
- naast de kern lichte hof (veel celorganellen)
- veel cytoplasma
Beenmergbiopt
- overwoekerd door plasmacellen, bepaalde kleuring
Wat is de cytogenetica van MM kankercellen?
Hoe werken proteasoom remmers, IMIDS en monoklonale antistoffen, noem voorbeelden?
- bortezomib
IMIDS; bv thalidomine bindt aan Cereblon -> ubiquitination wordt uitgeet -> cel toxisch -> apoptose
Monoklonale antistof: bv daratumuman = anti CD38; werkt op tumurcellen met CD38 -> maken de cel toxisch + apoptose
- altijd in combinatie
Wat zijn kernmerken van Morbus Waldenstrom?
- MGUS voorstadium
- prognose is beter >10 jaar
Wat zijn verschillen tussen morbus waldenstrom en MM?
• Kankercel ontstaat uit B cel net voor plasmacel en heeft CD20 antigeen op cel oppervlak
• Gelijk aan andere lymfomen; B symptomen en homing in lymfeklieren + milt
Wat zijn de klachten bij morbus waldenstrom?
• Nachtzweten, afvallen (B-symptomen) (25%)
• Anemie (40%)
• Hyperviscositeit (15%)
• Bloedingen (25%)
• Infecties (immunoparese)
• Auto reactiviteit:
– Polyneuropathie, hemolyse, vasculitis
Welke mutatie is aanwezig bij waldenstrom, welke behandeling?
– Rituximab = monoklonale antistof
– Chemotherapie
• cyclofosfamide, fludarabine, bendamustine
– Prednison
– BTK remmer Ibrutinib
- plasmaferese bij hyperviscociteit
– zeldzaam stamceltransplantatie Autoloog bij agressief beloop en allogeen bij recidief en resistent ziektebeloop
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden