Samenvatting: Habitat Analysis For Ecologists
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Habitat Analysis for Ecologists
-
1 Tussentoets nutriënten
-
1.1 Aantekeningen
Dit is een preview. Er zijn 16 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de eigenschappen van zand?
1) 0.05 tot 2 mm
2) Heel hard kwarts mineralen, daarom ook zulke grote korrels
3) Mineralen verbinden zich niet aan de kwarts en spoelen daarom uit met de bodemoplossing -
Wat zijn de eigenschappen van silt/leem?
1) 0,05 tot 0,002 mm
2) niet te grote, niet te kleine korrels -
Wat zijn de eigenschappen van klei/lutum?
1) <0,002 mm
2) sterk verweerde oude bodems
3) Mineralen verbinden zich sterk aan dekleideeltjes
4) Houden water sterk vast
5) Negatieve lading -
Wat zijn 'secondary silicate minerals'?
Klei mineralen. Aspecifiek, kationen (Ca2+, Mg2+, K+, NH4+).
- hebben een heel groot negatief geladen oppervlak
- kationen kunnen daaraan binden
- ns (C -
Wat zijn 'other secondary silicate minerals'?
Metal(hydr)oxides. Specifiek :H2PO4 -*.
- ze zijn positief geladen
- ze binden fosfaat* (komt water bij vrij) -
Waarom zijn klei mineralen negatief geladen?
In een tetrahedron of octahedron wordt een 2+ ion vervangen door een 1+ ion, -1 ladingsverschil. -
Waarom veroorzaakt zure regen nutriëntenuitspoel?
Omdat de H+ en de kationen vervangen die aan het negatieve oppervlak (de klei mineralen) zijn gebonden. -
Waarom zijn zandgronden zo arm?
Ze zijn inert, reageren niet of nauwelijks met andere mineralen. -
Wat is de formule voor pH?
pH= -log (H30+) -
Waarom is er bij een lage pH meer Al3+?
Bij hoge pH spoelen de kationen uit en dan kan Al3+ op die plek gaan zitten.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden