Startpagina / Samenvattingen / handboek cultuurgeschiedenis / verschijnselen-dingen-descartes

De wetenschappelijke revolutie - Mechanisering van de natuur

4 belangrijke vragen over De wetenschappelijke revolutie - Mechanisering van de natuur

Wat wordt verstaan onder de deductieve logica van Aristoteles.

Uit de eerste beginselen der dingen moesten alle verschijnselen logisch kunnen worden afgeleid.
Een ware natuurfilosoof kon uitsluitend uitgaan van de inherente wezenskermerken van de dingen; experimenten die de natuurlijke processen zouden verstoren werden daarbij niet toegelaten.

Wat weet je van Rene Descartes

Geboren in 1596, mogelijk de belangrijkste geleerde van zijn tijd wiens invloed tot in de 18e eeuw zou voortduren.

Descartes stelde materie gelijk aan uitgebreidheid. Hoe probeerde hij de verschijnselen te verklaren.

Hij maakte gebruik van het begrip causaliteit, de verschijnselen waren geen logisch gevolg van de inherente aard der dingen, maar hadden een oorzaak nl botsingen en druk van de omringende deeltjes.
Bij de schepping was alles in beweging gebracht en de totale hoeveelheid beweging bleef onveranderlijk behouden.

Wat weet je van Isaac Newton

Geboren in 1642, vond dat natuurwetenschap niet speculatief moest zijn (zoals het mechanisme van Descartes) maar moest steunen op nauwkeurig onderzoek van de verschijnselen. Hij ontwikkelde een aantal wetten voor oa zwaartekracht.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

handboek cultuurgeschiedenis

Bekijk samenvatting