Wederzijdse rechtshulp - De rechtshulpprocedure

29 belangrijke vragen over Wederzijdse rechtshulp - De rechtshulpprocedure

Wat is het uitgangspunt bij rechtshulp?

De uitvoering van een verzoek wordt beheerst door het recht van de aangezochte staat: locus regit actum ex art 3 lid 1 ERV en dat heeft geleid tot de artikelen art. 552h t/m 552qe Sv. Toepassing van nationaal procesrecht, ook al gaat het om verrichtingen in het kader van buitenlandse strafzaak, vloeit vooral voort uit de soevereiniteitsgedachte. 

Wat is de achtergrond van de soevereiniteitsgedachte?

De notie dat rechtsregels berusten op nationale normen en waarden, die niet moeten worden veronachtzaamd, ook niet als de belangen van een vreemde staat dat zouden vergen: het op buitenlands verzoek negeren van eigen opvattingen van moraal en (juridisch) fatsoen zou kunnen uitlopen op het met voeten treden van fundamentele eigen principes.

Welke tendens is bij rechtshulpverzoeken zichtbaar?

Dat rekening wordt gehouden met de wensen van de verzoekende autoriteiten omtrent de wijze van uitvoering ervan. Dat blijkt uit art. 4 EU-rechtshulpverdrag en art 8 Protocol II ERV voorziet erin dat de aangezochte staat bij het verlenen van wederzijdse rechtshulp 'de door de verzoekende lidstaat uitdrukkelijk aangegeven formaliteiten en procedures in acht (neemt), tenzij deze overeenkomst anders bepaalt en voorzover de aangegeven formaliteiten en procedures niet strijdig zijn met de fundamentele beginselen van het recht van de aangezochte lidstaat.' 
Een vb is de 'cross-examination van een Angelsaksisch rechtssysteem onder  leiding van een RC.

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wie is de centrale rechtshulp autoriteit?

Krachtens art. 552i/552j Sv is dat de OvJ, indien het verzoek tenminste niet in aanmerking komt om rechtstreeks door de politie te worden afgedaan.

Welke OvJ is in concreto met de uitvoering van het rechtshulpverzoek belast?

Ex art. 552i Sv en art 13f WOTS is de OvJ in het arrondissement waar het verzoek is ontvangen dan wel moet worden uitgevoerd, of de officier die bij het landelijk parket in Rotterdam speciaal is belast met internationale aangelegenheden en de toepassing in dat verband van bijzondere opsporingsmethoden.

Wanneer kan de politie het rechtshulpverzoek behandelen?

Dat kan indien het slechts betrekking heeft op inlichtingen voor het verkrijgen waarvan geen dwangmiddelen nodig zijn, noch de toepassing van bijzondere opsporingsmethoden of verkennend onderzoek, een en ander zoals aangeduid in art. 552 lid 2; de politie heeft dan immers zelfstandige rechtshulpbevoegdheid.

Wat is een Informatie en Coördinatie Centra voor internationale rechtshulp (ICC)?

Dat zijn samenwerkingsverbanden tussen verschillende parketten en de politie t.b.v. de uitvoering van inkomende rechtshulpverzoeken en de kwaliteitsbewaking bij de opstelling van uitgaande rechtshulpverzoeken. De ICC's zijn aangesloten op een registratiesysteem (LURIS) waarin alle inkomende en uitgaande verzoeken moeten worden opgenomen, opdat ook kan worden gewaakt over de voortgang in de uitvoering van het rechtshulpvezoek.

Wanneer moet de RC worden ingeschakeld?

Als wordt gevraagd om het horen van personen die (naar verwachting) niet vrijwillig zullen meewerken, om het horen van personen onder ede en/of door een rechter, om het horen van een getuige of deskundige per videoconferentie door of onder leiding van een buitenlandse rechter, of om de inbeslagneming van stukken van overtuiging ex art. 552n lid 1 en 3 Sv.

Wat staat er in kamerstukken behorende art, 552n lid 1 Sv?

Dat de OvJ de bevoegdheid heeft in geval van rechtshulpverzoek. Sinds de wijziging van art. 552n lid 1 Sv hoeft nog alleen maar aangeklopt worden bij de RC indien het nodig is om ter inbeslagneming woningen of kantoren van geheimhouders te betreden; daarvoor is immers ook onder de Wet BOB nog steeds het optreden van de RC vereist.

Wat is het gevolg als de OvJ de vordering ex art. 552n lid 3 Sv indient?

Het vormt de bevoegdheid van de RC als rechtshulp functionaris. Het rechtsgevolg is dat de bepalingen van het commune gerechtelijk vooronderzoek toepassing vinden, maar daarvoor moet de OvJ eerst in zijn vordering zijn 'ontvangen'. 

Wat moet de RC vaststellen?

Dat het rechtshulpverzoek op een verdrag berust, afkomstig is van een buitenlandse 'rechterlijke' autoriteit, en ook verder voor inwillig vaatbaar is (d.w.z.: dat er geen dwingende weigeringsgronden zijn). 

Heeft de OvJ recht op hoger beroep en cassatie tegen afwijzing van zijn vordering?

Ja, op grond van art. 446 Sv. Echter, de hoofdzaak is niet voor beroep vatbaar en dit brengt mee dat alleen cassatie openstaat. Overigens mag de OvJ alleen verrichtingen verlangen die hij ook binnen een Nederlands GVO had kunnen vorderen.

Wat is het gevolg dat de bepalingen van het commune gerechtelijk vooronderzoek van toepassing zijn?

Het heeft vooral gevolgen voor de positie van de door de RC te horen personen en voor die van de raadsman. Zoals de cautie bij het horen van de verdachte (art. 29 Sv). De verdachte mag tijdens zijn verhoor mondeling getuigen of deskundigen en feiten ten onderzoek opgeven, met een mogelijkheid van beroep op de rechtbank indien de RC zijn verzoek afwijst (art. 208 Sv). Getuigen en deskundigen hebben verschoningsrecht (art. 217/219 en 227 Sv). 

Wanneer mogen in beslag genomen stukken van overtuiging en onder de RC berustende gegevensdragers waarop gegevens zijn opgenomen, worden afgegeven?

Alleen met een verlof van de rechtbank ex art. 552p lid 2 Sv. Ook processen-verbaal en andere voorwerpen die zijn verkregen door toepassing van één van de bevoegdheden ex. art. 552oa Sv mogen door de OvJ slechts met verlof van de rechtbank worden afgegeven aan de verzoekende autoriteiten (art. 552oa lid 4 Sv). 

Mogen er op de voorhand kopieën van de stukken van overtuiging worden gegeven?

Nee, dat zou de verlofregeling illusoir maken. Tevens zijn de bepalingen inzake het beklag tegen inbeslagneming (art. 552a en 552ca/552e Sv) zijn van overeenkomstige toepassing (art. 552p lid 4 Sv). 

Hoe zit het met 'lichtelijk onregelmatig' onrechtmatig verkregen bewijs?

De HR sluit 'lichtlijk onregelmatig' verkregen bewijs niet uit.

Is er beroep mogelijk tegen de beslissing van de rechtbank m.b.t. het bewijs?

Ja, tegen de beslissing krachtens art. 552p staat voor de OvJ en voor de verdachte c.q. belanghebbende beroep in cassatie open ex art. 552p lid 4 i.v.m. 552d Sv; dat heeft schorsende werking.
Overigens tegen de beslissing van art. 552oa staat geen beroep voor de verdachte c.q. belanghebbende in cassatie open. De OvJ wiens vordering wordt afgewezen kan wel in beroep gaan, krachtens de algemene regeling in art. 446 Sv. 

Kan de belanghebbende zich ook bij klaagschrift wenden tot de raadkamer?

Ja,
  1. als de RC processen-verbaal heeft opgemaakt van verhoren of van andere ambtshandelingen (zoals schouw, doorzoeking, inbeslagneming), en hij die stukken aan de OvJ wil doen toekomen. Het ruim geformuleerde art. 552p lid 4 verklaart de beklagprocedure van art. 552a e.v. op die situatie van overeenkomstige toepassing; cassatieberoep staat dus open voor zowel de klager als de OvJ.
  2. kan bij de raadkamer krachtens art. 552a Sv beklag worden gedaan tegen inbeslagneming, dan wel gebruik in beslag genomen zaken.

Is een kort geding mogelijk bij inbeslagneming?

Nee, de rechtsgang van art. 552p lid 4 i.v.m. 552a en 552d Sv in de regel kan worden beschouwd als met voldoende waarborgen omkleed; voor een voorziening in kort geding is dan geen plaats.

Wanneer is de Staat der Nederlanden aansprakelijk?

Indien Nederland om rechtshulp vraagt kan de Staat der Nederlanden in rechte worden aangesproken op de wijze waarop van de gebodene rechtshulp (of misbruik) wordt gemaakt.

Hoe is de positie van de verdediging bij de wederzijdse rechtshulp?

Niet bijster sterk. Voorzieningen voor rechtsbijstand zijn in de rechtshulpverdragen en de Nederlandse wetgeving bijna niet te vinden.

Kan een verdacht, raadsman en betrokkenen aanwezig zijn bij de uitvoering van het verzoek?

Krachtens sommige verdragen 'kan' de aangezochte staat desgevraagd aan autoriteiten van de verzoekende staat of aan betrokkenen toestaan om aanwezig te zijn bij de uitvoering van een verzoek om wederzijdse rechtshulp zoals art 4 ERV en art. BUV.

Hoe is dit naar Nederlands nationaal recht?

Als een RC in de zaak is betrokken, treden dezelfde rechtsgevolgen in als bij een vordering tot het instellen van een GVO. Ook hier geldt dat een 'redelijk' verzoeken van de vreemde staat dienen te worden ingewilligd.

Hoe oordeelt de HR als de verdediging in de voorfase bij een verhoor aanwezig kan zijn?

De enkele omstandigheid dat de verdediging in de voorfase niet aanwezig kan zijn bij een verhoor in het buitenland brengt niet met zich mee dat het recht van art. 6 lid 3 d EVRM onherstelbaar wordt beknot. De HR meende dat de verdediging haar rechten nog in voldoende mat zou kunnen uitoefenen, aangezien in de latere fase van het strafgeding de gelegenheid bestaat om de getuige zo nodig te ondervragen of te doen ondervragen.

Wat is het onderscheid tussen het uitleringsrecht en kleine rechtshulp?

De mogelijkheid om kleine rechtshulp te verlenen zonder dat een verdrag eraan ten grondslag ligt.Uit art. 552k Sv volgt dat onder omstandigheden ook zonder verdragsbasis samenwerking op het gebied van kleine rechtshulp tussen landen mogelijk is. Dit kan alleen indien er sprake is van een redelijk verzoek en geen strijdigheid met Nederlandse regelgeving. 

Hoe wordt rechtshulp verleent?

In beginsel slechts na een daaraan voorafgaand verzoek door een daartoe bevoegde buitenlandse autoriteit (rechtshulp verdragen en art. 552h Sv).
Echter, het EU-rechtshulpverdrag introduceert een mogelijkheid voor justitiële autoriteiten om elkaar onder omstandigheden ongevraagd (spontaan) rechtshulp te verlenen.

Wie is de bevoegde autoriteit?

  • Bij verdragsgebonden rechtshulp is het verdrag beslissend voor de vaststelling of het verzoek uitgaat van de bevoegde autoriteit (verklaringen afgelegd bij ondertekening).
  • Bij verzoeken zonder verdragsbasis zal telkens uit het verzoek duidelijk moeten worden dat de verzoekende autoriteit bevoegd is om een dergelijk verzoek te doen.

In welke stadia kan rechtshulp verder plaatsvinden?

In de stadia van gvo of mini-instructie, terechtzitting, tenuitvoerlegging, gratie, revisie en schadevergoeding wegens ten onrechte ondergane preventieve hechtenis.

Wordt er een termijn gesteld in het verlenen van rechtshulp?

Nee, de buitenlandse autoriteiten kunnen niet beschikken over de interne wijze van procesvoering in de aangezochte staat. Soms staat in verdragen zoals in art 4 EU-rechtshuloovereenkomst dat de aangezochte staat zo spoedig mogelijk aan het verzoek voldoet.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo