Levenslooptheorieën - Levenslooppsychologie

29 belangrijke vragen over Levenslooptheorieën - Levenslooppsychologie

Welke 3 vormen van biologische en sociale beïnvloeding worden onderscheiden in de levenslooptheorie

  1. Leeftijdsgebonden normatieve invloeden
  2. Normatief historische invloeden
  3. Niet-normatieve invloeden.

Baltes noemt de levensloop multidimensioneel en multidirectioneel.

A. Wat bedoelt hij hiermee?  
B. Hoe kenmerkt hij de uitkomst van processen van levensloopontwikkeling?
C. Waar refereert pathologische ontwikkeling naar?

A. Dat ontwikkeling zich afspeelt op verschillende dimensies die elkaar beïnvloeden.
B. Als pathologisch, normaal (statistisch gezien gemiddeld), succesvol (positieve uitzondering op normaal) of optimaal (ideaalbeeld onder perfecte omstandigheden).
C. Naar processen die fout lopen en resulteren in ziekte.

Hoe zag men succesvol ouder worden in de jaren 60, de tegenstelling tussen disengagement en activity?


De disengagement theorie stelde gaat uit van 'goed ouder worden' als een zich langzaam terugtrekken uit de samenleving en het leven, een natuurlijke reactie op verminderde vitaliteit en naderend levenseinde (Cumming & Henry, 1961).

De activity theorie gaat juist uit van 'goed ouder worden' als een proces waarin men blijft deelnemen aan het leven en de samenleving (Havighurst, 1961).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Gerontologen hebben zich afgevraagd wat succesvol ouder worden betekend. De oudste tegenstelling op dat gebied bestaat uit 2 theorieën.

Hoe heten deze theorieen en wat verstaan ze onder succesvol ouder worden?

- Disengagement theorie
Succesvol ouder worden houdt in dat je je langzaam terugtrekt uit de samenleving en het leven.

- Activity theorie
Goed oud worden is een proces waarbij mensen willen blijven deelnemen aan het leven en de samenleving.

Wat zien Baltes & Baltes (1990) en hun SOC-model als succesvol ouder worden?


Het goed gebruik maken van de verschillende vormen van ontwikkelingsregulatie in het soc-model: selectie, optimalisatie en compensatie.

Selectie: keuzes maken, invulling verandert naarmate men ouder wordt. Jongeren maken keuzes: waar wil ik naartoe? Ouderen maken keuzes: wat vind ik belangrijk vinden om energie in te blijven steken?

Optimalisatie: gedrag met als doel hogere niveau's van functioneren te bereiken door bv vaardigheden te trainen op hulpbronnen inzetten.

Compensatie: verlies of achteruitgang opvangen om bestaand functioneren zoveel mogelijk te handhaven, bijvoorbeeld een rollator gaan gebruiken als lopen moeilijk wordt.

Welke 2  basisprincipes stelt Baltes (grondlegger van de Levenslooppsychologie) over de levensloopontwikkeling?

1.  multidimensioneel -> fysieke-, sociale-, psychologische dimensies die elkaar onderling beïnvloeden
2. multidirectioneel->de dimensies onderscheiden verschillende aspecten
-voor elk aspect  kan sprake zijn van  verschillende ontwikkelingsrichtingen: groei (vooral jongeren), behoud functioneren en omgaan met verlies (vooral bij ouderen).

De laatste decennia zien we dat er meer recht wordt gedaan aan de multidimensionaliteit van levensloopontwikkeling. Meestal worden er meerdere criteria geformuleerd om vast te stellen of er sprake is van goed ouder worden. Het meest gebruikte model is van Rowe en Kahn.

A. Wat stellen Rowe en Kahn in hun model over succesvol ouder worden? 

B. Waar blijft nog veel discussie over ontstaan?

A. Dat succesvol ouder worden gepaard gaat met een kleine kans op ziekte, goed fysiek en cognitief functioneren en actieve betrokkenheid bij het leven.

B. Over de vraag welke factoren gehanteerd zouden moeten worden om succes op latere leeftijd te bepalen.

Welke tegenstellig bestaat er tussen de disengagement- en activitytheory?

De disengagementtheory ziet succesvol ouder worden als een proces van langzaam terugtrekken uit de samenleving en het leven als natuurlijke reactie op verminderde vitaliteit, terwijl de activitytheory uitgaat van een proces waarin mensen zo lang als mogelijk willen blijven deelnemen aan de maatschappij.

Welke diemensie worden onderschieden?

fysiek
sociaal
psychologisch

Psychologen hebben erop gewezen dat succesvol ouder worden niet alleen aan criteria voor goed functioneren moet worden gekoppeld, maar aan de manier waarop ouderen zelf (bewust of onbewust) omgaan met het ouder worden (Baltes en Baltes).

Omgaan met ouder worden heeft 2 kanten.

A.  Hoe worden deze 2 kanten samen genoemd?
B.  Welke 2 kanten zijn er?

A. Ontwikkelingsregulatie
B.  Aan de ene kant plasticiteit en aanpassingsvermogen, anderzijds autonomie en sturing (richting geven aan het ouder worden).

Gerontologen hebben zich vanuit het levensloopperspectief geregeld afgevraagd wat succesvol ouder worden betekent. Wat is de oudste tegenstelling op dat gebied?

Die tussen disengagement en activity. De disengagementtheorie gaat uit van goed ouder worden als een zich langzaam terugtrekken uit de samenleving en het leven, dat een natuurlijke reactie zou zijn op de verminderde vitaliteit en het naderend levenseinde. De activitytheorie daarentegen gaat uit van goed ouder worden als een proces waarbij mensen willen blijven deelnemen aan het leven en de samenleving.

Welke 4 uitkomsten heeft het multi-directionele proces van levensloopontwikkeling en wat houden ze in?

1 Pathologisch; proces dat fout loopt en resulteert in ziekte
2 Normaal: statistisch verschijnsel, gemiddelde
3 Succesvol: positieve uitzondering op het normale proces
4 Optimaal: ideaalbeeld

Het SOC-model van Baltes beschrijft verschillende vormen van ontwikkelingsregulatie. Welke 3 processen worden hierbij onderscheiden?

- Selectie: selecteren van belangrijkste dingen in het leven waaraan ze tijd en energie willen besteden

- Optimalisatie: om deze gekozen activiteit optimaal te kunnen blijven doen, kiezen ze voor gedrag met als doel om hogere niveaus van functioneren te bereiken (bijv. Trainen van vaardigheden)

- Compensatie: een proces waarbij mensen verlies/achteruitgang opvangen om een bestaand niveau van functioneren te handhaven, bijv. Door gebruik te maken van hulpmiddelen

Wat is het SOC-model voor succesvol ouder worden van Baltes en Baltes?

Het is een model dat ontwikkelingsregulatie beschrijft, op basis van selectie (keuzes maken op jonge leeftijd en selectie van hetgeen belangrijk is op latere leeftijd), optimalisatie (hoger niveau van functioneren behalen) en compensatie (verlies opvangen om een functioneringsniveau te handhaven).

Wat wordt bedoeld met multidirectionaliteit binnen deze dimensies?

Voor elk aspect kan er sprake zijn van groei, behoud van functioneren of achteruitgang/omgaan met verlies.

Welke 2 tegengestelde theorieën zijn er in de jaren 60 (Cumming & Henry) geformuleerd t.a.v. De betekenis van succesvol ouder worden en wat betekenen ze ?

1. Disengagementtheorie:
   langzaam terugtrekken uit de samenleving/ leven als natuurlijke             reactie op verminderde vitaliteit
2. Activitytheorie: gaat uit van 'goed' ouder worden  vanuit de eigen         wens om deel te nemen aan de samenleving/ leven .

De socio-emotionele-selectiviteitstheorie van Carstensen sluit aan bij het model van Baltes. Dit is een theorie die levensfase koppelt aan een bepaalde motivatie.

A. Het model gaat ervanuit dat de levensloopontwikkeling 2 motieven kent. Noem deze 2 motieven.

B. Waar is de keuze voor een motief van afhankelijk?

A. 1. Het motief om (nieuwe) dingen te leren kennen
     2. Het motief om emoties te reguleren

B. Welk motief op de voorgrond staat heeft te maken met de hoeveelheid levenstijd die mensen voor zich zien. Als deze beperkt is (bijv. Door ziekte of verhuizing), zal het 2e motief worden gekozen.

Wat is het SEST (of SST)model van Carstensen?

Een model dat aansluit op het SOC-model en ervan uit gaat dat levensloopontwikkeling 2 motieven kent, namelijk dingen leren kennen en emoties reguleren. Keuze voor motief is afhankelijk van de levenstijd die mensen voor zich zien.

Hoe wordt de normale ontwikkeling op oudere leeftijd gekenmerkt in vergelijking met de jongere leeftijd?

Dit wordt meer gekenmerkt door behoud en omgang met verlies en minder door groei.

Het dual continua-model heeft een positieve, verticale as en een negatieve, horizontale as. Wat geven beiden assen weer?

Positieve, verticale as -Mate van welbevinden
Min. geestelijke gezondheid (languishing) - max. Geestelijke gezondheid (flourishing)

Negatieve, horizontale as - Mate van ervaren psychopathologie
Ernstige psychopathologie - geen psychische klachten

Wat is de kritiek van oa Baltes op het Model van Rowe en Kahne en hoe zou succesvol dán moeten worden beschreven en hoe wordt dit genoemd ?

Kritiek: De criteria zijn te streng. Bij normale achteruitgang zou je hier dan al niet meer aan voldoen.
Alternatief: ontwikkelingsregulatie  -> SOC
Ouder worden is een proces. Het gaat om het vermogen om
-omgaan met ziekten (autonomie en sturing) 
-aanpassen (plasticiteit)

Baltes ontwikkelde het zgn "SOC-model'. Wat houdt dit in?

SOC beschrijft verschillende vormen van ontwikkelingsregulatie en staat voor (vb Rubenstein):
Selectie; keuzes maken (jongeren) of bewustere keuzes maken /waaraan tijd besteden (ouderen)-> minder muziekstukken
Optimalisatie; hoger niveau functioneren bereiken dmv trainen hulpbronnen inzetten. ->meer tijd instuderen
Compensatie: opvangen van verlies of achteruitgang door oa hulpmiddelen. ->langzamer spelen zodat hij bij snelle stukken meer vingervlug leek.

Goed gebruik van de verschillende bovengenoemde vormen van ontwikkelingsregulatie is kenmerk van succesvol ouder worden (Baltes)

Wat is een gevolg van de complexiteit van de levensloopontwikkeling op de verschillende individuen?

individuele verschillen tussen mensen nemen alleen maar toe. Op zeer hoge leeftijd nemen ze weer af (door biologische veroudering).

Waar staat SEST voor? Wat houdt het in ? Van wie is de theorie?

-Socio-Emotionele-Selectiviteits-Theorie van Carstensen (Sluit aan op model van  Baltes).
-Levensloopontwikkeling kent 2 motieven;
  1. Motief om dingen te leren kennen -> mn bij jongeren
  2.Motief  om emoties te reguleren (wordt mn aangewend wanneer de    tijd beperkt is; ouderen )   ->dingen doen die positief gevoel opleveren     -> verbetert welbevinden.

Wat is de overeenkomst tussen de modellen van Baltes (SOC) en Carstensen (SEST)

In beiden wordt een proces van selectie beschreven die bijdraagt aan het dagelijks functioneren en welbevinden.

Juist/onjuist:  Er zijn vanuit de levenslooppsychologie veel directe toepassingen ontwikkeld die direct voor de praktijk van de ouderenpsycholoog bruikbaar zijn.

Onjuist.

Wat is de theorie van 'structural lag' van Riley e.a. (1994)?

de samenleving loopt achter bij de snelle vergrijzing, waardoor er slechts weinig zinvolle rollen voor ouderen zijn. Dit kan van invloed zijn op het sociaal welbevinden op latere leeftijd.

Wat is een groot probleem mbt succes op latere leeftijd

Veel discussie over de vraag welke factoren gebruikt moeten worden om dit te meten? -> 29 definities

Wanneer richt men zich op emotieregulatie?

Als men weinig levenstijd voor zich ziet. Mensen geven een voorekur aan zaken die een vertrouwd en positief gevoel opleveren. Dit draagt bij aan positiviteitseffect: mensen kunnen hun functioneren en welbevinden in stand houden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo