Startpagina / Samenvattingen / Handboek Ouderenpsychologie / seksueel-actief-leeftijd

Seksualiteit - veroudering en seksualiteit - Ouder worden en seksuele activiteit

35 belangrijke vragen over Seksualiteit - veroudering en seksualiteit - Ouder worden en seksuele activiteit

Waardoor zijn onderzoeksresultaten naar seksuele activiteit van ouderen slecht vergelijkbaar?

verschil in onderzoekspopulatie, vraagstelling en methode.

Wat zijn de meest voorkomende seksuele klachten bij een ouder wordende vrouw?

Verminderd verlangen
Verminderde vaginale lubricatie
Onvermogen tot klaarkomen

Wat blijkt voor beide seksen de 2 belangrijkste voorspellers te zijn voor seksuele tevredenheid?

Seksuele activiteit en geestelijke gezondheid

Wat kunnen we uit onderzoeken concluderen naar seksuele activiteit bij ouderen?

De seksuele activiteit neemt af, maar stopt niet. Dit wil niet zeggen dat de interesse vermindert.

Laatste decennia is er onderzoek gedaan naar de seksuele activiteit van ouderen. De trend is duidelijk, maar wat zijn opvallende punten aan dit onderzoek?

Ze zijn slecht vergelijkbaar door verschillende onderzoekspopulatie, vraagstelling en methode.

Wat is de gezamenlijke conclusie van verschillende onderwerpen?

Seksuele activiteit neemt af, maar stopt niet

Wat is de meest voornaamste seksuele klacht bij een ouder wordende man?

Erectiestoornis.

Welk verband werd er gevonden tussen seksuele gemeenschap en leeftijd?

leeftijd hoger, seksuele activiteit lager.

Waar kenmerkt het seksleven van ouderen zich met name door?

Intimiteit
Gedachten
Gevoelens

Afname van seksuele activiteit zegt niet dat seksuele interesse vermindert.

Het onderzoek van Lindau. Wat zijn de meest voorkomende problemen bij mannen en vrouwen? Wat is de conclusie?

Problemen vrouw: minder verlangen, minder vaginale lubricatie, niet klaar kunnen komen.

Problemen man: erectiestoornis.

Conclusie: Ouderen zijn seksueel actief, vrouwen minder dan mannen.

Wat is de voornaamste klacht onder mannen ivm verminderde seksuele activiteit?

Erectiestoornis (37%)

Wat kwam er uit het onderzoek van Matthias naar seksuele activiteit van ouderen?

Coïtusfrequentie neemt af, maar plezier in seks was toegenomen.

Wat bedoelt Schnarch (1998) met zijn bewering dat seksuele intensiteit meer een functie van emotionele rijpheid dan van fysiologische responsiviteit?

Seksuele intensiteit is volgens Schnarch (1998) meer een functie van emotionele rijpheid dan van fysiologische responsiviteit. Waar het seksleven in de jeugd relatief sterk wordt bepaald door heftige opwinding, prestatie, bevestiging en zintuiglijke gevoeligheid, wordt seksleven met het ouder worden juist meer bepaald door gedachten, gevoelens en intimiteit. Hij meent dan ook dat men voor zijn 50e zelden zijn of haar seksuele piek bereikt heeft: de gevoelens nemen boven de 50 jaar toe.

Waardoor zijn vrouwen minder seksueel actief dan manne?

vrouwen hebben vaker geen partner op hoge leeftijd.

Welke psychosociale factoren zijn belangrijk voor het gevoel van seksuele tevredenheid?

Psychosociale factoren (zoals tevredenheid met de relatie, communicatie met de partner, het belang dat gehecht wordt aan seks) zijn belangrijker voor het gevoel van seksuele tevredenheid dan leeftijd op zich. Hoewel de latere levensfasen verlies en afscheid met zich meebrengen, blijft seksualiteit een bron van bevrediging die in principe niet verloren hoeft te gaan. Het is daarom een belangrijk bestanddeel voor het emotionele en fysieke welzijn van een oudere (Taylor e.a., 2016).

Matthias vond dat plezier in seks was toegenomen. Wat zijn belangrijke voorspellende factoren voor seksuele tevredenheid bij mannen en vrouwen?

Wat zijn opvallende resultaten?

Man en vrouw: Seksuele activiteit en geestelijke gezondheid.

<30% was vorige maand seksueel actief.
>67% was (zeer) tevreden met huidig niveau van seksuele activiteit.

Wat is bekend over resultaten van coïtaal actieven

oudste leeftijdsgroep: 3,1x per maand gemeenschap. totaal aantal 75-+ - 0,8x per maand.
afname activiteit niet alleen door toename gezondheidsklachten of gewennig door lange relatie, want is ook het geval bij nieuwe relaties.

Welke conclusie ondersteunt het onderzoek van Matthias?

Dat er geen rechtstreeks verband is tussen seksueel functioneren en seksuele tevredenheid.

Uit onderzoek van NIPO bleek ook dat veel ouderen tevreden zijn ongeacht of zij actief waren.

Hoe hoog is het percentage van de coitaal actieven dat in de oudste leeftijdsgroep nog gemeenschap heeft? En hoe hoog is dat voor het totale aantal 75-plussers?

In totaal 3,1 maal per maand gemeenschap voor de oudste leeftijdsgroep en 0,8 onder de 75-plussers.

Bevolkingsonderzoek NIPO, 2003.

Ouderen tussen 40 en 80 jaar met een vaste relatie.

Wat zijn belangrijke bevindingen?

57% vind seks belangrijk
50% praat niet makkelijk over seks
75% heeft zin in seks
Mannen hebben vaker zin zonder geslachtsgemeenschap te hebben.
Mannen en vrouwen hebben even vaak gemeenschap.
Vrouwen bepalen de frequentie van gemeenschap
50% 65-80 jaar heeft meerdere keren per maand seks. 11% wekelijks. 47% minder dan 1x per maand
Hoe vaker gemeenschap, hoe bevrediger de relatie in seksueel opzicht
Tevredenheid daalt na 40 jaar. 72% blijft relatie (heel) bevredigend te vinden.

Wat was een opvallende uitkomst?

30% laatste maand seksueel actief, maar meer dan 67% tevreden.
niet seksueel actief: 59% tevreden of zeer tevreden met frequentie

Welke categorie van determinanten lijkt in de beeldvorming van seksualiteit bij ouderen met name naar voren te komen en welke categorie van determinanten heeft in de praktijk vooral invloed op de seksuele activiteit en beleving van ouderen?

De beeldvorming lijkt (in negatieve zin) gestuurd te worden door normatieve leeftijdgebonden factoren als het verouderingsproces zelf en het beëindigen van de vruchtbare periode. Ouderen zouden daardoor zowel lichamelijk als functioneel niet meer seksueel aantrekkelijk zijn. De daadwerkelijke seksuele behoefte en beleving bij ouderen wordt eerder bepaald door niet-normatieve invloeden als ingrijpende levensgebeurtenissen, bijvoorbeeld het verlies van een partner of ziekte, wat in deze levensfase vaker voorkomt. De fysieke normatieve ontwikkeling lijkt hier minder mee van doen te hebben, al ontstaan er in het verouderingsproces wel bepaalde ongemakken die seksueel contact kunnen bemoeilijken.

Gevolgen van ouder worden blijkt minder negatief voor seksualiteit dan uit maatschappelijke vooroordelen wordt gedacht.

Wat komt er uit onderzoek van Thomas?

Aanzienlijk deel van vrouwen blijft actief als ze partner hebben.

Psychosociale factoren zijn belangrijker voor het gevoel van tevredenheid.

Seksualiteit blijft een bron van bevredigheid die niet verloren hoeft te gaan (periode van veel verlies en afscheid).

Een seksleven beperkt de negatieve fysiologische effecten van veroudering en doet de kans op aandoeningen afnemen. Ook hebben ze een hogere mate van welbevinden. Hoe zijn de causale verbanden?

Onduidelijk.

Wat zijn belangrijke factoren voor seksuele tevredenheid, in tegenstelling tot leeftijd?

tevredenheid met de relatie
communicatie met de partner
belang dat gehecht wordt aan seks

Is er een rechtstreeks verband tussen seksueel functioneren en seksuele tevredenheid?

Nee. Dit bleek ook uit een NIPO onderzoek uit 2003; veel ouderen blijven tevreden met hun seksualiteit ongeacht of zij seksueel actief zijn. Ook houden zij veelal seksuele behoeften en interesses tot op hoge leeftijd.

Waarom is seks een belangrijk onderdeel van emotionele en fysieke welzijn van ouderen?

seksualiteit blijft een bron van bevrediging die niet verloren hoeft te gaan.

Wat zegt Schnarch over seksuele intensiteit?

het is meer een functie van emotionele rijpheid dan van fysiologische responsiviteit

Wat is bepalender dan leeftijd voor seksuele tevredenheid?

Psychosociale factoren (zoals tevredenheid met de relatie, communicatie met de partner, het belang dat gehecht wordt aan seks) zijn belangrijker voor het gevoel van seksuele tevredenheid dan leeftijd op zich. Seksuele tevredenheid is een belangrijk bestanddeel voor het emotionele en fysieke welzijn van de oudere.

Wat is volgens hem het verschil in seks tussen jongeren en ouderen?

Jongeren: opwinding, prestatie, bevestiging en zintuiglijke gevoeligheid
ouderen: gedachten, gevoelens, intimiteit

Waarvan is seksuele intensiteit meer een functie dan van fysiologische responsiviteit volgens Schnarch (1998)?

Van emotionele rijpheid. Het seksleven wordt met het ouder worden meer bepaald door gedachten, gevoelens en intimiteit. Volgens Schnarch nemen de gevoelens boven de 50 juist toe.

Wat zegt HIJ over de seksuele piek?

Gevoelens nemen boven de 50 toe, dus daarvoor zelden seksuele piek. Dit is in tegenstelling tot andere onderzoeken.

Zijn er aanwijzingen dat een bestendig seksleven de negatieve fysiologische effecten van veroudering beperkt en de kans op bepaalde aandoeningen doet afnemen?

Ja ( Trudell e.a. 2000)

Wat is de relatie tussen een actief seksleven en gezondheid?

doorbloeding van slijmwanden vagina wordt bevordert
gemeenschap beperkt afname elasticiteit vagina
sterftekans aan hart- en vaatziekten 50% lager bij regelmatige orgasmen
vaker seks -> men voelt zich gezonder
actief seksleven + intieme relaties -> hogere mate van levenssatisfactie
LET OP: precieze causale verbanden niet duidelijk

Rapporteren ouderen met een actief seksleven en intieme relaties verhoudingsgewijs een hogere mate van levenssatisfactie?

Ja, de precieze causale verbanden zijn echter niet duidelijk.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Handboek Ouderenpsychologie | 9789058983121 | Marja Vink, et al

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Seksualiteit - veroudering en seksualiteit - Ouder worden en seksuele activiteit

Seksualiteit - veroudering en seksualiteit