Theoretische modellen van afwijkend gedrag

34 belangrijke vragen over Theoretische modellen van afwijkend gedrag

[DP] Wat is het verschil tussen equifinality en multifinality?

Equifinality betekent dat verschillende onderliggende oorzaken tot hetzelfde fenotype kunnen leiden. Multifinality betekent dat eenzelfde oorzaak kan leiden tot verschillende uitingsvormen - genen interacteren met de omgeving.

[DP] Wat is verklarende continuïteit?

Als de betekenis van het gedrag niet verandert over de tijd (bijv. contact zoeken)

[DP] Wat is beschrijvende kwantitatieve verandering?

Iets neemt in hoeveelheid of aantal toe (bijv. lichaamslengte, woordenschat)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

[DP] Wat is beschrijvende kwalitatieve verandering?

Iets (een nieuwe kwaliteit) ontstaat, terwijl het daarvoor niet bestond (bijv. interesse in seks).

[DP] Wat is verklarende kwantitatieve verandering?

Een toename in het ene proces veroorzaakt een toename in een ander proces (bijv. toename in lichaamsgroei stimuleert aanmaak van hormonen).

[DP] Wat is verklarende kwalitatieve verandering?

Een verandering in onderliggende processen, zoals doelen, behoeftes (bijv. de behoefte aan sociaal contact is voor een baby anders als voor een adolescent).

[DP] Wat zijn twee kenmerken van kwalitatieve veranderingen?

1. Nieuwheid: wat ontstaat is niet terug te voeren tot de oorspronkelijke elementen.
2. Zelforganisatie (geen kracht buitenaf, zoals genen of omgeving).

[DP] Wat is stabiliteit in de ontwikkeling?

Iemands positie t.o.v. een vergelijkingsgroep verandert niet over de tijd.

[DP] Wat betekent het dat ontwikkeling cumulatief is? Wat zijn de implicaties?

Latere ontwikkeling bouwt voort op een eerdere ontwikkeling. Implicaties: ontwikkelingstrajecten, effecten van vroegere ervaringen.

[DP] Wat betekent het dat ontwikkeling multideterministisch is?

Het zijn altijd meerdere factoren die een ontwikkeling bepaalt.

[DP] Wat zijn transacties?

Een serie dynamische en wederkerige interacties tussen kindfactoren en de sociale omgeving.

[CM] Wat zijn causale modellen?

Een methode om proberen zicht te krijgen op alle factoren die en rol zouden kunnen spelen in afwijkende ontwikkeling. De methode gaat uit van vier beschrijvingsniveaus.

[CM] Wat zijn de vier beschrijvingsniveaus volgens causale modellen?

1. Biologisch: alle processen die te maken hebben met genen en fysiologische processen.
2. Cognitief:
3. Gedrag: er wordt altijd begonnen vanuit het gedrag - symptomen.
4. Omgeving: alle invloeden buiten het organisme om.

[CM] Wat zijn drie uitgangspunten van causale modellen?

1. Gedrag is het resultaat van biologische processen en/of cognitieve processen.
2. De omgeving (sociale en fysieke) heeft invloed op het biologisch en het cognitief niveau.
3. De omgeving heeft zelden een direct effect op gedrag.

[MDM] Wat is het Multiple-deficit model?

Een risicomodel voor ontwikkelingsstoornissen. Probeert comorbiditeit te verklaren.

[MDM] Wat is het uitgangspunt van het Multiple-deficit model?

Meerdere risicofactoren, zowel genetisch als omgeving, zijn betrokken bij de ontwikkeling van stoornissen.

Wat zijn drie oorzaken van mutaties?

1. Recombinatie: het herschikken van erfelijk materiaal. Genetische recombinatie treedt bijvoorbeeld op bij de meiose. Hierbij worden de chromosomen 'gemixt', waardoor nieuwe combinaties van allelen kunnen ontstaan.
2. Omgevingsfactoren: virussen, radioactieve straling, medicijnen.
3. Microdeleties: het verlies van een heel klein stukje van het chromosoom.

Hoe verloopt het proces van transcriptie?

Voor het maken van een eiwit wordt het hele gen door transcriptie afgelezen, waardoor een pre-mRNA ontstaat. Van dit pre-mRNA wordt door het proces splicing het uiteindelijke mRNA gemaakt (zonder introns - stukjes zonder informatie, alleen met exons).

[TEE] Wat is epigenetica?

Het onderzoek naar erfelijke veranderingen in genexpressie in een cel die niet veroorzaakt zijn door veranderingen in het DNA.

[TEE] Wat is transgenerationele epigenetische erfelijkheid?

De transfer van epigenetische informatie over generaties.

[TEE] Welk voorbeeld wordt in Babenko et al. genoemd van transgenerationele epigenetische erfelijkheid?

Prenatale stress leidt tot epigenetische veranderingen, wat leidt tot psychische problemen, zoals angst en depressie.

[TEE] Welke twee typen epigenetische veranderingen zijn er?

1. Erfelijke epigenetische veranderingen: overdraagbaar op volgende generaties (meiose).
2. Context-afhankelijke epigenetische veranderingen: alleen tijdens iemands leven (mitose).

[TEE] Wat zijn twee criteria voor erfelijke epigenetische veranderingen?

1. Slechts één generatie moet blootgesteld zijn aan de gebeurtenis die tot een epigenetische verandering geleid heeft.
2. Minstens in 2 generaties moet de verandering zijn vastgesteld.

[TEE] Wat is DNA methylering?

Aan de buitenkant van een DNA streng zitten ook moleculen, methylgroepen genoemd. Deze kunnen het coderen van genen tegenhouden: veel methylgroepen blokkeren dat een gen tot expressie kan komen.

[TEE] Wat is histone modificatie?

Een streng DNA is opgerald om clusters eiwitten, die worden histonen genoemd. Hoe nauwer die clusters op elkaar zitten, hoe minder makkelijk de genen uitgelezen kunnen worden door mRNA. Hoe meer afstand, hoe makkelijker. Dit is een proces dat bepaald of een gen tot expressie komt of niet.

[TEE] Wat is een mRNA modificatie?

RNA splicing (samenvoegen van exonen) kan op verschillende manieren. Het kan zijn dat een exon zomaar wordt overgeslagen, dan is er een mRNA modificatie.

Wat zijn twee functies van CORT?

1. Handhaven normale hersenprocessen (leren en geheugen)
2. Reguleren van stress

Wat zijn twee manieren waarop de HPA-as geactiveerd wordt?

1. Fysieke stressoren activeren de HPA-as via noradrenerge input vanuit de hersenstam.
2. Psychologische stressoren activeren de HPA-as via corticolimbische paden (inc. centrale kern amygdala).

Hoe werkt het negatief feedback systeem van de HPA-as?

Een toename in cortisol leidt tot een afname in CRH.

Wat is het RDoC framework?

Een pleidooi voor een ontwikkelingsneurologische benadering van psychpathologie: ga uit van een dimensionele benadering.

Wat is het argument van het RDoC framework om uit te gaan van een dimensionele benadering?

Ontwikkelingsstoornissen zijn niet goed te onderscheiden stoornissen:
1. Comorbiditeit
2. Overlap qua etiologie
3. Timing

Wat zijn drie adviezen van het RDoC framework?

1. Ga uit van een dimensionele benadering.
2. Gebruik kennis over hesen-gedragrelaties en koppel deze aan klinische symptomen
3. Doe onderzoek op verschillende niveaus van analyse, zoals moleculaire, hersenorganisatie, gedrag, symptoom.

Welke vijf domeinen gebruikt het RDoC kader?

1. Negatieve waarde
2. Postieve waarde
3. Cognitieve systemen
4. Systemen voor sociale processen
5. Arousal/modulerende systemen

Wat zijn drie sleutelconcepten die het neuro-ontwikkelingskader met zich meebrengt voor het RDoC framework?

1. Ontwikkelingstraject
2. Sensitieve periode
3. Dynamische interactie van systemen (ontwikkelingscascades)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo