Zandlandschap - Jonge zandontginningen
8 belangrijke vragen over Zandlandschap - Jonge zandontginningen
Welke vijf typen jonge heideontginningen zijn er te benoemen?
2) De boeren-uitbreidingsontginningen.
3) De landgoedontginningen.
4) De gemeentelijke en staatsheidebebossing.
5) De planmatige-boerenontginning.
Waarom ging men in de prehistorie juist op de zandgronden in Drenthe wonen terwijl het keileemplateau vruchtbaarder was?
Hierdoor vind je de bewoning juist op de minder vruchtbare zandgronden in Drenthe in de prehistorie.
Waar werden in de vroege-middeleeuwen in Drenthe nederzettingen gesticht?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Waarom verplaatste zich nederzettingen van de top van een stuwwal naar lager gelegen gronden?
Een van de oorzaken zou kunnen zijn dat de venen rondom deze stuwwallen waren ontgonnen.
Waar kune je de winning van klapperstenen aan herkennen?
Waarom ontstond er veen in de zandgronden van noord-brabant en Limburg?
Welke namen of stukken namen in plaatsnamen duiden een bosontginning aan?
Wat is een huisnijverheid wat rond de 17e eeuw en 18e eeuw een intreden deed in het brabants zandlandschap en (misschien ook Limburg).
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden