Samenvatting: Het Onbarmhartige Noodlot

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Het onbarmhartige noodlot

• 1 Over de Ilias

• 1.1 Het epos

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn kenmerken van een epos?

  - Dat goden een belangrijke rol spelen in het verhaal.
  - Het is een lang gedicht.
  - Het een centraal thema.
  - Het is geschreven in een metrum.

• Wat is het thema van de Ilias?

  De wrok van Achilles.

• Wat is het thema van de Odyssee?

  De terugkeer van Odysseus.

• 1.2 De voorgeschiedenis van de Trojaanse oorlog

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Welke god(in) was niet uitgenodigd op de bruiloft van Peleus en Thetis?

  De godin Eris, de godin van de ruzie.

• Welk voorwerp wierp Eris tussen de bruiloftsgasten?

  Een gouden appel met het opschrift "voor de mooiste".

• Wie nam de beslissing voor de gouden appel?

  Paris, de zoon van de Trojaanse koning Priamus.

• 2 Gekrenkt eergevoel van twee Griekse aanvoerders

• 2.1.2 Chryses

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Welke stilistische middelen zitten er in dit stuk?

  1. νοῦσον ... κακήν: hyperbaton
  2. Ἀτρεΐδης: enjambement
  3. τὸν Χρύσην ... ἀρητῆρα: hyperbaton
  4. ἀπερείσι(α): onmetelijk: hyperbool 
  5. Ἀτρεΐδα ... δύω: hyperbaton
  6. ἑκηβόλου: epitheton ornans
  7. ἐϋκνήµιδες: epitheton ornans
  8. ἐϋκνήµιδες Ἀχαιοί: formule
  9. Ὀλύµπια δώµατ᾽ ἔχοντες: formule
  10. παῖδα ... φίλην: hyperbaton
  11. ἑκηβόλον Ἀπόλλωνα: formule

• Wat is het concrete verzoek? Citeer in het Grieks.

  παῖδα δ᾿ ἐµοὶ λύσαιτε φίλην r. 20

• 2.1.3 Een botte afwijzing

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Naar wie verwijst τὴν (r.29)?

  Chriseïs

• Wat is het antwoord op het verzoek van Chyses? Citeer het Griekse tekstelement.

  τὴν δ᾿ ἐγὼ οὐ λύσω (r. 29)