Beenweefsel - Bothervorming

3 belangrijke vragen over Beenweefsel - Bothervorming


Na de initiële afzetting worden de botmatrix en de stutten die trabeculair bot vormen, opnieuw gemodelleerd
Bij snelle botgroei tijdens de ontwikkeling van de foetus en de kindertijd worden grote hoeveelheden bot geproduceerd door osteoblastische synthese van botmatrix, die vervolgens wordt gemineraliseerd. Het daaropvolgende patroon van hermodellering wordt bepaald door lokale mechanische spanningen, zodat de botmatrix wordt uitgelijnd om lokale schuif- en drukspanningen te weerstaan.
Door welke combinatie wordt modellering van het bot bekomen?


• Nieuwe botafzetting en mineralisatie door actieve osteoblasten
• Selectieve resorptie van gevormd bot door osteoclasten

Met welke 2 mechanismen wordt bot bij een foetus gevormd?


Bij de foetus kan de vorming van nieuw bot intramembraneus of endochondraal zijn

Bot ontwikkelt zich bij de foetus via twee mechanismen:

• Condensatie uit vellen mesenchymcellen die fungeren als botvormende membranen (intramembraneuze ossificatie)
• Transformatie van eerder afgezet kraakbeen (endochondrale ossificatie).

Wat is het verschil tussen plexiform (primair) en lamellair (secundair) bot?

Plexiform:
- Vezelbeen
- Bij reparatie
- Zeer tijdelijk
- willekeurige organisatie van collageenvezels, ongeordend
- mechanisch zwak
- Niet bij suturen, tandalveolen, peesaanhechtingen
Lamellair:
- Parallele schikking van collageen in lagen (lamellen)
- mechanisch sterk
- Osteocyten tussen of in de lamellen
- Systeem van Havers (osteon)
- Definitief

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo