Samenvatting: Histologie Spijsvertering

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 27 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Histologie spijsvertering

  • 1 Epitheelweefsel

    Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is het apicale domein?

    Zit op een epitheelcel. Is de bovenzijde. Zit oppervlakte specialisatie op (microvilli of cilieen)

    Functie: oppervlakte vergroting van het membraan. 
  • Wat is het verschil tussen microvilli en cilien?

    Cilien:
    • doel is beweging waarnemen of veroorzaken (sensorische zintuigcel zit erin)
    • Er zitten microtubili: deze kunnen van lengte veranderen. Zitten er meerdere in een cilie zodat als de ene korter wordt en de andere langer dan gaat hij naar recht of naar links
    • 5x groter dan microvilli



    Microvilli:
    • doel is oppervlaktevergroting voor de absorptie van stoffen
    • hierin zitten actinefilamenten
    • Plasma membraan wordt daardoor vergroot.
  • Hoe kun je epitheelcellen onderverdelen?

    Op type cel en op hoeveelheid lagen. Daarnaast op de plek/functie waar de epitheelcel zich bevind -> bekleding of klieren
  • Welke twee zijn belangrijk voor het op zn plek houden van de epitheelcellen?

    1. Adhesion belt (adherens junction)
    2. Desmosomen (button desmosomes)
  • Wat voor soort klier is de pancreas?

    Een exocriene klier: geven bijvoorbeeld insuline en glucagon en spijsverteringsenzymen 

    Heeft een afvoergang naar de darm --> contact met de buitenwereld = exoriene klier
  • Noem een voorbeeld van een merocriene excretie. En bedenkt hoe dit verloopt

    Speekselklier
    Neurotransmitters 

    Denk aan exocytose. 
  • Noem een voorbeeld van apocriene secretie, en bedenk hoe dit verloopt.

    Melkafgifte. Een gedeelte van de cel wordt meegegeven.
  • Noem een voorbeeld van holocriene secretie. En hoe verloopt dit? En waardoor kan dit proces blijven bestaan?

    Talg klieren. Het is vaak meerlagig epitheel. Van onder liggen dan de stamcellen en daarboven die dochtercellen die talgroduceren en die produceren zo veel dat die hele cel wordt afgebroken bij de afgifte.
  • 2 Bindweefsel

    Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Onder welk type grondweefsel hoort bloed? En waarom?

    Tussen de cellen zit veel andere materiaal (extra cellulaire matrix). Bij bloed is dit plasma.
  • Hoe heet het embryonale voorstadium van bindweefsel?

    Mesenchym 
LET OP!!! Er zijn slechts 27 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart