Startpagina / Samenvattingen / Hoofdlijnen Nederlands burgelijk procesrecht / zaken-voeging-partijen

Incidenten - Verwijzing en voeging van zaken - Voeging

4 belangrijke vragen over Incidenten - Verwijzing en voeging van zaken - Voeging

Wanneer kan voeging of samenvoeging van zaken worden gevorderd?

Als voor dezelfde rechter tussen dezelfde partijen en over hetzelfde onderwerp tegelijk zaken aanhangig zijn of voor dezelfde rechter verknochte zaken aanhangig zijn, art. 222 Rv. Ook hier kan de grond v.d. incidentele vordering dus aanhangigheid of verknochtheid zijn, waarvan de laatste de belangrijkste is. Voor verknochtheid wordt niet de eis gesteld dat de gedingen tussen dezelfde partijen aanhangig zijn.

Wat is het verschil tussen voeging van zaken en voeging van een derde aan de zijde van een der partijen in een geding?

De voeging van zaken is een maatregel van orde, die geen invloed heeft op iemands rechten. Voeging van zaken ontneemt aan de samengevoegde vorderingen hun zelfstandigheid niet. Voeging wegens verknochtheid van tussen verschillende partijen aanhangige zaken heeft niet tot gevolg dat degene die partij in een van beide zaken is, partij wordt in andere zaak.

Wat is het doel van verwijzing en voeging?

Te voorkomen dat er in gelijke of verknochte zaken tegenstrijdige uitspraken zouden worden gewezen. Gelijktijdige behandeling biedt verder processuele voordelen, bijv. bij bewijslevering.

Wanneer kan verknochtheid worden aangenomen?

Zodra de doelmatigheid is gediend met gezamenlijke behandeling en berechting v.d. zaken. Dit is o.a. het geval als door voeging tegenstrijdige beslissingen kunnen worden voorkomen of de bewijslevering kan worden vereenvoudigd.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Hoofdlijnen Nederlands burgelijk procesrecht | 9789079564699 | W H Heemskerk

Bekijk samenvatting