Samenvatting: Hoofdlijnen Ruimtelijk Bestuursrecht | 9789013112511

Samenvatting: Hoofdlijnen Ruimtelijk Bestuursrecht | 9789013112511 Afbeelding van boekomslag
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 26 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Hoofdlijnen ruimtelijk bestuursrecht | 9789013112511

  • 1 1 Algemene inleiding

  • 1.1 Ruimtelijk bestuursrecht en het recht van de ruimtelijke ordening

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat rekenen we tot HET RECHT van de ruimtelijke ordening?

    Het recht dat de overheid het juridische kader en instrumentarium biedt voor het beleid inzake de ruimtelijke ordening als mede de regels omtrent het gebruik van die instrumenten
  • Waar vinden we de regels aangaande het gebruik van bijv. Een stuk grond.

    Het bestemmingsplan.
  • Welke 10 wetten maken deel uit van het ruimtelijk bestuursrecht? (hint: "bestuursrecht")

    1. Wro;
    2. Bro;
    3. Grote delen van de Wabo;
    4. Delen van de Woningwet;
    5. Een deel van de onteigeningswet;
    6. Tracéwet;
    7. Delen van de Wet Natuurbescherming;
    8. De Erfgoedwet;
    9. De ontgrondingswet;
    10. Delen van de milieuwetgeving.
  • 1.2 Karakteristieken van het ruimtelijk bestuursrecht

  • Leg de begrippen sector- en facetplanning uit?

    Sectorplanning: De onderdelen van overheidszorg zoals vervoer, volkshuisvesting, industriebeleid, natuurbehoud, landbouw en gevangeniswezen.

    Facetplanning: Het beleid van de ruimtelijke ordening.
  • Wat bedoeld De Haan met de 'trits bestemming'? (tip: geef eerst de gedachte weer en noem dan de 3 fasen)

    De gedachte dat het planologisch proces in 3 fasen vallen te onderscheiden en dat het recht daarop moet aansluiten door via wetgeving instrumenten te bieden voor elk van deze drie fasen.

    3 fasen zijn: bestemmen, inrichten en beheren
  • 1.3.1 Grondwettelijke bepalingen

  • Welke bepaling in de Grondwet is voor de ruimtelijke ordening het meest van belang? (tip: pak de Grondwet er fysiek bij en lees hardop voor)

    Art. 21 Gw.
  • 1. Stel je krijgt een casus over onteigening in combinatie met schadevergoeding. Welke 2 artikelen uit de Grondwet zijn van toepassing? (Geen lid, geen punten!)2. Vervolg: De bepalingen van de Grondwet worden uitgewerkt in de wetgeving. Noem de bepaling die betrekking heeft op schadevergoeding.

    1. Art. 14 lid 1 Gw en art. 14 lid 3 Gw.
    2. Art. 6.1 e.v. Wro.
  • 1.3.2 Toelatingsplanologie via wettelijke verboden

  • Wat wordt er bedoeld met de term 'toelatingsplanologie'?

    Bestemmingsplannen bevatten verboden, geen geboden. Een bestemmingsplan kan de eigenaar of grondgebruiker niet verplichten om de aangewezen bestemming daadwerkelijk te realiseren. Pas indien de grondgebruiker iets nieuws wil bouwen of het bestaand gebruik veranderen wil, krijgt hij met de beperkingen (en soms de verplichtingen) van het bestemmingsplan te maken.
  • 1.3.3 Spanningsveld tussen rechtszekerheid en flexibiliteit

  • 1. Lees de titel van de paragraaf. Wat wordt hier precies mee bedoelt? 2. Hoe proberen ze dit in de praktijk op te lossen? (2 manieren)

    1. Bestemmingsplannen moeten zekerheid bieden aan de burgers, maar moeten enigszins flexibel blijven om bruikbaar te blijven voor de ruimtelijke ontwikkeling aangezien de relevante ruimtelijke ontwikkelingen snel gaan.
    2.  Manier 1: De bestemmingsplanwetgever neemt in een plan globale bestemmingen op en regelt alleen datgene wat strikt noodzakelijk is.
         Manier 2: Het aanbrengen van 'flexibiliteitsconstructies' die tussentijdse afwijkingen en wijzigingen toelaten.
  • 1.3.4 Spanningsveld tussen decentralisatie en centralisatie

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3.4
    Laat hier meer flashcards zien

  • Op grond van welke 2 bepalingen heeft de wetgever aanwijzigingsbevoegdheden jegens de gemeente voor Rijk en provincies geïntroduceerd en uitgebouwd?

    Art. 4.4 en art. 4.2 Wro.
LET OP!!! Er zijn slechts 26 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Hoofdlijnen Ruimtelijk Bestuursrecht