Samenvatting: Hoofdstuk 8

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 33 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Hoofdstuk 8

  • 1 Hoofdstuk 8

    Dit is een preview. Er zijn 23 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Noem de drie product niveaus

    in het midden: kernproduct (core product)
    daar omheen: tastbaar product
    en in de buitenste rand: uitgebreid product.
  • Wat is een kern product?

    De oplossing of een verzameling kern benefits die de klant verwerft wanneer hij het product aankoopt. Het product wordt beschouwd in termen van functies voor de afnemer: het product als vervuller van een specifieke behoefte van de afnemer.
  • Wat zijn een niet duurzaam producten?

    consumentenproducten die normaal gesproken een (relatief) korte levensduur hebben en normaal gesproken een of enkele malen worden gebruikt.
  • Wat zijn duurzame producten?

    Consumentenproducten die normaal gesproken over een langere periode en/of keer op keer worden gebruikt.
  • Wat zijn convenience products? (convenience goods)

    Consumentenproducten waarvoor de consument zeer weinig koopinspanning wenst te verrichten. Veelal gaat het om frequent en routinematig aangekochte producten. De consument koopt ze vaak, direct en zonder veel vergelijking en koopinspanning.
  • Wat zijn speciality products?

    Consumentenproducten met unieke kenmerken of een speciale merkidentiteit waarvoor een aanzienlijke groep klanten een bijzondere koopinspanning overheeft.
  • Geef de definitie van industriële producten:

    Dit zijn producten die worden gekocht door personen of organisaties voor verdere verwerking of gebruik in een bedrijf of instelling.

    voorbeeld:
    een grasmaaier die wordt gekocht om te gebruiken in eigen tuin is een consumenten product, een grasmaaier die gekocht wordt door een hovenier is een industrieel product.
  • Noem de drie groepen binnen de industriële producten:

    1. Materialen en onderdelen:
        Industriële producten die volledig in het product opgaan, zoals grondstoffen en gefabriceerde materialen en onderdelen.
    2. Kapitaalgoederen (duurzame productie middelen:
        Goederen die worden aangewend in productiehuishouding, waarbij het zelfde goed gedurende diverse productieprocessen kan worden gebruikt (bijvoorbeeld machines). Zij helpen bij de productie of het uitvoeren van werkzaamheden voor de klanten.
    3. Hulpmaterialen en ondersteunende diensten:
        Industriële producten die niet in het eindproduct opgaan.
  • Wat is productondersteunende dienstverlening? (service)

    Dienstverlening met betrekking tot een bepaald product waarbij de nadruk ligt op de voor en na zorg, inclusief controle, onderhoud en reparatie.
  • Wat is uittrekken van de productgroep?

    de productgroep buiten het huidige bereik uitbreiden.
    hierin heb je neerwaartse uittrekking, opwaartse uittrekking en het opvullen van de productgroep
LET OP!!! Er zijn slechts 33 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart