Onrechtmatige daad - Wanneer is een daad onrechtmatig?

16 belangrijke vragen over Onrechtmatige daad - Wanneer is een daad onrechtmatig?

Wanneer is er sprake van het criterium inbreuk op het recht?

  • Recht: schending van subjectieve rechten: persoonlijkheidsrechten (leven, vrijheid) en absolute rechten (eigendom, auteursrecht) GEEN vorderingsrechten
  • Er is sprake van inbreuk wanneer:
    • Een handeling wordt verricht waartoe een ander bij uitsluiting bevoegd is (inbreuk exclusieve karakter van het subjectieve recht)
    • Men stoort rechthebbende in diens beschikkingsrecht, recht om over je eigendom te beschikken
    • Men stoort rechthebbende in diens gebruiksrechten
      • Zaakbeschadiging
      • Hinder, handeling waardoor gebruik zaak wordt verminderd zonder beschadiging

Over welk soort recht hebben we het als we het hebben over "inbreuk op een recht" (criterium 1. Onrechtmatige Daad)?

Over de subjectieve rechten:
  • Persoonlijkheidsrechten: recht op leven, vrijheid, eer, privacy etc.
  • Absolute rechten: eigendom, beperkte rechten, octrooi etc.

Wanneer is iets in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt?

  • Regels die verbieden een ander bloot te stellen aan gevaren waarop deze niet bedacht hoeft te zijn "gevaarzetting" (kelderluik arrest):
    • Mate van waarschijnlijkheid waarmee de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid kan worden verwacht
    • De hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan
    • De ernst die de gevolgen daarvan kunnen hebben
    • De mate van bezwaarlijkheid van de te nemen veiligheidsmaatregelen
  • Regels die verbieden bij de behartiging van eigen belangen de belangen van anderen in ernstige mate te schaden
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke twee groepen heeft de HR bepaald voor de betamelijkheidsregels (Art. 6:162, lid 2 BW)- ongeschreven recht; in het maatschappelijk verkeer betaamt?

  1. Regels die verbieden een ander bloot te stellen aan gevaren waarop deze niet bedacht hoeft te zijn- Kelderluik arrest.
  2. Regels die verbieden, bij de behartiging van eigen belangen, de belangen van anderen in ernstige mate te schaden. Pos/ Van den Bosch arrest.

Wanneer is er sprake van inbreuk bij "inbreuk op een recht" (criterium 1. Onrechtmatige Daad)?

  1. Inbreuk op het exclusieve karakter van het subjectieve recht: een handeling waartoe een ander bij uitsluiting bevoegd is.
  2. Inbreuk op een beschikkingsrecht (eigendomsrecht) of gebruiksrecht.

Op welke twee soorten gebruiksrechten doelt men, bij "inbreuk op een recht"?

  1. Zaakbeschadiging: beschadiging voorwerp.
  2. Hinder: rumoer, stank, rook etc.

Wat wordt bedoelt met het derde criterium voor onrechtmatigheid: "strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt"?

  • Ongeschreven rechtsregels.
  • Betreft betamelijkheidsregels.
  • Door de rechter geformuleerd: regels afkomstig uit de jurisprudentie en niet uit de wet.

Wat zijn de twee groepen betamelijkheidsregels (m.b.t. Onrechtmatigheid), afkomstig uit de jurisprudentie?

  1. Regels die verbieden een ander bloot te stellen aan gevaren waarop deze niet bedacht hoeft te zijn.
  2. Regels die verbieden de belangen van anderen ernstig te schaden.

Wat zijn de vier afwegingen, opgesteld door de Hoge Raad in het Kelderluik-arrest, die we kunnen gebruiken bij het beoordelen van maatschappelijke betamelijkheid (criterium 3. onrechtmatigheid)?

  1. Kans op onoplettendheid.
  2. Kans op ongevallen daardoor.
  3. Ernst v/d gevolgen.
  4. Bezwaarlijkheid veiligheidsmaatregelen.

Is bij een gegrond beroep op een rechtvaardigingsgrond nog sprake van aansprakelijkheid voor onrechtmatige daad en wat zijn de rechtvaardigingsgronden?

Slaagt de dader in beroep op de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond dan vervalt bij gebreke van een essentieel element (onrechtmatigheid), zijn aansprakelijkheid.
  • Overmacht als noodtoestand; plichten conflict
  • Noodweer, noodzakelijke verdediging van lijf, eerbaarheid of goed tegen ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding
  • Wettelijk voorschrift, niet onrechtmatig is een handeling ter uitvoering van wettelijk voorschrift
  • Bevoegd ambtelijk bevel, niet onrechtmatig is een handeling ter uitvoering van bevoegd ambtelijk bevel
  • Toestemming van benadeelde, niet onrechtmatig is handeling die is uitgevoerd met toestemming van de benadeelde

Welke rechtvaardigingsgronden kunnen van toepassing zijn om onrechtmatigheid uit te sluiten?


De rechtvaardigingsgronden uit het Strafrecht zoals:
  • Overmacht
  • Noodweer
  • Wettelijk voorschrift
  • Ambtelijk bevel
  • + Toestemming benadeelde
Daarnaast rechtvaardigingsgronden uit de rechtspraak/jurisprudentie.

Wat is het relatieve en absolute karakter van onrechtmatigheid?

  • Absoluut, de onrechtmatige daad is steeds onrechtmatig jegens eenieder, ieder die als gevolg van de daad schade lijdt kan de ander daarvoor aansprakelijk stellen
  • Relatief, de aansprakelijkheid jegens de benadeelde bestaat wanneer komt vast te staan dat de gedraging jegens hem ook onrechtmatig is. Dit vinden we in de relativiteitseis van art 6;163. Wanneer strekt de geschonden norm tot bescherming tegen de schade zoals de benadeelde die heeft geleden?

Omschrijf de relativiteitseis (art. 6:163 BW)

Deze eis houdt in dat de geschonden norm de strekking moet hebben tegen de schade zoals de benadeelde deze heeft geleden. Tandarts arrest.

Wanneer is sprake van onrechtmatigheid in absolute zin (jegens eenieder), en wanneer onrechtmatigheid in relatieve zin (jegens hem)?


Dat is afhankelijk van de onrechtmatigheidsvormen:
  • Inbreuk op recht.
  • Strijd met wettelijke plicht.
  • Strijd met maatschappelijke betamelijkheid.

Wat zijn de drie vragen die van belang zijn bij de relativiteitseis van "strijd met een wettelijke plicht" (criterium 3 onrechtmatigheid)?

  1. Behoort de eiser tot de kring van personen die door de norm wordt beschermd? (MacDonald-arrest)
  2. Valt de soort schade die is geleden binnen de bescherming van de overtreden norm? (Onteigenings-arrest)
  3. Valt de wijze waarop de schade is ontstaan binnen de bescherming van de overtreden norm?

Wat is de correctie Langmeijer?

Wetschending ongeacht de strekking van de overtreden norm kan van belang zijn voor het oordeel over de vraag of dan niet is gehandeld in strijd met de maatschappelijke betamelijkheid.
  • Dat de wetschending de dader niet aansprakelijk stelt voor de schade wil niet zeggen dat de wetschending niet kan bijdragen aan het bewijzen van schending van maatschappelijke betamelijkheid

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo