Samenvatting: Hoorcollege 1 Introductie Id

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Hoorcollege 1 Introductie ID

• 1 Hoorcollege 1

  Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Waar gaan theories of learning over?

  Beschrijvende theorieën over leren, leerprocessen, expertise ontwikkeling (hc2, hc3). Denk hierbij aan onderwijspsychologie, artikel Merill. Theories of learning zijn de basis waarop theories of instruction ontstaan.

• Waar gaan theories of instruction over?

  Voorschrijvende theorieën over inrichting en vormgeving onderwijs en instructie. Dit gaat bijvoorbeeld over cognitive load (hc5), adaptief onderwijs (hc6); en onderwijs & ICT (hc8).

• Waar gaan theories of assessment and evaluation over?

  Dit gaat natuurlijk over assessment en evaluatie methodes (hc4, hc7). Denk hierbij aan het vak A&E.

• Wat is een valkuil van het ID gedachte goed?

  Dat er steeds gedacht wordt vanuit het middel (bijv. boeken) ipv vanuit het onderwijs of vanuit de leerling. Als je vanuit de leerling denkt, is dan bijvoorbeeld wel nieuwe technologie nodig?

• Wanneer is men ID en onderwijstheorieën gaan koppelen aan elkaar?

  Sinds de jaren '50, toen ontstonden micro modellen. In de jaren '60 en '70 kwamen ook meso en macro modellen, deze vergden meer systematiek en daar was meer kennis en ervaring met ID voor nodig.

• Wat zijn kenmerken van instructional design theory (IDT) t.o.v. een leertheorie? (4)

  1. Is prescriptief (beschrijven) ipv descriptief (voorschrijven), doelgericht
  2. beschrijft instructiemethoden en situaties waarin deze gebruikt worden, rekening houden met: condities (leerstof, leerling, etc.); en gewenste uitkomsten > Let op! niet elke IDT past in elke situatie!
  3. deze methoden vallen uiteen in meer gedetailleerde componenten
  4. probabilistisch > doel is een situatie te scheppen waarin de kans zo groot mogelijk is de uitkomsten te bereiken, maar dat hoeft niet! Geen enkel model werkt voor iedereen!!

• Hoe verhoudt een IDT zich tot een LT?

  Na een LT heb je nog een vertaalslag nodig, dit noem je een IDT.

• Welke assumpties uit de first principles uit Merill (2002) herken je uit andere ontwerpmodellen?

  Voorkennis activeren
  Eerst zelf toepassen voordat je iets echt kan
  Verbinden met bestaande kennis, integreren
  Hier nog over nadenken!!
  Cognitive apprenticeship (collins et al., 1989) > authentieke problemen oplossen

• Noem van elk niveau (klas, product, systeem) een voorbeeld van een model:

  Klas: Nine events van instruction (Gagné)
  Product: 4C/ID model
  Systeem: ADDIE model

• Wat is het probleem met veel ID-modellen?

  Veel modellen zien het ontwerpproces als homogeen rationeel proces, maar instructie is niet voor iedereen gelijk. Verder zien veel modellen het ontwerpproces als iets lineairs, terwijl in de praktijk je vaak de stappen door elkaar heen doorloopt. Het is een versimpeling van de werkelijkheid, vaak veel complexer in de praktijk, waarbij je het model naar je hand moet zetten.