Besturen en bestuursmodellen

15 belangrijke vragen over Besturen en bestuursmodellen

Bestuur en besturen: wat zijn de bevoegdheden, verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid?

Boek 2 BW kent bepalingen van dwingend recht en regelend recht. Verenigingen en Stichtingen hebben wettelijk een bestuur.Deze bestaat uit een bestuurder's die belast is met de inhoudelijke taak van het bestuur (art. 2:44 BW) Vereniging, (art. 2:291 BW) Stichting. Het bestuur kan uit 1 of meerdere bestaan. Bij meerderen wordt het als een collegiale taak gezien /beslissingen bij meerderheid van stemmen.Dit betekend ook gezamenlijke verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid.

Hoe ziet het besturen en de bestuursbevoegdheid in elkaar?

Besturen houdt in dat het bestuur alles moet doen om de vereniging/stichting te laten functioneren. Dit dmv leiding geven en het uitvoeren van het beleid. (art. 2:44 BW, Vereniging/2:291 lid 3 BW)Stichting.
Er is 1 wettelijke beperking voor bestuur van vereniging/stichting:
het kopen/verkopen of bezwaren van registergoederen of het sluiten van overeenkomsten waarbij de vereniging/stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt. Tenzij in de statuten opgenomen.

Bestuurder binnen een vereniging/stichting?

Hij/zij heeft een organisatierechtelijke betrekking, kan mensen benoemen en ontslaan volgens het interne recht. Tevens heeft hij/zij een eventueel een contractuele betrekking = arbeidsrecht.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Bestuurlijke bevoegdheden/verplichtingen op het terrein van de administratie en de financiën?

Besturen van commerciële en niet-commerciële verenigingen en stichtingen hebben een boekhoud-balans en bewaarplicht (art. 2:10 BW) De verantwoordelijkheid van de administratieve en financiële verplichtingen ligt exclusief bij het bestuur. Jaarstukken zijn ook de verantwoordelijkheid van het bestuur.

Bestuursbevoegdheid bij Vereniging/Stichting

  • Bestuur is behoudens beperkingen volgens statuten belast met het besturen van de stichting of de vereniging
  • één wettelijke beperking: art.2:44/291 lid 2 BW. Dit gaat over de bescherming van het vermogen van de Stichting/vereniging.

.

Tegenstrijdig belang bij Verenigingen?

  • In alle gevallen bij een tegenstrijdig belang met 1 of meerdere bestuurders of commissarissen kan de ALV een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.
  • Voorbeelden van tegenstrijdige belangen zijn:
  • transacties tussen bestuurders prive en de rechtspersoon,
  • transacties van de rechtspersoon met een derde, waarbij een bestuurder een persoonlijk of zakelijk belang heeft.
  • Ook mag er geen prive aanwending van goederen van de rechtspersoon zijn.
  • Bij stichtingen zijn geen wettelijke bepalingen over vertegenwoordiging bij tegenstrijdig belang in Boek 2 BW. Hiervoor kan een regeling in de statuten worden opgenomen.

Als er sprake is van tegenstrijdig Belang volgens Wetsvoorstel Bestuur en Toezicht 2016 (1)=besluitvormingsregel

  • Art. 2:44/291 lid 4 (Wv):
  • Bestuurder met tegenstrijdig Belang neemt niet deel aan beraadslaging en besluitvorming.
  • Wanneer daardoor geen besluit kan worden genomen, wordt dit gedaan door een toezichthoudend orgaan.

Tegenstrijdig belang volgens Wetsvoorstel Bestuur en Toezicht 2016 (2) ?

  • Stichting: Bij het ontbreken van een toezichthoudend orgaan worden overwegingen t.a.v. Besluit schriftelijk vastgelegd, tenzij statutair anders bepaald. (art. 2:291 lid 4 Wv)
  • Vereniging: Bij ontbreken van toezichthoudend orgaan neemt de algemene vergadering het besluit, tenzij wet of statuten anders bepalen (art. 2:44 Lid 4 Wv)
  • De vertegenwoordigingsbevoegdheid van bestuur en bestuurders bij tegenstrijdig belang is niet beperkt.

Inlichtingen/verantwoording (rpr)

  • Vereniging moet rekening en verantwoording geven aan de ALV en eventueel aan de RvC/ RvT.
  • stichting: = intern : door eigen bestuur// RvC /RvT
  • extern: openbaar ministerie (art. 2:297 lid 1 BW)

Aansprakelijkheid van bestuurder tegenover wederpartij van de vereniging/stichting?

  • Een bestuurder, die de rechtspersoon vertegenwoordigt, kan aansprakelijk zijn tegenover de wederpartij, naast de rechtspersoon (onrechtmatige daad, art.6:162 BW)
  • Ook hier geldt als maatstaf: ernstig verwijt.
  • Voorbeelden uit de rechtspraak:
  • bij aangaan overeenkomst weten dat de rechtspersoon de verplichting niet kan nakomen.
  • bestuurder die niet zelf heeft gehandeld maar heeft toegelaten dat de rechtspersoon zijn verplichtingen niet na komt bv: betalingsonwil i.p.v. Betalingsonmacht.

Faillissementsaansprakelijkheid art. 2:138 BW

  • Art. 2:138 BW betreft de aansprakelijkheid van bestuurders van vennootschappen. Deze is ook van toepassing in geval van :
  • Een faillissement van een vereniging of stichting die aan de heffing van vennootschapsbelasting  (Vpb) is onderworpen.
  • Wv 2016: art. 2:138 BW van toepassing op alle verenigingen en stichtingen.

Collectieve bestuursverantwoordelijkheid, art. 2:138 lid 1

  • Iedere bestuurder is hoofdelijk aansprakelijk voor 'tekort' bij vereffening, indien er sprake is van :
  • kennelijk onbehoorlijke taakvervulling (verwijtbaarheid: 'geen redelijk denkend bestuurder') EN
  • aannemelijk is dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement.

Vermoeden van kennelijk onbehoorlijk bestuur?

  • Als de rechtspersoon failliet is en blijkt dat niet is voldaan aan de boekhoud en of de publicatieplicht dan geldt::
  • onweerlegbaar= het vermoeden dat er sprake is van onbehoorlijke taakvervulling en
  • weerlegbaar=het vermoeden dat dit onbehoorlijk bestuur een belangrijke oorzaak is van faillissement.
  • Wv 2016: wettelijke vermoedens gelden alleen voor commerciele verenigingen/stichtingen of verenigingen/stichtingen die bij of krachtens de wet verplicht zijn  een financiele verantwoording op te stellen die gelijk is aan de jaarrekening als bedoelt in titel 9 BW.

3. Algemeen/dagelijks bestuur.

  • Hier is de bestuurstaak verdeeld over professionele bestuurders die belast zijn met de dagelijkse leiding, de uitvoerende taken van het bestuur en bestuurders die zich meer bezig houden met een toezichthoudende taak.
  • Verdeling van bestuurstaken over dagelijks bestuur (uitvoerende bestuurders) (rechtspersonenrechtelijke relatie en arbeidsovk) en algemeen bestuur (niet uitvoerende bestuurders).
  • Deze laatste besturen algemene gang van zaken waaronder ook het houden van toezicht op taakuitoefening bestuurders.
  • Afhankelijk van de taakverdeling tussen het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur kan een dergelijk bestuursmodel worden uitgelegd als een one tier board (art. 2:129a/239 BW).

Raad van Toezicht model?

  • Bestuur: bestuur in zin van de wet;
  • beleidsbepaling en dagelijkse leiding;
  • rechtspersonenrechtelijke relatie (Rpr) en arbeidsovereenkomst.

  • Raad van Toezicht (commissarissen):
  • Adviserende en toezichthoudende taak;
  • invloed op de benoeming bestuurders,
  • statutaire goedkeuringsbevoegdheden (art. 47/292a Wv; uitsluitend nat. Personen)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo