Pathofysiologie van secundaire hemostase

6 belangrijke vragen over Pathofysiologie van secundaire hemostase

Waar is vit K nodig voor?

De factoren kunnen in afwezigheid van Ca2+ binden aan het negatief geladen fosfolipidenoppervlak van van een geactiveerd bloedplaatjes.

Wat houden hemofilie A en B in en wat houden ze in?

A: VIII deficientie: 5000-10.000 mannelijke geboortes.
B: IX deficientie: 20.000-35.000 mannelijke geboortes.
X-linked recessief.

Hoe erft f11 deficientie over?

Autosomaal recessief
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat doet antitrombine/heparine?

Remt 2,10,9,11.
Deze Heparines helpen bij deze remmers
Antitrombine voorkomt de spreiding van geactiveerde stollings-enzymen.

Welke 2 routes kunnen worden onderscheidden in plasminevorming?

tPA- afhankelijk: Wordt door endotheelcellen geproduceerd. --> werkt alleen als tPA is gebonden aan firbine. 
uPA afhankelijk of pro-urokinase: Wordt geproduceerd door endotheelcellen, macrofagen en epitheelcellen.  Het wordt door plasmine geactiveerd. Deze reactie verloopt goed in af en aanwezigheid van fibrine.

Wat remt de fibrinolyse?

Plasminogen activator inhibitor 1 (PAI-1)
• geproduceerd door o.a. endotheel, bloedplaatje, monocyt
• gestabiliseerd door vitronectine
• remt tPA en uPA zeer efficiënt
alfa2-antiplasmine (alfa-2AP)
• geproduceerd door de lever
• snelle en efficiënte remmer van plasmine
• beperkt diffusie van plasmine naar het bloed

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo