Celmembraan - Homeostase
10 belangrijke vragen over Celmembraan - Homeostase
Het interne milieu (4e vitale functie) regelt de samenstelling van onze lichaamsvloeistoffen.
Benoem 4 van deze processen.
- Vocht met opgeloste voeding/afvalstoffen.
(water, zouten, koolhydraten en eiwitten). - PH zuurgraad in ons lichaam.
- Osmotische waarde/verhouding
- Elektrolyten balans
(Zouten en ionen).
Hoeveel % water gaan er naar je hersenen en spieren en hoeveel % vet hoor je in je lichaam te hebben.
- Hersenen 90%
Spieren 80%
Mannen hebben meer spieren. - Vet 15%
Vrouwen hebben meer vet.
Sidenote
Baby's hebben meer vocht dan oudjes.
Wat zijn de 8 regelsystemen van het lichaam?
- PH zuur-base evenwicht.
- Glucose concentratie.
- Osmolariteit
- Lichaams temp
- Bloeddruk
- Longen O2 - CO2
- Darmen -> voedingstoffen
- Nieren/lever -> afvalstoffen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke 2 orgaanstelsels zorgen voor de positieve en negatieve feedback?
Welke 2 stofjes zorgen ervoor dat ons bloed een pH van 7,4 houdt? Welke is heel zuur en welke basisch
- CO2 vooral te vinden in de longen en is heel zuur.
- Bicarbonaat is meer basisch en te vinden in de nieren.
Samen zorgen ze voor een juist zuur - base evenwicht van ons bloed.
Bij acidose is er teveel CO2 aanwezig en is het bloed te zuur leg uit wat 2 oorzaken hiervan kunnen zijn
Stofwisselingsproblemen (metabool) waarbij bijv. Teveel ketonen aanwezig zijn en het bloed verzuurt.
Hoe compenseert je lichaam de acidose? Noem 2 manieren bij respiratoire en metabole acidose.
- Respiratoire
Sneller en dieper ademhalen. - Metabole
Je nieren gaan meer bicarbonaat aanmaken.
Wat kunnen de oorzaken van alkalose zijn waarbij je bloed te basisch is? Noem er 2
- Respiratoir
Te snelle ademhaling
(Je ademt alle CO2 uit). - Metabole
Langdurig braken, plaspillen, overmatig zweten.
Hoe kan je lichaam alkalose compenseren noem 2 mogelijkheden.
- Respiratoir
Onbewust minder snel ademhalen
(Zo verlies je minder snel CO2). - Metabole
Nieren die de zuren stoffen even wat minder uitscheiden en de bicarbonaat wat meer.
Je bloed moet een pH waarde hebben tussen de 7,35 en 7,45. Bij welke meetgraad spreek je van acidose of alkalose.
- Acidose (teveel H+).
Te zuur hierbij is de pH onder de 7,35.
- Alkalose (teveel OH-)
Te basisch hierbij is de pH boven de 7,45.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden