Inflammatoire myositis

6 belangrijke vragen over Inflammatoire myositis

Wat is inflammaoire myopathie?

-  Heterogene ziekten gekenmerkt door spierzwakte en myositis;
-  Er zijn criteria opgesteld in 1975:
  • Symmetrische proximale spierzwakte (schouder- en bekkenregio, bij biopten aanwijzing voor inflammatoire yosisits);
  • Verhoogde spierenzymen;
  • Karakteristieke huidafwijkingen;
  • Karakteristiek elektromyogram;
-  In de nieuwe classificatie worden naast klinische verschijnselen ook specifieke antistoffen meegnomen;
-  EMG normaal in 11%;
-  CK zeer variabel verhoogd

Welke klachten kan inflammatoire myositis geven?

• Proximale spierzwakte 90%
- bovenarmen/bovenbenen/nek 86/92/47%
• Slikklachten (betrokkenheid bulbaire spieren) 10%
• pijnlijke Huidafwijkingen 25%
• Raynaud 25%
• Artralgie/artritis
• Interstitiële longziekte: dyspnoe (droge hoest)
• myocarditis
• Maligniteit (mn bij dermatomyositis)
• Overlap met andere autoimmuunziekten

Welke huidmanifestaties zijn er mogelijk bij dermatomyositis?

= Gottron’s sign/papules: extensoren (rode vlekken op strekzijde van pezen, ellebogen, MCP gewrichten);
- Heliotrope rash: ooglid, opvallende rode rash rondom ogen;
- Rode huid in V-teken op de borst;
- Op vallende rode huid, vaak ook hoofdhuid;
- Nagelriem afwijkingen;
- Mechanic’s hands (werkers handen);
- Psoriatische schedelafwijkingen.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat bepaalt voornamelijk de prognose bij myositis?

- Interstitial lung disease
-  X-thorax: pas laat afwijkingen, daarom het liefst zo snel mogelij keen HR-CT;
-  Vroege diagnose ILD: longfunctie met DLCO (diffusiecapaciteit CO), meestal restrictief;
-  BAL: CD8+ lymfocyten gunstige, eo’s/neutro’s fibrose met slechtere prognose;
-  Longbiopt: mate fibrose BOOP, NSIP, CIP, UIP; cavebasale velden transbronchiaal;
-  HRCT matglas en honeycomb;

Hoe behandel je in het geval van myositis en ILD?

- Hoge dosis steroïen (graad 1b) en imuran (graad 2c);
- Bij ernstig ILD of progressie: cyclofosfamide of tacrolimus (graad 2c);
- Verder achteruitgang longfunctie: ritxuimab of IVIG (graad 2c).

Welk autoimmuunserologie voer je uit bij myositis?

• ANA met specificatie (lineblot/ENA)
• Antisynthetase-antistoffen:
  • Anti-JO1 (zit in lineblot),  associatie met ILD
• Myositis-specifieke anti-stoffen:
  • Anti-Mi2: m.n. huid, laag risico maligniteit, goede respons op therapie
  • Anti-MDA5: amyopathisch, progressief ILD, ernstige huid, slechte respons/prognose
  • Anti-TIF: sterke associatie met maligniteit, geen artritis
  • Anti- HMG-CR: necrotiserende myopathie geassocieerd met statine-gebruik  

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo