Startpagina / Samenvattingen / Class notes - IESR - 2 / toepassing-artikel-nederland

Territorialiteitsbeginsel

6 belangrijke vragen over Territorialiteitsbeginsel

Drie benaderingen scheppen rechtsmacht (Sliedrecht)

1. Staat is volkomen vrij in het van toepassing verklaren van zijn strafrecht. Wordt nagenoeg niet meer aangehangen.
2. De staat heeft de vrijheid om zijn jurisdictiebeginselen naar eigen goeddunken te formuleren met als uiterste grens aan deze vrijheid een volkenrechtelijke verbodsnorm. Deze verbodsnormen hebben vooral betrekking op in het buitenland begane strafbare feiten.
3. Omgekeerde: een staat mag zijn strafrecht slechts uitstrekken over in het buitenland gepleegde feiten indien het volkenrecht daartoe machtigt.

De tweede wordt bevestigd in het arrest Lotus. Staten zijn vrij in het vestigen van rechtsmacht totdat zij op een volkenrechtelijke verbodsregel stuiten.

Internationaal gewoonterecht - nationale wetgeving - inmenginsverbod (sliedrecht)

Internationaal gewoonterecht kan niet meebrengen dat nationale wetgeving buiten toepassing blijft. Een individu kan zich niet beroepen op het volkenrechtelijke inmengingsverbod, art. 2 lid 7 Handvest van de VN, omdat dit zich tot staten richt.

Inmengingsverbod: dat staten zich niet mogen mengen in de binnenlandse aangelegenheden van een andere staat.

Strafmacht ontlenen aan verdrag - Sliedrecht

Dit kan wel. De NL wetgever heeft m.b.t. verdragen inzake overname strafvervolging (primaire rechtshulp) rechtstreekse toepassing erkend!

Verdragen waarin de verplichting wordt opgelegd om te voorzien in strafmacht voor de in het verdrag genoemde feiten, daar kan de wetgever geen strafmacht aan ontlenen! Er wordt in zo'n bepaling de verplichting opgelegd om in de nodige strafmacht te voorzien. Er wordt aan partijen de ruimte gelaten in welke vorm dat is. Zo'n bepaling leent zich niet voor rechtstreekse toepassing, daarbij is tussenkomst van wetgever vereist. \

Arrest Azewijnse paard

De plaats van de lichamelijke gedraging is niet een exclusief criterium. Leer van het instrument was bepalend!!! Casus: iemand stond in Duitsland en trok met een lasso een in NL staand paard over de grens. Instrument was op NL grondgebied werkzaam.

Baybasin rechtsregel kort

De plaats waar een medepleger zijn handelingen verricht geldt mede als locus delicti, en wanneer behalve in, ook buiten Nederland gelegen plaatsen kunnen gelden als locus delicti is de Nederlandse strafwet ook van toepassing ten aanzien van de gedragingen die buiten Nederland zijn begaan.

1. Een Rus wordt verdacht van mensenhandel, strafbaar gesteld in artikel 273f onder 3eSr (zoek dit artikel in uw wetboek op!). Hij heeft landgenotes ‘aangeworven’ in Moskou; een Russische vriend van hem heeft hen naar Nederland gebracht en in Purmerend ‘te werk gesteld’.
Heeft de Nederlandse rechter strafmacht op basis van artikel 2 Sr voor de berechting van het plegen of medeplegen van artikel 273f Sr?

Antwoord: Hier lijkt sprake te zijn van bewuste en nauwe samenwerking en gelet hierop is medeplegen aannemelijk. De vriend heeft uitvoeringshandelingen (medenemen) verricht die zich deels in Nederland hebben afgespeeld. Daarom kan rechtsmacht ook tav de medepleger worden gebaseerd op territorialiteit (artikel 2 Sr), vgl. Baybasin.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

IESR - 2

Bekijk samenvatting