Samenvatting: Immunologie Course 7 2016-2017

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Immunologie course 7 2016-2017

• Les 2

  Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 15/09/2016
  Laat hier meer flashcards zien

• Mucosageassocieerde Lymfoide weefsels

  - Antigeen rechtstreeks via epitheel

• Immunologie les 3

  Dit is een preview. Er zijn 59 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 13/10/2016
  Laat hier meer flashcards zien

• Start lectine route

  - Start met binding aan MBL

• Start terminale route

  - Eind, Start met splitsing C5

• Alternatieve route regulatoren

  - Factor H is de cofactor voor factor I dat C3b afbreekt.
  - FactorH competeert met factor B

• Terminale route Regulering/bescherming

  - C5b67 is instabiel wanneer niet aan membraan
  - CD59 in membraan verhindert binding van C9

• Regulering complement direct /indirect

  - Indirect : Teveel factor H en I - Alle C3 compleet afgebroken zelfde effect als zonder C3.
  - Direct : Ernstige terugkerende bacteriele infecties

• Functies van het complement systeem

  1. Membrane attack route - Lysis
  2. Macrofagen en neutrofielen - Chemotaxis
  3. Mestcekken hebben C3aR en C5 aR die zorgen voor histamine release
  4. C3b bindt bacterien, macrofaag heeft CR1
  5. C3b binding voorkomt vormen grote aggregaten, bind aan Cr1 op ery's daardoor uit plasma.
  6. Rol bij het ''primen'' van B cellen

• Primen van B celen

  - Belangrijk voor de activatie van B cellen
  - C3d (afbraak product van c3b)

• Kort levende en lang levende fagocyten

  Kort : Neutrofielen
  Lang : - Macrofagen in de weefsels
  - Dendritische cellen in de weefsels
  - Monocyten in het bloed

• Pamps endocytose receptoren

  - C-type lectine familie : Deze herkennen glucose polymeren
  - Scavenger receptoren : Herkennen polymeren en lypoproteinen
  - TLR : Kunnen schimmels , flaggelines, LPS , endosoom en soorten RNA en DNA herkennen.
  - NOD Like receptoren : Intracellulaire peptidoglycanen
  - Rig -I- like receptoren : Deze herkennen RNA . NOD en RIG zitten in het cytoplasma.