Startpagina / Samenvattingen / Immunologie / antigeen-boostereffect-tweede

Structuur van de immuunglobulinen - Verloop van antistofcurve - Secundair antwoord

3 belangrijke vragen over Structuur van de immuunglobulinen - Verloop van antistofcurve - Secundair antwoord

Wat gebeurt er indien hetzelfde antigeen een tweede maal toegediend wordt?

Dan krijgt men een typisch boostereffect:
·De latentietijd is zeer kort.
·Men krijgt een heel snelle stijging van de antistoftiter.
·De beperkte IgM-productie wordt totaal overschaduwd door snelle IgG-productie.
·De bereikte IgG titer liggen veel hoger dan deze na de eerste stimulatie.
·De titer blijft veel langer op hoog niveau.

Wat is het optimale tijdstip om een boostereffect te bekomen?

Het optimale tijdstip varieert. Een tweede injectie van bijvoorbeeld een entstof wordt best gegeven ongeveer drie tot vijf weken na de eerste inspuiting. Het boostereffect kan echter nog verschillende maanden en jaren na de voorgaande inspuitingen bekomen worden. Hierop steunt het geven van een "rappel" of booster één of meer jaren na de eerste vaccinatie.

Wat bewijst de secundaire respons?

Het secundaire antwoord bewijst dat er na een eerste stimulus in het organisme geheugencellen of "memory cells" overblijven, dit wil zeggen dat een aantal B-lymfocyten nog niet volledig differentieerden tot plasmocyten, maar al geprogrammeerd werden om een bepaald antilichaam te maken. Ze behoren tot de kleine lymfocyten met lange levensduur. Deze cellen zullen bij een hernieuwd contact met hetzelfde antigeen onmiddellijk en massaal prolifereren en antilichamen produceren. Merk op dat deze conditionering specifiek is: ze bestaat alleen voor het antigeen waarmee men al in contact is geweest.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Immunologie

Bekijk samenvatting