Samenvatting: Immunologie | 9789031342631 | onder van G T Rijkers
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Immunologie | 9789031342631 | onder red. van G.T. Rijkers ... [et al.].
-
1 De afweer van de mens
-
1.1 Het immuunsysteem beschermt tegen infecties en tumoren
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
In welke 4 groepen kunnen micro-organismen die ziekte kunnen veroorzaken worden ingedeeld?
- Goede
- Onschuldige
- Slechte
- Extreem schadelijke
-
wat is de primaire taak van het immuunsysteem?
het verdedigen van het lichaam tegen de mogelijke bedreigingen van al deze infectieuze agentia. -
1.2 de intacte huid en slijmvliezen vormen een eerste barriere tegen potentiele binnendringers
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de eerste fysieke/mechanische barrières van het menselijk lichaam die infecties tegenhouden?
- Huid
- Slijmvliezen van luchtwegen, maag-darmstelsel en het urogenitale stelsel
-
Waarom kunnen micro-organismen makkelijker door de slijmvliezen dringen dan door de huid?
De huid bestaat uit meerlagig epitheel waarvan de bovenste laag wordt gevormd door een acellulaire hoornlaag -
1.3 het immuunsysteem bestaat uit twee intensief met elkaar samenwerkende delen: het aangeboren en het verworven immuunsysteem
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer komt het immuunsysteem in actie?
Als het micro-organisme de fysieke, biochemische en biologische barrières heeft doorbroken. -
Wat is er nodig voor de afweer van bacteriën?
- Antilichamen die binden aan de bacterie
- Fagocyten die voor opname en dood zorgen (fagocytose)
- Eiwitten van het complementsysteem. Zij zorgen voor binding aan de bacterie en vergemakkelijken de fagocytose.
Complementeiwitten kunnen de bacterie direct doden.
-
Wat is er nodig voor de afweer van virussen?
- Eiwitfragmenten van het virus die door antigeenpresenterende cellen zichtbaar zijn gemaakt door T-lymfocyten --> start van cellulaire immuunrespons
- cytotoxische T-lymfocyten of NK-cellen (natural killer cellen) die de virusgeinfecteerde cellen doden
-
Wat is er nodig voor de afweer van worminfecties?
- Eosinofiele granulosieten
- Mestcellen
- Eosinofiele granulosieten
-
Noem het verschil tussen de aangeboren en verworven immuunsysteem?
Het aangeboren immuunsysteem is het aspecifieke immuunsysteem die patronen herkent. het verworven immuunsysteem is het specifieke immuunsysteem welke receptoren en of antigenen herkent en onthoud. -
1.4.1 fagocytose is een belangrijk effectorsysteem van het aangeboren immuunsysteem
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.4.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waar berust het herkenningsmechanisme van de aangeboren afweer op?
- Interactie tussen moleculaire patronen op micro-organismen (pathogen associated molecular patterns = PAMP)
- Receptoren voor deze patonen op cellen van het immuunsysteem (pattern recognition receptors = PRR)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Immunologie
-
De afweer van de mens - het aangeboren immuunsysteem ligt altijd klaar om direct in actie te komen - een scala van eiwitten ondersteunt de cellen van het aangeboren immuunsysteem
-
De afweer van de mens - lymfocyten zijn de cellen van het verworven immuunsysteem
-
De afweer van de mens - de humorale respons is vooral gericht tegen bacterien cellulaire respons tegen virussen - de werking van antilichamen berust op: neutralisatie, opsonisatie en complementlysis
-
De afweer van de mens - de humorale respons is vooral gericht tegen bacterien cellulaire respons tegen virussen - Helper-T-lymfocyten reguleren de immuunrespons door het uitscheiden van cytokinen
-
De afweer van de mens - de humorale respons is vooral gericht tegen bacterien cellulaire respons tegen virussen - cytotoxische T-lymfocyten doden viraal besmette cellen door het uitscheiden van apoptose-inducerende eiwitten
-
De afweer van de mens - alle cellen van het immuunsysteem vinden hun oorsprong in het beenmerg
-
De afweer van de mens - secundaire lymfoide organen vormen de werkplaats voor het verworven immuunsysteem
-
De afweer van de mens - de keerzijde van een goed werkend immuunsysteem zijn auto-immuunziekten en allergieen
-
De eerste lijn van verdediging: aangeboren immuniteit
-
Vorming en expressie van antigeenreceptoren op T- - lymfocyten
-
Antigeenpresentatie en antigeenverwerking
-
Bouw en functie van perifere lymfoïde organen - Cellulaire en humorale immuunresponsen vinden plaats in secundaire (perifere) lymfoïde organen en niet op de plaats waar het antigeen het lichaam binnendringt
-
Bouw en functie van perifere lymfoïde organen - Lymfeklieren verzamelen en concentreren antigenen aanwezig in de weefselvloeistof
-
Bouw en functie van perifere lymfoïde organen - In de milt treden immuunresponsen op tegen antigenen in het bloed
-
Bouw en functie van perifere lymfoïde organen - Mucosageassocieerde lymfoide weefsels nemen rechtstreeks antigenen op uit de buitenwereld
-
Cellulaire immuniteit - De cellulaire immuniteit doorloopt verschillende fasen: herkenning, activatie en proliferatie , en differentiatie tot effectorcellen
-
Cellulaire immuniteit - Differentiatie tot effectorcellen vormt de laatste fase van het activatieproces
-
Cellulaire immuniteit
-
Cellulaire immuniteit - CD8+ cytotoxische T-cellen kunnen op twee manieren virusgeinfecteerde cellen doden
-
Cellulaire immuniteit - Verschillende celtypen zijn verantwoordelijk voor het cellulaire immunologisch geheugen; centrale-en effectorgeheugencellen
-
Humorale immuniteit - Antigenen kunnen direct een interactie aangaan met membraangebonden IgM- en IgD-moleculen op het celoppervlak van naïve B-lymfocyten
-
Humorale immuniteit - Tijdens de humorale immuunrespons treedt een aantal veranderingen op in de genen die coderen voor de immuunglobulineketens - Bij isotype switching verandert de (sub)klasse van de zware keten en daarmee de effectorfunctie van het immuunglobuline, terwijl de specificiteit gehandhaafd blijft
-
Humorale immuniteit - Chemokinen zijn de motor achter de succesvolle T-lymfocyt afhankelijke activatie van B-lymfocyten in vivo - Fase 3: Gactiveerde B-lymfocyten kunnen in vivo differentiëren tot plasmacel of tot geheugen-B-lymfocyten
-
Stoornissen in de functie van het immuunsysteen kunnen secundair zijn aan andere ziekten en aandoeningen
-
Allergie en overgevoeligheid
-
Auto-immuniteit